Milieudienst Rijnmond

Klankbordgroep Rozenburg goed geïnformeerd

06.07.2009 14:30
Postema Communicatie voor Klankbordgroep Rozenburg

Dat een uitwisselingsplatform voor burgers, bedrijven en overheid nuttig is, blijkt wel uit het functioneren van de Klankbordgroep Rozenburg. Voor de tweede bijeenkomst van dit jaar stond een bedrijfsbezoek aan Domo Polypropylene op het programma. Maar minstens zo belangrijk is de gelegenheid voor bewoners van Rozenburg om de juiste informatie te krijgen. Uit hun vragen blijkt dat zij zich terdege verdiepen in de achtergrond van bedrijfsactiviteiten.

Veilige en gezonde leefomgeving

Als je in de omgeving van een wereldhaven en -industrie woont, dan wil je niet alleen iets weten van de high tech toepassingen voor allerlei producten die we zelf thuis elke dag blijken te gebruiken. Het gaat de bewoners van Rozenburg vooral om een veilige en gezonde leefomgeving. Hetzelfde geldt overigens voor de bedrijven, waar medewerkers elke dag ook weer gezond naar huis willen gaan. Dat verklaart de strikte veiligheidseisen die de overheden aan bedrijven in Rijnmond stellen. En ook de strikte veiligheidsregels waar medewerkers en bezoekers zich aan moeten houden. Dat bleek al direct bij de entree van het bedrijf Domo Polypropylene, waar de bezoekers alle elektrische apparaten moesten inleveren. De mobiele telefoons, fototoestellen en aanstekers werden keurig opgeborgen tot de bezoekers bij terugkomst hun veiligheidshelm- en bril weer inleverden.

Excursie Klankbordgroep Rozenburg bij Domo Polypropylene

Kunststoffen voor thuis

Wat zijn we tijdens de presentatie en het bezoek aan Domo Polypropylene te weten gekomen? Het bedrijf maakt kunststof propyleen volgens het Novolen-proces. Het product wordt onder andere verwerkt in de bekende Curver plastic bakjes. Per jaar verlaat 180 miljoen kilo polypropyleen het fabrieksterrein van havennummer 5210 (voorheen ICI-terrein), in verschillende typen naargelang de klant dat wenst. De productie in Rozenburg is vooral bestemd voor de Europese markt. Sinds de huidige recessie komt er overigens ook veel vraag uit Turkije. Het product gaat in tankwagens of grote zakken met korrels van zo'n 3 mm de deur uit. Het is ook geschikt voor spuitgieten voor bijvoorbeeld de productie van kunststof tuinstoelen. Daar worden dan weer UV-bestendige stofjes aan toegevoegd, want de consument wil natuurlijk een stoel die buiten kan staan en toch lang meegaat. Daarnaast kunnen er kleurstoffen toegevoegd worden, zodat producenten van tuinmeubilair zich ook in de kleurstelling kunnen onderscheiden. Het polypropyleen wordt ook toegepast in autobumpers, koffiezetapparaten, ijsverpakkingen, boterkuipjes, in tapijten en in diverse soorten kunststof folie. Inderdaad zijn dit eindproducten waar we als consument vertrouwd mee zijn. Volgens Erik Kok, productiemanager bij Domo, hebben we thuis zo'n honderd kilo aan materiaal waarin zijn halffabrikaat is verwerkt.

Veiligheid en milieu

In de chemische industrie gaat het vooral om het `kookproces' waarin verschillende grond- en hulpstoffen met elkaar reageren tot het gewenste product. Dat gebeurt met name in een gesloten systeem, zoals een reactorvat. De grondstoffen die Domo gebruikt, verdienen speciale aandacht omdat ze brandbaar zijn. Dat geldt vooral voor het vloeibare gas propyleen en de hulpstof TEA. Het bedrijf valt daarom onder de BRZO-wetgeving, moet veiligheidsrapporten indienen en wordt elke twee jaar door een team van verschillende overheden (DCMR, Arbeidsinspectie, Rijkswaterstaat) gecontroleerd. Een van de efficiënte veiligheidsmaatregelen is de opslag van propyleen in vloeibare vorm, bij -47 graden Celsius. Zo kan het vanzelfsprekend niet ontbranden. Voor de opslag van TEA is een tien keer zo grote afstand aangehouden dan vereist wordt. Overigens konden de bezoekers ervaren dat het hele fabriekscomplex er ruim opgezet en schoon uitzag.

