Trots op Nederland
Nieuws
02 jun 2010 | JongTrots: Studie- financiering moet blijven!
JongTrots: De studiefinanciering moet blijven!
De laatste tijd wordt er veel gespeculeerd over de afschaffing van de
studiefinanciering. Deze zou worden omgezet in een leenstelsel. Met
name de PVDA maakt zich hier erg sterk voor en heeft zelfs het lef om
hier het predikaat `sociaal' op te plakken. Ook VVD en D66 zijn voor
een leenstelsel voor het hoger en wetenschappelijk onderwijs. Voor
jongeren en de kenniseconomie, kortom voor de toekomst van Nederland,
kan dit grote negatieve gevolgen hebben.
Als argument voor een leenstelsel wordt vaak aangegeven dat
hoogopgeleiden later aanzienlijk meer zullen verdienen dan anderen. Het
zou volgens de voorstanders dus voor de hand liggen dat zij deze
investering in hun toekomst zelf bekostigen. In deze redenering wordt
naar onze mening echter voorbij gegaan aan het heden. Als iedereen die
hoger onderwijs wil gaan volgen van te voren weet dat dit tot een
succesvolle afronding zal leiden en dat hij/zij zich op het moment van
keuze zich in een financiële situatie bevindt die het mogelijk maakt om
de studie te bekostigen, klinkt het als een logische redening. Maar
juist deze punten leiden in de huidige situatie al tot onzekerheid bij
jongeren en vormen een essentieel onderdeel van het toekomstige
probleem bij invoering van een leenstelsel. In de gegeven verklaringen
wordt hier faliekant aan voorbij gegaan. Dit leidt tot veel woede en
ongeloof bij jongeren/studenten. Zij voelen zich ongehoord en tekort
gedaan. En terecht.
Aantasting samenleving en kenniseconomie
Voor veel jongeren is de studiefinanciering juist van essentieel
belang. Uit onderzoek van de LSVb is gebleken dat maarliefst 20% van de
jongeren denkt te zullen (moeten) stoppen met studeren als de
studiefinanciering van een gift wordt omgezet in een lening. De vrees
bestaat dat met name allochtonen, mensen uit de lagere sociale klassen
en mensen met een tock al onzekere financiële situatie niet gaan
studeren als ze verplicht worden te lenen om hun studie te bekostigen.
Dit kan een tweedeling in de samenleving en een leegloop in het hoger
onderwijs tot gevolg hebben. Als in de toekomst het hoger onderwijs
alleen nog toegankelijk is voor de beter bedeelden in de samenleving is
dit een bedreiging voor de sociale cohesie in Nederland. De tweedeling
tussen rijk en arm, autochtoon en allochtoon die ontstaat zal de
relatie tussen deze groepen verder onder druk zetten. De leegloop in
het hoger onderwijs, welke volgens onderzoek van de LSVb mogelijk 20%
bedraagt, kan op termijn schadelijk zijn voor onze kenniseconomie. De
poel van hoogopgeleide studenten waaruit gevist kan worden zal door
invoering van een leenstelsel alleen maar kleiner worden.
Jeugdwerkloosheid
Hiervoor werd al genoemd dat 20% van de jongeren denkt te zullen
stoppen met studeren als een leenstelsel wordt ingevoerd. In onzekere
economische tijden, opkrabbelend uit een crisis en met een nog steeds
zeer krappe arbeidsmarkt kan dit grote gevolgen hebben voor deze
jongeren.
Uit een onlangs verschenen bericht is op te maken dat het kabinet zich
grote zorgen maakt over de jeugdwerkloosheid onder niet naar school
gaande jongeren. In januari zochten in totaal 121.000 - ofwel één op de
tien - jongeren onder de 27 jaar een baan. Ruim de helft daarvan ging
niet naar school. In de aanpak van jeugdwerkloosheid wordt geprobeerd
werkloze jongeren te laten doorleren en met stages of
leer-werktrajecten actief te houden. Zij blijven zo op de hoogte van
nieuwe ontwikkelingen binnen hun vakgebied, vergroten hun kennis,
behouden een daginvulling die overeenkomt met een daginvulling van een
werkend persoon en vergroten hiermee hun kans op een baan in de
toekomst aanzienlijk. Juist voor deze jongeren kan de
studiefinanciering in de vorm van een gift een enorme stimulans zijn om
weer te gaan studeren of om langer door te leren. Als deze gift wordt
omgezet in een lening verdwijnt hiermee de stimulerende en activerende
rol van de studiefinanciering. Het is dus duidelijk dat de invoering
van een leenstelsel negatieve invloed zal hebben op de omvang van de
jeugdwerkloosheid.
