Rechtbank Middelburg


19-jarige Ghanees moet in bewaring blijven

De Ghanese vreemdeling (hierna: eiser) is in vreemdelingenbewaring gesteld om te worden uitgezet. Eiser heeft geen verblijfstitel voor Nederland en beschikt ook niet over een geldig legitimatiebewijs.

De rechtbank oordeelt dat verweerder niet heeft hoeven te volstaan met een lichter middel dan bewaring, bijvoorbeeld een meldplicht. Dit ondanks de steun daarvoor van de burgemeester van eisers woonplaats en ondanks de diverse stukken die eiser heeft overgelegd waaruit blijkt dat hij is geworteld in de Nederlandse samenleving. Eiser probeerde namelijk bij zijn staandehouding te vluchten en heeft eind 2008 niet gereageerd op twee vorderingen om te verschijnen bij de vreemdelingendienst. Eiser is verder zelf verantwoordelijk voor zijn verblijfspositie in Nederland en heeft er niet op kunnen vertrouwen dat zijn vader en diens advocaat voor hem een aanvraag voor een verblijfsvergunning zouden indienen.

Dat eiser enige tijd niet naar school kan en belemmerd wordt in het doen van examens is niet van zodanige ernst dat de maatregel van bewaring daarom onrechtmatig moet worden geacht.

De interventiebrief van Tweede Kamerleden Spekman en Dijsselbloem aan de staatssecretaris van Justitie, maakt ook niet dat de bewaring onrechtmatig is. Als de brief al aanleiding zou vormen niet tot uitzetting over te gaan, zou dit slechts tot een tijdelijke opschorting van de uitzetting leiden.

Dat volgens een overgelegd krantenartikel uit de NRC getwijfeld wordt aan het nut van de vreemdelingenbewaring in het algemeen wil niet zeggen dat het opleggen van een dergelijke maatregel nooit tot uitzetting leidt en dat de aan eiser opgelegde maatregel bij voorbaat zinloos is.

Bron: Rechtbank Zwolle-Lelystad Datum actualiteit: 23 juli 2009 Naar boven