Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid



Persbericht

Middenkaderopleidingen in de bouw

---

Personeelsvoorziening middenkader gewaarborgd

Het aantal MBO leerlingen in de bouw en infrasector is sinds 2000 met een kwart gedaald. In de bouw bestaat hierover grote bezorgdheid met het oog op de personeelsvoorziening van middenkaderfuncties. Toch blijkt deze teruggang niet te leiden tot grote tekorten op de arbeidsmarkt. Belangrijkste oorzaak is dat middenkaderpersoneel in toenemende mate afkomstig is uit het HBO.

Dit concludeert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid, in het zojuist verschenen rapport Middenkaderopleidingen in de bouw. Het onderzoek is niet beperkt gebleven tot MBO leerlingen in een bouw of infraopleiding, maar strekte zich uit van leerlingen in het het VMBO tot aan beroepsbeoefenaren in middenkader-functies.

Van oudsher is het MBO dé leverancier voor middenkaderpersoneel in de bouw. Met name als het gaat om de bouw- en infraopleiding in de beroepsopleidende leerweg op niveau 4, de zogenaamde BOL4 opleiding. Momenteel heeft ongeveer 60 procent van de middenkaderfunctionarissen een MBO opleiding en van deze categorie heeft 90 procent een opleiding bouwkunde of infratechniek.

Waren er in 2000 nog 10.000 leerlingen, in het schooljaar 2007/2008 waren het er minder dan 7.500. De belangrijkste oorzaak hiervan is de dalende instroom vanuit het VMBO.

In de bedrijfstak bouw bestaat hierover bezorgdheid, omdat een dalend aantal leerlingen in het MBO betekent dat minder gediplomeerden uitstromen naar de arbeidsmarkt. Daar komt bij dat lang niet iedereen met een MBO diploma meteen op de arbeidsmarkt verschijnt. Per saldo komt maar 25 procent van de gediplomeerden BOL4 na het verlaten van de school direct terecht bij een bouwbedrijf.

Uit het onderzoek blijkt dat de ontwikkelingen minder ernstig zijn dan ze lijken. De belangrijkste reden is dat het jonge middenkader in toenemende mate afkomstig is uit het HBO. Daardoor is het HBO een alternatief voor de BOL4 opleiding geworden dat in belang toeneemt. Deze ontwikkeling gevoegd bij het feit dat veel uitstroom uit middenkaderfuncties geen echte uitstroom is, heeft tot gevolg dat het effect van de terugloop in het aantal BOL4 leerlingen dat na het behalen van het diploma rechtstreeks instroomt in middenkaderfuncties wordt gedempt.

De vervangingsvraag voor middenkaderpersoneel wordt geraamd op 750 personen per jaar en de trendmatige uitbreiding op 550 personen. Bij de huidige uitstroom van gediplomeerden van MBO en HBO tezamen, zou in die behoefte moeten kunnen worden voorzien. De komende jaren zal de bouwarbeidsmarkt ook voor middenkader belangrijk verruimen. Structureel is het echter zaak de instroom tenminste te laten aansluiten bij de natuurlijke uitstroom.

Toch is er ook reden tot zorg. Die zorg betreft zowel de dalende leerlingeninstroom vanuit het VMBO als de omvangrijke uitval tijdens het eerste leerjaar van de middenkaderopleiding. Wat betreft de instroom van leerlingen vanuit het VMBO is gebleken dat de meeste leerlingen in de theoretische leerweg, die qua niveau geschikt zouden zijn voor een middenkaderfunctie in de bouw, daarover op het VMBO geen enkele voorlichting hebben gehad. Verbetering van de voorlichting aan leerlingen in de theoretische leerweg zou kunnen leiden tot meer instroom. Verder is de uitval in het eerste leerjaar van de MBO middenkaderopleiding erg hoog. Uit het onderzoek is gebleken dat leerlingen die aan het begin van de middenkaderopleiding een stage bij een bouwbedrijf hebben gevolgd, daarover zeer te spreken zijn. Deze leerlingen geven vrijwel allemaal te kennen dat zij hun opleiding willen afmaken.Dit betekent dat een goede stagevoorziening aan het begin van de opleiding een belangrijke rol kan spelen in het terugdringen van de uitval uit de middenkaderopleiding.

Zie publicatie: Middenkaderopleidingen in de bouw