Investeren in (kwaliteit) onderwijs
De redenering dat door invoering van een leenstelsel de kwaliteit van
het onderwijs verbeterd kan worden is gezien de onderzochte
bezuinigingsvarianten irreëel en tendentieus. Slechts in de ambtelijke
bezuinigingsvariant die het verst gaat (én afschaffing basisbeurs én
collegegeld omhoog) wordt er zo veel bezuinigd dat er daardoor geld
overblijft voor beter onderwijs. Daarnaast wordt er binnen die
bezuinigingsvariant ook een versobering van de ov-studentenkaart
ingevoerd en wordt er collegegelddifferentiatie in de masterfase
toegepast. Dat laatste houdt in dat voor verschillende opleidingen een
hoger collegegeld gevraagd mag worden. Alleen de bezuinigingsvariant
waar de studenten het hardst en van alle kanten worden gepakt, levert
investeringen voor kwaliteitsverbetering op. In de andere twee
varianten gaat het dus puur om een bezuinigingsmaatregel. Uit deze drie
varianten komt dus naar voren dat voor er gesproken kan worden over
eventuele kwaliteits verhogende investeringen er heel hard bezuinigd
zal moeten worden en dat dan ten koste van de student.
Sommige partijen stellen voor om alle financiele middelen die vrij
komen door invoering van een leenstelsel direct te investeren in het
hoger onderwijs. Op die manier betalen de studenten de investering in
het onderwijs helemaal zelf. Zo profiteren wederom alleen de beter
bedeelden van de investeringen in het hoger onderwijs over de rug van
de 20% jongeren die denken te stoppen met studeren door invoering van
een leenstelsel. Een asociale maatregel dus. Om dan nog maar ter
zwijgen over het rookgordijn dat hangt over die zogenaamde
kwaliteitsimpuls voor het onderwijs. Men heeft er de mond van vol ,
maar op een echt zinnig voorstel zijn de genoemde partijen de laatste
jaren niet echt te betrappen geweest. Dus waarom dan nu ineens wel?
Tijdsbesteding studie
Uit onderzoek van de LSVb blijkt verder dat 80% van de jongeren denkt
meer te moeten werken naast de studie om zo het wegvallen van de
studiefinanciering te compenseren. Daarnaast blijkt bovendien dat
driekwart van de studenten op dit moment al extra geld van hun ouders
krijgt om rond te kunnen komen en te kunnen studeren. Vrijwel alle
studenten zijn het erover eens dat dit zou leiden tot minder
tijdsbesteding aan de studie wat ten koste gaat van de studievoortgang
en de studieresultaten. Dit staat haaks op het idee dat door de
voorstanders van een leenstelsel geopperd wordt. Zij stellen namelijk
dat wanneer studeren straks veel geld kost, studenten minder tijd aan
bijbaantjes zullen gaan besteden en serieuzer met hun studie bezig
zullen zijn. En wie betaalt dan de studie? Zoete, lieve...?
Motiverende werking van een leenstelsel
Een andere veel gehoorde reden voor de invoering van een leenstelsel is
de veronderstelling dat door een leenstelsel de motivatie bij studenten
toeneemt. Bij deze veronderstelling wordt voorbij gegaan aan het feit
dat intrinsieke motivatie niet met geld en financiële beloning te maken
heeft, maar met gevoelszaken als eergevoel, verantwoordelijkheid
dragen, status, inhoudelijke voldoening, waardering, erkenning van
kwaliteiten, het teamverband, sociale acceptatie en zichtbare
resultaten van de inspanning. De intrinsieke motivatie om te gaan
studeren en om de studie succesvol af te ronden zal dus niet
gestimuleerd worden door een leenstelsel. De enige stimulans welke een
leenstelsel op dit gebied zou kunnen hebben is het tempo van studeren.
Al zal dit bij intrinsiek gemotiveerde mensen sowieso al geen probleem
vormen. Daarnaast heeft dit geen invloed op de studenten die niet
intrinsiek gemotiveerd zijn en bovendien hun studie niet zelf hoeven te
betalen. De studenten die in dit opzicht de dupe zijn, zijn de
studenten die wel intrinsiek gemotiveerd zijn en die de financiële
steun vanuit de overheid het meest nodig hebben vanwege hun eigen
financiële situatie. Hoe een aantal politieke partijen dit uit kunnen
leggen als sociaal is ons een raadsel.
