Crisis zorgt voor forse extra uitgaven door problemen subsidierelaties


Gemeenten verwachten gemiddeld 1,1 miljoen extra uitgaven bij verbonden partijen en subsidierelaties

ENSCHEDE, 20091011 -- Gemeenten verwachten de komende twee jaar gemiddeld 1,1 miljoen euro meer uit te geven aan subsidies voor verbonden partijen en gesubsidieerde instellingen die in problemen raken. De oorzaak van deze extra uitgaven, buiten de bestaande budgetten om, ligt in het verslechterde risicoprofiel van veel instellingen. Dit is een gevolg van de economische crisis. Veel gemeenten blijken onvoldoende in staat om de financiële en organisatorische risico's in te schatten bij instellingen die zij subsidiëren. Dit geldt ook voor de instellingen zelf, die achteraf de rekening met overschrijdingen presenteren aan de gemeente.

Dat blijkt uit een studie van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR). Aan de studie namen 23 gemeenten deel, variërend van klein tot groot. Aanleiding voor het onderzoek was dat problemen rondom subsidierelaties steeds vaker in gemeentelijke risicoanalyses naar boven komen. Het onderzoek is uitgevoerd in september 2009 met als doel inzichtelijk te krijgen in hoeverre gemeenten de risico's van subsidieverstrekking hebben berekend en hoe omvangrijk deze risico's zijn.

Extra uitgaven
In de afgelopen vijf jaar is gemiddeld per gemeente ¤ 400.000 extra, buiten de normale begroting om, uitgegeven aan opgetreden risico's van verbonden partijen en gesubsidieerde instellingen. Op de vraag of verwacht wordt dat het risicoprofiel van deze partijen en instellingen verslechterd is door de economische crisis, antwoordt het merendeel van de gemeenten `ja'. Daarvan geeft de overgrote meerderheid aan dat deze verslechtering zich al in 2009 zal voordoen maar grotendeels pas in 2010 zichtbaar wordt als de jaarrekeningen worden ingediend. Opvallend is dat nog niet de helft van de gemeenten die aangeven dat het risicoprofiel verslechtert, het risico ook daadwerkelijk heeft berekend.

Verstrekkende gevolgen
De gevolgen van het in problemen raken van een instelling kunnen verstrekkend zijn, zeker als er grotere bedragen in het spel zijn. Risico's variëren van een forse financiële strop door uit de hand gelopen uitgaven aan bouwprojecten, daling van de eigen inkomsten door minder omzet als gevolg van de crisis tot imagoschade en het opstappen van bestuurders.
Elf van de 23 ondervraagde gemeenten geven aan meer dan 50 verbonden partijen met een financiële bijdrage en gesubsidieerde instellingen te hebben. Dat kan oplopen tot 100 partijen en instellingen. Gemeenten geven aan onvoldoende zicht te hebben op de risico's bij verbonden partijen en worden vaak achteraf verrast door overschrijdingen.
Gemeenten zijn contractueel niet verplicht om in problemen geraakte instellingen tegemoet te komen. Vaak is de politieke en maatschappelijke schade bij niet ingrijpen echter zo groot (een bibliotheek of schouwburg laat je bijvoorbeeld niet failliet gaan), dat financiële ondersteuning moet worden gegeven.

Verslechterd risicoprofiel
De gemeenten die extra uitgaven verwachten, denken dat het totale bedrag in 2009 en 2010 zal stijgen naar gemiddeld 1,125 miljoen euro per gemeente (gemiddeld 325.000 euro in 2009 en 800.000 euro in 2010). Gemeenten hebben er dus belang bij om nu al vinger aan de pols te houden bij de optredende risico's van hun verbonden partijen en niet te wachten tot medio 2010 als de tekorten worden ingediend.

Over het NAR

Het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR) is een onafhankelijke dienstverlener op het gebied van risicomanagement. NAR ondersteunt organisaties met het zelfstandig managen van risico's die de organisatiedoelstellingen bedreigen vanuit haar kantoren in Enschede en Utrecht. NAR is marktleider op het gebied van risicomanagement in de publieke sector.