Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap


1

> Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
Bond katholiek primair onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 t.a.v. dhr. Joosten 2500 BJ Den Haag Postbus 82158 www.minocw.nl
2508 ED DEN HAAG
Onze referentie PO/B&S/134179

Uw brief van
20 april 2009

Uw referentie jgob/80283

Datum 2 juli 2009
Betreft de bestemmingsbox

Geachte heer Joosten,
In uw brief van 20 april geeft u een reactie op de invoering van de bestemmingsbox in het primair onderwijs. Uit uw beschrijving van de bestemmingsbox begrijp ik dat u het eens bent met de motieven voor de invoering. Aan de uitwerking kleven wat u betreft echter nadelen. Daarom draagt u een alternatief aan dat naar uw mening beter tegemoet komt aan de eigen verantwoordelijkheid van de schoolbesturen en aan het karakter van lumpsumbekostiging.

Voordat ik op de inhoud in ga, allereerst een opmerking vooraf. Over de motieven om tot de invoering van een bestemmingsbox te komen en over de vormgeving en de uitwerking, heb ik overleg gevoerd met de PO-raad. De bestemmingsbox die u beschrijft en waar u uw reactie op geeft heeft de instemming van de PO- raad.

Met uw opmerking dat schoolbesturen zelf verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van hun school, ben ik het eens. Voorwaarde is dat zij binnen de wettelijke kaders blijven en zorgen voor een goede onderwijskwaliteit. Daarom krijgen zij het overgrote deel van hun bekostiging ook in de vorm van een lumpsum. Bij de overige bijdragen in de vorm van subsidies van rijk en gemeenten gaat het om procenten van de totale bekostiging. Het betreft dan meestal stimuleringssubsidies. Ook het rijk heeft verantwoordelijkheid voor onderwijs. Geld is één van de stuurmiddelen die de overheid heeft. Stimuleringssubsidies kennen een relatief hoge administratieve last. Daarom heb ik gezocht naar een mogelijkheid om met geld gericht beleid te maken, zonder hoge administratieve last en zonder bestedingsdwang.

Ik ben het niet met u eens dat de bestemmingsbox een schijnvrijheid creëert. Besturen zijn vrij in de besteding van het geld aan onderwijs. Als uit de evaluatie van de verantwoording blijkt dat het geld in de bestemmingsbox niet leidt tot het beoogde doel, kan dat nooit tot terugvordering van middelen leiden. Wél kan worden besloten om in de toekomst de middelen in de vorm van een geoormerkte subsidie te verstrekken, om alsnog het beoogde beleidsdoel te bereiken. Daarmee meen ik een goed evenwicht te hebben gevonden tussen de eigen a
na 1 van 2 Pagi





verantwoordelijkheid van de schoolbesturen en de mogelijkheid van het rijk om Datum met geld richting te geven aan het onderwijsbeleid.

Onze referentie Dat u alternatieven aandraagt doet mij deugd. In de tweede helft van 2009 komt PO/B&S/134179

er een evaluatie van de invoering van de lumpsumbekostiging. Bij de evaluatie zal

ik het door u genoemde KASKI rapport en de alternatieven die u aandraagt zeker betrekken.

Met vriendelijke groet,

de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Sharon A.M. Dijksma

Pagina 2 van 2