Rechtbank Zutphen
Didammer bodemverontreiniging door mest niet bewezen
Zutphen, 12 juni 2009 - De economische politierechter sprak in twee
losstaande zaken twee inwoners uit Didam maandag 8 juni 2009 vrij.
Beide verdachten werden beschuldigd van het verontreinigen van de
bodem.
Zaak 1: Paardenmestopslag
Op de grond van een Didammer was een paardenmestopslag van 10m3
ontdekt. De politierechter vond dat het enkel en alleen constateren
van deze opslag niet voldoende bewijsmateriaal oplevert voor een
veroordeling voor bodemverontreiniging.
Uit dit enkele gegeven kan naar het oordeel van de economische
politierechter nog niet volgen dat de bodem kon worden verontreinigd
en/of worden aangetast. Er waren geen metingen verricht of
bodemmonsters genomen (zie ook arrest HR van 6 juni 2000 (NJ 2000,
445; LJN: AA6088).
In de uitspraak heeft de economische politierechter meegewogen dat er
niet alleen paardenmest maar ook stro/hooi en eventueel nog andere
producten lagen opgeslagen die de bodem niet konden verontreinigen.
Een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) over
bodemverontreiniging door de opslag van dierlijke mest is door de
rechter buiten beschouwing gelaten. Dit rapport bevat een
uiteenzetting van algemene aard over de gevolgen van niet volgens de
regels opgeslagen mestconcentraties. De opsteller van het rapport
behandelt niet de mogelijke vervuiling door paardenmest in deze
concrete zaak.
Zaak 2: Mest- en rietopslag
De economische politierechter sprak ook een agrariër uit Didam maandag
8 juni 2009 vrij van de aanklacht van het verontreinigen van de bodem.
Het grootste deel van de opslag vond plaats op een ommuurde, van een
lekkelder voorziene, mestplaat. Vastgesteld is dat een deel van de
opslag zich voor het ommuurde gedeelte van de mestplaat bevond.
Al bij brief van 18 juni 2008 had de verdachte aangegeven dat het
daarbij ging om afvalriet en kuilvoer. Onweersproken is gebleven dat
de mestplaat aan de voorkant circa 3 m doorliep voorbij het ommuurde
gedeelte en dat als daar al mest in plaats van afvalriet en kuilvoer
lag opgeslagen, deze zich niet op de onbeschermde bodem bevond.
De economische politierechter heeft tevens in aanmerking genomen dat
er geen metingen waren verricht of monsters waren genomen en dat er
geen reden is om aan te nemen dat de opslag van riet
bodemverontreiniging of -aantasting kon opleveren.
De economische politierechter deed mondeling uitspraak.
Bron: Rechtbank Zutphen
Datum actualiteit: 12 juni 2009 Naar boven