Gemeente Utrecht

SV 2009, nr. 82 specialisatie van politie inzake huiselijk geweld

2009 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
82 Vragen van de heer drs. C.J. Verhoef
(ingekomen 3 juli 2009)

Uit gegevens Monitor Huiselijk Geweld 2008 blijkt dat de categorie psychisch geweld redelijk veel voorkomt, maar dat het aantal aangiften slechts 1% bedraagt. Wanneer we het aantal naar buiten gekomen incidenten van psychisch geweld afzetten tegen het aantal aangiften dan is dat dramatisch te noemen.
Psychisch geweld blijkt in het Utrechtse bijna een vijfde van het aantal gevallen van huiselijk geweld uit te maken. Hierbij moeten we ons afvragen in hoeverre er daarnaast nog een groep slachtoffers van psychisch geweld is die nergens heen durft te gaan gezien de bedreigingen.

Achter het niet doen van aangiften moeten allerlei beweegredenen zitten van het slachtoffer. Daarnaast blijkt in de praktijk dat psychisch geweld te weinig (h)erkend wordt omdat men niet deskundig genoeg is, niet alleen inhoudelijk maar ook niet qua strafvervolging:

1. Het ontbreekt aan deskundigheid over wat psychisch geweld inhoudt.

De materie van het psychische geweld is vaak te complex voor de politie om daar op een juiste wijze mee te kunnen omgaan. Niet dat de politie dat niet wenst, maar gewoon omdat het nieuw gebied is. Hierdoor is het voor de niet gespecialiseerden moeilijk om een duidelijk patroon gewaar te worden en op grond daarvan een daderprofiel passend bij psychisch geweld te verwoorden. In de praktijk worden de uitspraken van een slachtoffer vaak niet als feiten gezien, daar het niet empirisch te controleren is. Volgens onze inlichtingen is één van de belangrijkste kenmerken van psychisch geweld, dat de dader (=agressor) zich zéér overtuigend en geloofwaardig weet voor te doen als slachtoffer. Daarentegen wordt het échte slachtoffer dan eerder gezien als degene die moeilijk doet, die zeurt, die niet de waarheid spreekt. Het slachtoffer voelt zich daardoor niet gehoord.

Deze gang van zaken doet denken aan een aantal jaren geleden toen slachtoffers van aanranding/verkrachting als medeschuldig gezien werden. Gelukkig is dat door deskundigheidsbevordering tegenwoordig helemaal veranderd en het zou goed zijn als dit bij psychisch geweld ook verandert.

2. Het ontbreekt aan deskundigheid wat betreft de instrumenten die de politie heeft om een aangifte tot stand te brengen.

In de praktijk blijken slachtoffers van het kastje naar de muur gestuurd te worden (zie ook een programma die enige tijd geleden op de televisie was over deze materie). De politie meldt het slachtoffer dat fysiek geweld onder strafrecht valt maar dat psychisch geweld (wat ook onderdeel uitmaakt van huiselijk geweld en speerpunt van de politie is) onder civielrecht valt. Zo kreeg onlangs een slachtoffer een 10 cm dik dossier, dat opgebouwd was met bewijs, van de politie mee terug naar huis met de mededeling: 'wij kunnen niets voor je doen, je moet bij het civielrecht zijn'. Of het hier om onjuiste interpretatie gaat of onwetendheid hebben wij niet kunnen vaststellen.

Zonder een duidelijk perspectief van gestraft te worden, kunnen de daders van psychisch geweld onbelemmerd daarmee doorgaan. B en G vindt dat voor het kunnen terugdringen van huiselijk geweld het optimaliseren van de vervolging van daders noodzakelijk is.

Om de vervolging te kunnen optimaliseren gaan onze gedachten uit naar:Duidelijkheid over de status van psychisch geweld bij de politie: civiel of strafrechtelijk.
- Deskundigheidsbevordering (inhoudelijk) bij de politie waardoor psychisch geweld beter en sneller (h)erkend wordt. Overigens zou het aan te bevelen zijn om ook andere betrokken organisaties op dit vlak verder bij te scholen.
- Het aanstellen van personen die goed getraind en gespecialiseerd zijn in het op het gemak stellen van het slachtoffer, op een juiste wijze de problemen (die vaak zeer complex zijn) in beeld krijgen, een duidelijk beeld van het psychisch geweld in kaart brengen, voldoende veiligheid creeren voor het slachtoffer, goed inzicht geven in de mogelijkheden van de aangifte en in de maatregelen om toekomstige tegenmaatregelen van de geweldpleger te voorkomen.

Op grond hiervan hebben wij de volgende vragen:
1. Bent u bereid om te bevorderen dat onze politieregio of samen met andere politieregio's leden van de politie worden getraind en gespecialiseerd in alles wat van belang is rond het doen van aangiftes door slachtoffers van psychisch huiselijk geweld?
2. Bent u bereid om te bevorderen dat de politie zodanig wordt geinstrueerd opdat alle gevallen van dit soort geweld automatisch bij deze gespecialiseerde politiemedewerkers komen?

---- --