Financiëel / getalsmatig perspectief van de bezuiniging
Totale afschaffing van de studiefinanciering zou de schatkist in totaal
bijna 4 miljard euro opleveren. Deze 4 miljard bedraagt ongeveer 10%
van de totale begroting van met ministerie van OCW. Een bedrag dat met
nog een extra miljard aan zakgeld met het grootste gemak aan de Grieken
wordt uitgeleend. In Nederland wordt relatief weinig van het Bruto
Binnenlands Product (BBP) in onderzoek en ontwikkeling gestoken.
Nederland ligt met 2% van het BBP onder het Organisation for Economic
Coöperation and Development (OECD) gemiddelde van 2,21 procent. Ook
wordt in vergelijking met andere ontwikkelde landen weinig samengewerkt
tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen en universiteiten. De
gemiddelde totale onderwijsuitgaven liggen in Nederland met een
percentage van 4,6 procent BBP lager dan het OECD gemiddelde op 5,5
procent, waar de studiefinanciering dus maar 0.46% van uitmaakt. Andere
welvarende landen geven beduidend meer dan gemiddeld uit, zoals Finland
met 5,7 procent. Het aantal onderzoekers en technische studenten ligt
ook lager dan in andere landen. Vergeleken met Finland telt Nederland
5,1 procent onderzoekers per 1000 inwoners tegen Finland 10,8 procent.
Waar Nederland 5,8 procent technische studenten heeft, heeft Finland er
17,8. De cijfers liegen er niet om, als Nederland zich verder wil
profileren als kenniseconomie en hier ook op in wil blijven zetten in
de toekomst dan zal er juist meer geld in het onderwijs gestoken moeten
worden in plaats van het doorvoeren van onverantwoorde bezuinigingen.
Het behouden van de studiefinanciering speelt een belangrijke rol bij
het vergroten van de aantallen studenten en daarmee uiteindelijke ook
bij het vergroten van de collectieve kennis van de Nederlandse
bevolking. Wat op zijn beurt weer een procentuele stijging van de
innovatie en het BBP tot gevolg heeft. Een simpele maatregel als de
studiefinanciering levert omgezet in harde cijfers uiteindelijk dus
meer op dan het kost.
JongTrots: oog voor de toekomst!
Veel studenten voelen zich genegeerd en ongehoord door de gevestigde
politieke partijen, die alleen maar oog lijken te hebben voor de AOW en
de hypotheekrenteaftrek. De studiefinanciering lijkt onder te sneeuwen
bij deze zwaargewichten en dreigt een al bijna vaststaande
bezuinigingsmaatregel te worden. JongTrots daarentegen ziet de
studiefinanciering als een essentieel onderdeel in onze samenleving dat
positief bijdraagt aan de toekomst van Nederland. De jongeren van nu
zijn de dragende schouders van morgen. Zij zijn degenen die straks de
problemen moeten oplossen en onze kenniseconomie ook na de babyboomers
moeten voortzetten en uitbouwen. De toekomstige kosten van de
vergrijzing moeten betaald worden door diezelfde generatie. Juist
jongeren verdienen nu een vorm van zekerheid, waarmee er een fundament
voor de toekomst kan worden gelegd. JongTrots zal zich volledig voor de
waarborging van deze zekerheid inzetten en er alles aan doen om de
studiefinanciering te behouden. Studeren moet voor iedereen in onze
samenleving een recht blijven, zonder daarbij onderscheid te maken
tussen arm of rijk. De zoon/dochter van de timmerman heeft evenveel
recht op het volgen van een studie als de zoon/dochter van een
bankdirecteur en die zoon/dochter van de bankdirecteur heeft evenveel
recht op een studiefinanciering als de zoon/dochter van de timmerman.
Wanneer de financiële positie van studenten in het geding komt tast je
zowel direct als indirect de kansen op het volgen en succesvol afronden
van een studie van studenten uit bepaalde sociale milieus aan. Gelijke
kansen en gelijke rechten op alle vlakken, daar pleiten wij voor. Ook
de cijfers pleiten voor het behoud van de studiefinanciering. De
investering van de studiefinanciering zorgt direct voor een meetbare
vergroting van de studentenpoel en stijging van de innovatieve tak van
onze economie. Vertaald in BBP cijfers zorgt de minimale investering
van 0,46% BBP voor een gemiddelde stijging van vele procenten en
vergroot het aandeel van de kennis -en innovatiesector op het totale
BBP sinds de jaren 80 elk jaar. Kortom wij zien als JongTrots alleen
maar voordelen aan de huidige vorm van studiefinanciering en zullen
daarom ook alles in het werk stellen om dit te behouden.
Oog voor elkaar, oog voor de toekomst!
Reacties geven kan op de Jong Trots site.
Kijk ook op www.wiljijstufi.nl.