SGP


02 - 09 - 09 | Meepraten over pensioenen

Meepraten over pensioenen

Er is veel voor te zeggen om pensioengerechtigden meer zeggenschap te geven in de besturen van de instellingen die hun pensioenen beheren. Daarom staat de SGP welwillend tegenover het voorstel dat de kamerleden Koser Kaya(D66) en Blok (VVD) hierover hebben ingediend. De vraag is wel: moet dit afgedwongen worden in een speciale wet? In de praktijk is het namelijk nu al zo dat steeds meer pensioengerechtigden zitting nemen in pensioenfondsbesturen.

---

SGP-fractie
2 september 2009
B.J. van der Vlies
Pensioenfondsen

Voorzitter, allereerst wil ik de initiatiefnemers van harte complimenteren met het vele werk dat zij hebben verricht voor het voorliggende initiatief wetsvoorstel om pensioengerechtigden meer medezeggenschap te geven in pensioenfondsbesturen.

gewijzigde verhoudingen
Voorzitter, de SGP-fractie staat positief ten opzichte van de doelstellingen van het wetsvoorstel. Het wordt volgens mijn fractie steeds minder houdbaar om gepensioneerden uit het bestuur van de pensioenfondsen te houden. De vergrijzing en de trend dat werkgevers zich meer terugtrekken in CDC achtige constructies (Collectief Defined Contribution, een vaste bijdrage dus) pleiten ervoor om het eigenaarschap van het fonds opnieuw te bekijken en de gepensioneerden een meer serieuze stem te geven. Het mooiste voorbeeld van de gewijzigde verhoudingen vind ik de mijnindustrie. Doordat de industrie weg is en de voormalige beroepsgroep mijnwerkers steeds verder vergrijst, is het logisch dat de groep gepensioneerden in zoân fonds meer invloed wil hebben dan relatief jonge fondsen.

Nieuwe uitdaging
Een andere, meer recente ontwikkeling die pleit voor meer inspraak door gepensioneerden, ligt gelegen in de economische crisis. De crisis heeft werkgevers in het afgelopen jaar voor serieuze vraagstukken geplaatst hoe de pensioenkosten beheersbaar te houden. Op grond van de uitvoeringsovereenkomsten (de vroegere financieringsovereenkomsten) hebben werkgevers in de herstelplannen soms zeer grote bedragen moeten storten om de pensioentoezeggingen gestand te kunnen blijven doen. Pensioenfondsen zijn in vergelijking met de balanswaarde van de ondernemingen zo groot geworden dat een werkgever, zeker in crisistijd, niet zomaar de problemen bij het pensioenfonds financieel kan oplossen. De afweging van risico en rendement raakt zowel werkgevers, werknemers en gepensioneerden. Dat vraagt om rigoureuze maatregelen, waar alle belanghebbenden achter moeten kunnen staan, of in ieder geval om beslissingen waar alle belanghebbenden zich bij betrokken weten. Dit alles samen pleit ervoor om in besturen van pensioenfondsen alle rechthebbenden, dus ook pensioengerechtigden, op het geld meer een stem te geven. Besturen beslissen immers over de risico's in de beleggingsmix, de indexaties en de premiestellingen?

Vragen aan de indieners
Mijn fractie heeft nog een aantal vragen aan de indieners van het wetsvoorstel.
Voorzitter, In de praktijk zien we dat steeds meer gepensioneerden al in bedrijfstakpensioenfondsen komen. Dit gebeurt bijvoorbeeld omdat men gevraagd is als bestuurder aan te blijven na pensionering. De wet verzet zich hier niet tegen als de pariteit maar gewaarborgd blijft, wat inhoudt dat een gepensioneerde dan de plaats inneemt van een werknemerszetel. Dus hoewel mijn fractie het doel van het wetsvoorstel onderschrijft, toch even de open vraag aan de initiatiefnemers of een wettelijke regeling op dit moment wel noodzakelijk is? Dat slechts 30% van de gepensioneerden direct vertegenwoordigd is in een bestuur, betekent niet dat daar de conclusie aan verbonden mag worden dat de belangen van gepensioneerden onvoldoende gewaarborgd zijn. Iedere bestuurder moet alle belangen evenwichtig tegen elkaar afwegen, dus ook van gepensioneerden (art 105 Pensioenwet). Het is aan de rechter om finale uitspraken te doen of dit beginsel uit de Pensioenwet geschonden wordt. Graag ontvangen wij hierop de visie van de indieners.
Mijn volgende vraag aan de indieners gaat over de professionele kwaliteit van het bestuur. Mijn fractie stelt de professionalisering van het bestuur voorop. Wat overigens niet alleen geldt voor gepensioneerden, zeg ik er direct bij. Wat is de visie van de indieners wat betreft de vraag hoe het deskundigheidsniveau van de bestuurders gegarandeerd wordt? Het beheren van fondsen vraagt om specifieke vaardigheden, en de situatie waarin de pensioenfondsen zich bevinden wordt steeds complexer gezien de steeds complexere financiële markten. Waar het vroeger ging om de eenvoudige afweging tussen - ik chargeer wat - aandelen en obligaties, zijn daar nu hedge funds, opties, futures, enzovoorts. Graag reactie. Hoe gaan de indieners om met het risico van een wat eenzijdige focus op de belangen van gepensioneerden (one dimensional thinking, met name ten aanzien van het toeslagbeleid)?
Hoe gaan de indieners om met het risico dat de terugtrekkende beweging van werkgevers uit het pensioendomein mogelijk versterkt wordt door het voorliggende wetsvoorstel? Graag ook hierop een reactie. En tot slot: het wetsvoorstel creëert weer meer regels voor de fondsen, die op dit moment al veel dossiers op evaluatie tafel hebben liggen, bijvoorbeeld het financiële toetsingskader, de parameters, etcetera. Graag de reactie hierop van de indieners.