Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit

Besluit
Openbaar

Zaaknummer: 09.0221.28
Datum: 12 oktober 2009

Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 3, vijfde lid, van de Wet openbaarheid van bestuur inhoudende de gedeeltelijke inwilliging van een verzoek om informatie van Oakland View Engineering.


1. Samenvatting

Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) willigt het verzoek om informatie van Oakland View Engineering (hierna: OVE) op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) gedeeltelijk in. Hiertoe is nagegaan in hoeverre het verstrekken van de desbetreffende informatie achterwege dient te blijven vanwege enige (uitzonderings)grond in de Wob.


2. Procedure

Bij e-mail van 10 september 2009 heeft OVE met een beroep op de Wob het college verzocht om toezending van correspondentie van het college over het onderwerp "telefoonstoring bij Oakland View Engineering en de opstelling van KPN hierbij". Het betreft de periode vanaf 26 november 1997 tot heden.

Bij brief van 23 september 20091 heeft het college het verzoek om informatie bevestigd. Bij brief van 24 september 20092 heeft het college aangegeven, dat gezien de omvang van het verzoek en de complexiteit van de afweging ­ in het bijzonder de benodigde toetsing op vertrouwelijkheid ­ gebruik te maken van de mogelijkheid van artikel 6, eerste lid, Wob, om de beslissing op het verzoek met twee weken te verdagen.

Het verzoek heeft tevens betrekking op documenten die informatie bevat die afkomstig is van derden, namelijk de Koninklijke KPN N.V. (hierna KPN), de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de NMA) en de Kamer van Koophandel (hierna: de KvK). Dat is voor het college reden geweest om hen te vragen naar hun zienswijze met betrekking tot het verzoek.3

Op 1 oktober 2009 heeft de NMA het college telefonisch haar zienswijze gegeven. Op 7 oktober 2009 hebben de KvK en KPN het college telefonisch hun zienswijze gegeven.


1 Kenmerk OPTA/ACNB/2009/202529.

2 Kenmerk OPTA/ACNB/2009/202563.

3 Kenmerk OPTA/ACNB/2009/202596 (KPN) en OPTA/ACNB/2009/202595 (NMA) en OPTA/ACNB/2009/202592 (KvK).





Besluit
Openbaar

3. De op het Wob-verzoek betrekking hebbende documenten

Bij het college berusten de volgende documenten:
Nr. Datum Van Aan Onderwerp


1 20-07-2001 OPTA OVE OPTA niet bevoegd in klacht
2 10-07-2001 OVE KvK Vraag om reactie
3 07-02-2000 OPTA OVE OPTA niet bevoegd in klacht
4 04-02-2000 OVE OPTA E-mail - klacht
5 27-01-2000 NMA OPTA Klacht
6 04-01-2000 OVE NMA Klacht
7 12-05-1999 OVE KPN Klacht (via as advocaten) 84 18-12-1998 KvK OVE Onderzoek telefoon 9 19-11-1999 OVE KPN Melding storingsdagen 10 17-11-1999 OVE KPN Vraag om reactie 115 jan-2000 NMA OVE Doorzending OPTA 12 18-11-1999 OVE OPTA Klacht
13 26-10-1999 OVE Ministeries Klacht
14 05-10-1999 OVE OPTA Klacht
15 12-08-1999 Min. V en W OPTA Doorzenden klacht 166 01-09-1999 KPN OPTA Testrapport KPN 17 27-05-1999 OPTA OVE Testrapporten KPN 18 14-05-1999 OVE OPTA E-mail - klacht 19 27-04-1999 OPTA OVE Mededeling 20 27-04-1999 OPTA KPN Vraag opheldering 21 30-03-1999 OVE OPTA Vraag om bemiddeling 22 30-03-1999 OVE OPTA Alle correspondentie van OVE 22a 25-03-1999 OVE KPN Klacht (via as advocaten) 22b 23-02-1999 KPN OVE Reactie klacht 22c 19-02-1999 KPN OVE Ontvangstbevestiging 22d 15-02-1999 OVE KPN Klacht 22e 18-12-1998 KvK OVE Onderzoek telefoon 22f 01-12-1998 KPN OVE Aanbod schadevergoeding 22g 30-11-1998 OVE KPN Klacht 22h 23-10-1998 KPN OVE Ontvangstbevestiging 22i 09-10-1998 OVE KPN Verzoek reactie 22j 01-10-1998 KPN OVE Aanbod schadevergoeding 22k 17-07-1998 KPN OVE Ontvangstbevestiging 22l 15-07-1998 OVE KPN Bezwaar 22m 22-06-1998 KPN OVE Reactie klacht 22n 17-09-1998 OVE KPN Klacht 22o 05-06-1998 KPN OVE Reactie klacht 22p 29-05-1998 OVE KPN Klacht 22q 27-04-1998 OVE KPN Klacht 22r 05-03-1998 OVE KPN Klacht 22s 16-02-1998 OVE KPN Klacht 22t 29-01-1998 OVE KPN Klacht 22u 21-11-1997 KPN OVE Aansluiting ISDN 22v 26-03-1999 OVE - Logboek

4 Ten behoeve van geel gemarkeerde documenten is de zienswijze gevraagd van de KvK. 5 Ten behoeve van blauw gemarkeerde documenten is de zienswijze gevraagd van de NMA. 6 Ten behoeve van groen gemarkeerde documenten is de zienswijze gevraagd van KPN.




