Rechtbank Breda
Rechter stelt vragen aan Europees Hof over regelgeving rond vergoeding
vertraagde vluchten
Breda, 20 oktober 2010 - De kantonrechter in Breda gaat prejudiciële
vragen stellen aan het Europees Hof van Justitie. De vragen gaan over
Europese regelgeving rond vaste vergoedingen van
luchtvaartmaatschappijen aan reizigers bij vertraging van hun vlucht.
In een Europese verordening is bepaald dat reizigers bij annulering en
vertraging van hun vlucht onder bepaalde voorwaarden recht hebben op
vergoeding van directe kosten zoals overnachtingen en maaltijden. Voor
annuleringen is geregeld dat reizigers onder bepaalde voorwaarden ook
recht hebben op een vaste vergoeding van maximaal 600 euro per persoon.
Die voorwaarden zijn onder meer dat ze door annulering minimaal drie
uur later aankomen dan gepland, en dat er geen sprake is van
buitengewone omstandigheden waardoor de luchtvaartmaatschappij
annulering niet had kunnen voorkomen. In het zogenoemde
`Sturgeon-arrest' van 19 november 2009 heeft het Europese Hof van
Justitie bepaald dat deze regel ook geldt bij vertragingen van minimaal
3 uur. Het Hof baseert zich hierbij onder meer op het
gelijkheidsbeginsel: reizigers van vertraagde vluchten zitten in de
praktijk in dezelfde situatie als reizigers van geannuleerde vluchten.
Naar aanleiding van dit arrest vordert een echtpaar uit Oosterhout bij
de kantonrechter 1.200 euro van KLM in verband met vertraging van hun
vlucht vanuit San Francisco naar Amsterdam in juli vorig jaar. Door een
technisch mankement kon het vliegtuig niet op tijd vertrekken. Het
echtpaar kwam uiteindelijk 27 uur later dan gepland aan in Amsterdam.
KLM weigert deze vergoeding te betalen, en stelt onder meer dat de
Europese verordening in strijd is met het (hogere) Verdrag van
Montreal, dat een aantal mondiale regels bevat rond de
aansprakelijkheid van luchtvaartmaatschappijen in geval van vertraging.
Dit verdrag gaat ervan uit dat reizigers concreet schade moeten
aantonen om in aanmerking te komen voor een vergoeding.
De kantonrechter wil - voordat ze in de zaak van het Oosterhoutse
echtpaar beslist - aan het Europese Hof van Justitie voorleggen of de
vaste vergoeding in de Europese verordening op dit punt wel verenigbaar
is met het Verdrag van Montreal. Partijen krijgen nu eerst de
gelegenheid om op de door de rechter geformuleerde prejudiciële vragen
te reageren.
Een prejudiciële vraag is een rechtsvraag van een rechter aan een hoger
gerecht, zoals in deze zaak aan het Europese Hof van Justitie over de
uitleg of geldigheid van een Europese rechtsregel. Terwijl de hogere
rechter die vraag behandelt, wordt de procedure voor de lagere rechter
geschorst. De lagere rechter doet daarna zelf uitspraak in die concrete
zaak, met toepassing van de prejudiciële uitspraak.
Meerdere luchtvaartmaatschappijen weigeren op dit moment om vaste
vergoedingen uit te keren conform het `Sturgeon-arrest'. De
Geschillencommissie Luchtvaart had de behandeling van zaken hierover
uitgesteld tot 1 oktober 2010 in afwachting van eventuele nieuwe
prejudiciële vragen. De Europese Commissie is bezig met een evaluatie
van de verordening.
In Nederland zijn in juli van dit jaar bij de rechtbanken Den Haag en
Haarlem uitspraken gedaan in twee soortgelijke zaken. In beide zaken
zag de rechter geen aanleiding voor prejudiciële vragen en werd de
vordering van de reizigers toegewezen.
KLM heeft aangegeven dat een Britse rechter ook van plan is om
prejudiciële vragen te stellen over dit onderwerp.
LJ Nummer
BO1083
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Breda
Datum actualiteit: 20 oktober 2010