Fakkelen

De vragen die enkele bewoners stelden, gingen vooral over explosiegevaar. Uit de antwoorden bleek de kans hierop minimaal, omdat bijvoorbeeld na een denkbeeldige uitval van alle systemen het nog drie tot vier weken zou duren voordat er druk zou ontstaan in installatie B12-01. Bovendien zou een eventuele reactie alleen schade op de locatie zelf veroorzaken, zoals ook de risicocontouren uit de BRZO-wetgeving bevestigen. Dat fakkelen van installaties een veiligheidsmaatregel is, weten mensen uit de omgeving eigenlijk wel. Maar bij Domo kan de maandelijkse fakkel wel drie tot vier meter hoog zijn en dat ervaren we daarom toch als opvallend. Uit vragen over eventuele domino-effecten bleek dat er behoefte is aan experts die de beheersing van risico's nader kunnen toelichten. Dat zal dit jaar nog in het programma worden opgenomen. Ook zal er voortaan meer tijd voor vragen worden ingeruimd, zodat meer mensen daarvoor de gelegenheid krijgen. Een compliment van de bewoners was er voor de energie- en klimaatprestatie van Domo. Door een recyclesysteem voor het propyleen wordt er veel minder gas gebruikt en is de CO2-uitstoot de afgelopen tien jaar met 75 procent gedaald.

Terugkoppeling overlastmeldingen

Een uniek onderdeel van de klankbordbijeenkomst is de terugkoppeling van situaties die in Rozenburg tot overlast of onrust hebben geleid. De DCMR Milieudienst Rijnmond, waar de meldingen binnenkomen en worden onderzocht, gaf daarvoor het woord aan de bedrijven zelf. Als eerste presenteerde Huntsman een overzicht van de gebeurtenissen rond de lekkage van gas met fosgeenhoudende elementen. Het bedrijf onderzoekt dit voorval grondig, omdat het geen enkele lekkage, van wat voor stofje dan ook, acceptabel vindt. Maar er is vooral verbazing over de onzorgvuldige berichtgeving in de pers. Wat was er werkelijk aan de hand? In het gesloten productieproces voor polyurethaan (bekend van isolatie en matrassen) ontstaat fosgeen, wat in het proces helemaal wordt verwerkt. Er is dus geen sprake van opslag van fosgeen of iets dergelijks. Voor reiniging van de leidingen gebruikt het bedrijf een vacuümwagen als een soort stofzuiger, om de laatste resten damp uit leidingen weg te nemen. Bij de aansluiting van deze wagen op de gaswasinstallatie is een kleine hoeveelheid damp met wat sporen van fosgeen erin, vrijgekomen. De medewerker rook dit meteen en zag een verkleuring aan zijn veiligheidsbadge. Volgens de voorschriften rende hij weg van die plaats naar het hek. Operators in de controlekamer hadden ook een afwijking gezien en kwamen ter plaatse. Terug in de controlekamer bleek ook hun veiligheidsbadge licht verkleurd. Voor alle betrokkenen was dit echter nog ruim onder de grens die de Arbodienst aanhoudt. Toch wilden de inmiddels opgeroepen hulpdiensten alleen werken volgens hun eigen protocol en de medewerkers ter observatie meenemen naar het ziekenhuis. Ook daar bleek geen behandeling nodig, maar is wel de vaste observatietijd aangehouden. Dat zijn op zich genoeg elementen voor een grondig onderzoek door het bedrijf en het OM (Openbaar Ministerie), maar ook niet meer dan dat.

Stankklachten

De tweede overlastmelding is toe te schrijven aan op- en overslagbedrijf Vopak. Daar gaat het om een herhaling van stankklachten, die het bedrijf grondig heeft onderzocht. In mei en juni waren er drie meldingen, waarvan twee door hetzelfde schip veroorzaakt zijn. De oorzaak is niet de nieuwe lading die bij Vopak wordt ingenomen, maar de ruwe stookolie die daarvoor aan boord was. Als voormetingen het risico op stankoverlast aangeven, wordt het schip weggestuurd. Soms blijkt het probleem helaas later pas. Bij Vopak staat momenteel ter discussie of schepen met dergelijke lading nog wel welkom zijn. De DCMR vraagt een plan van aanpak om het probleem weg te nemen. Er komen twee schepen per dag. Daarvoor gaat Vopak op de steiger een dampafzuiginstallatie bouwen.

Volgende bijeenkomst

De volgende bijeenkomst van de Klankbordgroep Rozenburg is op maandag 21 september, in het Educatief Informatie Centrum (EIC) op de Landtong.