Besluit
Openbaar

4. Zienswijze geadresseerden NAM, KPN en KvK

Zowel de NMA, de KvK als KPN stellen zich op het standpunt dat de van hen afkomstige documenten geen gegevens bevatten die bedrijfsvertrouwelijke informatie of anderszins vertrouwelijke informatie zijn. De NMA, de KvK en KPN zijn daarom van oordeel dat deze informatie zonder beperkingen verstrekt mag worden.

5. Juridisch kader

Ingevolge artikel 3, eerste lid, Wob kan een ieder een verzoek om informatie neergelegd in documenten over een bestuurlijke aangelegenheid richten tot een bestuursorgaan of een onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan werkzame instelling, dienst of bedrijf. Ingevolge het vijfde lid van artikel 3 Wob wordt een verzoek om informatie ingewilligd met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 10 en 11 van de Wob.

Ingevolge artikel 6, eerste lid, van de Wob beslist het bestuursorgaan op het verzoek om informatie zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen twee weken na de dag waarop het verzoek is ontvangen. Het bestuursorganen kan de beslissing voor ten hoogste twee weken verdagen. Het derde lid van artikel 6 van de Wob bepaalt dat indien het bestuursorgaan heeft besloten informatie te verstrekken, terwijl naar verwachting een belanghebbende bezwaar daartegen heeft, het bestuursorgaan de informatie niet eerder verstrekt dan twee weken nadat de beslissing is bekendgemaakt.

Ingevolge artikel 10, tweede lid, van de Wob, voor zover hier van belang, blijft het niet verstrekken van informatie ingevolge deze wet achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de onder meer volgende belangen:
(...)
e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer; (...)

6. Beoordelingskader

Het college is van oordeel dat sprake is van een verzoek om informatie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wob. Het college zal hierna aangeven of en in hoeverre er sprake is van informatie die in het licht van de artikelen 10 van de Wob niet wordt verstrekt.

Eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer
Het verzoek behelst de openbaarmaking van correspondentie over een telefoonstoring bij OVE. Ten aanzien van gegevens in een aantal documenten is het college van oordeel dat voor die gegevens geldt dat het belang dat is gemoeid met het openbaar maken van deze gegevens niet opweegt tegen het belang van de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer zoals bedoeld in artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob. Het betreft hier de persoonlijke levenssfeer van degene die oorspronkelijk bij het college de klacht heeft ingediend over de telefoonstoring. Het college is zich er




Besluit
Openbaar

van bewust dat deze naam bij de indiener van het verzoek om openbaarmaking bekend is (het is immers dezelfde persoon). Echter, ook wanneer een ander dan de oorspronkelijke klager een dergelijk verzoek om openbaarmaking zou hebben ingediend, had het college de naam van de klager onleesbaar gemaakt met het oog op het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de klager.
Het college heeft derhalve in de volgende te verstrekken documenten de naam van de klager onleesbaar gemaakt
Documenten 1 tot en met 6, 8 tot en met 15 en 17 tot en met 22u.

In de documenten 22i en 22v zijn telefoonnummers opgenomen van onbekende derden. Deze telefoonnummers zijn in verband met de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer onleesbaar gemaakt.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State hanteert als uitgangspunt dat wanneer de informatie uitsluitend het beroepshalve functioneren van een bestuurder of ambtenaar betreft een beroep op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob niet slaagt.7 Derhalve worden deze namen wel verstrekt.

7. Besluit

Gelet op vorenstaande wordt het verzoek om informatie ingevolge artikel 3, vijfde lid, van de Wob, gedeeltelijk ingewilligd.

De desbetreffende informatie zal u worden verstrekt. Een afschrift van betreffende documenten treft u als bijlage bij dit besluit aan.

De desbetreffende informatie zal u worden verstrekt met uitzondering van de informatie waarvan het college hiervoor heeft overwogen dat verstrekking ervan niet opweegt tegen het belang dat is gemoeid met de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob. Deze informatie is onleesbaar gemaakt.

7 Zie bijv. ABRvS 18 december 2002, JB 2003/40




Besluit
Openbaar

HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT, namens het college,
Plv. hoofd afdeling Consument, Nummers en Bestuur

w.g.
Mr. D. Molenaar

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het College van de OPTA. Het postadres is: College van de OPTA, Postbus 90420, 2509 LK Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en moet ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht bevatten. Voorts moet het bezwaarschrift de gronden van het bezwaar bevatten.

Het college wijst u op de mogelijkheid die de Algemene wet bestuursrecht de indiener van een bezwaarschrift biedt, om in dat geschrift het college te verzoeken de bezwaarschriftenfase over te slaan. Indien het college uw verzoek inwilligt, zal uw bezwaarschrift worden doorgezonden naar de rechtbank en daar als beroepschrift worden behandeld. De procedure kan daardoor worden verkort. Indien het college uw verzoek niet inwilligt, staat tegen deze beslissing geen beroep open en zal uw bezwaarschrift door het college worden behandeld.