ChristenUnie
Bijdrage Esmé Wiegman Algemeen Overleg Besluit afbreking
zwangerschap
Bijdrage Esmé Wiegman Algemeen Overleg Besluit afbreking zwangerschap
woensdag 10 februari 2010 10:00
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie): Voorzitter. Het
is al even geleden dat de commissie vergaderde in eerste termijn, maar
vandaag bedank ik in ieder geval staatssecretaris Bussemaker nog voor
haar antwoorden in eerste termijn en haar heldere uitleg over het
Besluit afbreking zwangerschap. Het is goed dat minister Hirsch Ballin
van Justitie vandaag is aangeschoven om vanuit zijn vakgebied de tekst
en de werking van het besluit te duiden en te verklaren.
Minister Hirsch Ballin geeft in zijn brief aan geen wijziging in de
bestaande praktijk te beogen, maar ik neem aan dat hij daarmee
bedoelt: de wet zetten wij niet op zijn kop, maar wel willen wij in de
praktijk het aantal ongewenste zwangerschappen tegengaan. Hoe wij ook
denken over abortus, in die gezamenlijke ambitie weten wij elkaar toch
te vinden.
Over levensbeëindiging van pasgeborenen wil ik het volgende meegeven
en voorstellen aan staatssecretaris Bussemaker. Het is niet met
zekerheid te zeggen of een baby met een ernstige handicap een leven
van ondraaglijk lijden tegemoet gaat. Als artsen zich daarover
uitspreken, moeten zij voorzichtig zijn. Dat betoogde hoogleraar
intensive care geneeskunde doctor A. Gerbers recentelijk in een
publiek debat. Hij kreeg bijval van klinisch ethicus doctor E. de
Compagne, die het voorspellen van de mate van lijden als een vorm van
glazenbolgeneeskunde omschreef. Daarom dring ik met klem aan op het
laten opstellen van een protocol voor het hoe te handelen vanaf het
moment dat actieve levensbeëindiging bij een pasgeboren baby wordt
overwogen. Het blijkt namelijk dat de criteria in het Groninger
protocol nog niet duidelijk zijn en multi-interpretabel. Laten wij in
deze situatie van onduidelijkheid al helemaal niet spreken over
verruiming van het criterium met "toekomstig lijden".
Ik geef ook de overweging mee om ertoe over te gaan dat actieve
levensbeëindiging direct moet worden gemeld bij de
deskundigencommissie, de commissie-Hubben, waarna de commissie de
opdracht krijgt om binnen een bepaalde termijn bindende uitspraken te
doen over de medische handelingen die vallen onder het begrip "actieve
levensbeëindiging". Ook het belang van goede palliatieve zorg voor
kinderen wil ik vandaag benadrukken.
Deze voorstellen doe ik niet zomaar. Het leven van mensen met een
handicap is waardevol leven. Wij moeten kunnen rekenen op goed beleid
wanneer de belangen van pasgeboren baby's met een handicap en de
belangen van hun ouders in het geding zijn.
In de periode tussen de eerste en de tweede termijn zijn cijfers uit
het TNO-rapport Kwaliteit van Leven naar buiten gekomen. Die zijn
schokkend. De twintigwekenecho heeft geleid tot een forse toename van
het aantal abortussen, ook om een open rug en een waterhoofd. Ook bij
lipspleten, schisis, lijkt er een verband tussen de echo en abortus.
Deze gegevens kunnen wij niet laten voor wat ze zijn. De fractie van
de ChristenUnie doet het volgende voorstel. Maak van de
twintigwekenecho een 24 wekenecho. De echo bereikt zijn doel beter op
een later moment in de zwangerschap, wanneer men de mogelijkheid tot
zwangerschapsafbreking laat vervallen. Dat draagt bij aan betere
diagnostiek en maakt betere zorg voor moeder en kind mogelijk.
Investeer ook in behandelmogelijkheden in de baarmoeder en respecteer
het kind daarbij als een rechtspersoon. Dan dient de twintigwekenecho
werkelijk de gezondheid van moeder en kind.
Een andere mogelijkheid kan zijn om de abortustermijn in te perken tot
bijvoorbeeld achttien weken. Maar in ieder geval: zolang de
twintigwekenecho en de huidige abortustermijn nog van kracht zijn,
pleit de fractie van de ChristenUnie voor een gesprek met een
maatschappelijk werker of andere professional, na de echo en het
slechtnieuwsgesprek met de gynaecoloog. In dat gesprek moet ruimte
zijn voor de verwerking van het nieuws en een zorgvuldige verkenning
van de vraag: hoe nu verder?
Ik bedank staatssecretaris Bussemaker voor de schriftelijke antwoorden
op vragen en opmerkingen over de verleende steun aan de twee
Amsterdamse abortusklinieken in financiële nood. De fractie van de
ChristenUnie zou het onwenselijk vinden dat de overname van
abortusactiviteiten door het commerciële Slotervaartziekenhuis zou
leiden tot hogere aantallen abortussen in Amsterdam. Ik ontvang graag
vandaag de bevestiging dat abortus niet tot een commerciële activiteit
zal worden gerekend.
Tegelijk ziet de fractie van de ChristenUnie kansen. De positie die
het Slotervaartziekenhuis inneemt in de gezondheidszorg, met onder
andere een opleiding voor verloskunde, zou een kans kunnen blijken om
onafhankelijke voorlichting beter te realiseren, waarbij in de huidige
wettelijke context degene die met de hulpvraag komt, zelf een
afgewogen beslissing maakt op basis van feitelijke informatie over de
alternatieven.