Partij van de Arbeid
Merkies wil solidair klimaatbeleid
Klimaatverandering kost de ontwikkelingslanden in de toekomst naar
schatting honderd miljard euro per jaar. Europa zou daarvan minimaal
een kwart moeten opbrengen, gezien ons aandeel in de wereldeconomie en
in de CO2-productie. Dat heeft PvdA-europarlementariër Judith Merkies
vandaag duidelijk gemaakt tijdens een debat in het Europees Parlement
over het Europees klimaatbeleid.
De voorstellen van de Europese Commissie gaan volgens de PvdA lang
niet ver genoeg. De wereldwijde klimaatverandering leidt tot
milieurampen die vooral de ontwikkelingslanden treffen. `De arme
landen mogen dan ook nog zelf betalen voor de klimaatschade waarvoor
ze niet eens verantwoordelijk zijn', zegt Merkies, PvdA-woordvoerder
in Europa over klimaat. `Ondertussen raken grondstoffen op, terwijl
dat de enige rijkdom is van die landen, zonder dat ze er nu echt rijk
van worden. Zo worden de ontwikkelingslanden dubbel gepakt.'
Dit kan volgens Merkies doorbroken worden op de VN-klimaatconferentie
in Kopenhagen in december, waar Europa zijn milieu-ambities zal
verdedigen en een solidair klimaatbeleid moet waarmaken.
Verplichting
Merkies: `De vervuiler betaalt. In Kopenhagen zal de EU daarvoor
moeten opkomen. De EU heeft de verantwoordelijkheid en verplichting om
ontwikkelingslanden te assisteren om zich aan te passen aan een
veranderd klimaat. Dat mag niet betaald worden met het voorziene
ontwikkelingsgeld, maar met andere en nieuwe fondsen.'
`Er is in de eerste plaats het klimaatfonds, waarin de opbrengsten van
de Europese CO2-emissiehandel terechtkomen. Maar er zijn ook nieuwe
financieringsmethoden nodig om die honderd miljard euro per jaar dat
nodig is mede te kunnen opbrengen. Daarom zijn heffingen op de CO2
emissies van de gehele industrie en transport in de toekomst
onvermijdbaar.'