Rechtbank Arnhem


Veroordeling en vrijspraak in Lunterse kabelzaak

Arnhem, 29 november - Vandaag heeft de rechtbank Arnhem een 16- jarige jongen veroordeeld tot een werkstraf van 120 uur voor het versperren van de weg met gevaar voor de verkeersveiligheid als gevolg. De twee medeverdachten zijn vrijgesproken.

De zaak staat bekend als de âLunterse kabelzaakâ. Op 12 mei 2010 rond 22.30 uur rijden op de Dorpsstraat in Lunteren twee jongens op een bromfiets tegen een kabel die boven de weg is gehangen. De passagier loopt daarbij een gebroken nek op. De bestuurder heeft een breuk van het tongbeen. Hoewel de Dorpsstraat slechts is opengesteld voor voetgangers en fietsers en voor laden en lossen wordt hij regelmatig, hoewel verboden, gebruikt door bromfietsen.

Drie jongens zijn hiervoor vervolgd en een van de jongens wordt veroordeeld. Dit is de jongen die de kabel over de weg heeft gehangen om erop te schommelen. Dat hij dat met anderen heeft gedaan acht de rechtbank niet bewezen. Wel bewezen is dat hij dit opzettelijk heeft gedaan. De opgelegde werkstraf van 120 uur zal worden vervangen door 60 dagen jeugddetentie als de werkstraf niet naar behoren wordt verricht. De tijd dat de jongen in voorarrest heeft gezeten wordt van de 120 uur afgetrokken. De rechtbank houdt hierbij rekening met het blanco strafblad van de jongen en het advies van de Jeugdreclassering die de kans op herhaling laag inschat.

De andere twee jongens (toen 15 en 16 jaar) zijn vrijgesproken. Zij zaten gedurende de tijd dat de eerste jongen de kabel over de weg hing en erop schommelde op een bankje langs de Dorpsstraat en hebben meerdere keren tegen de eerste jongen gezegd dat hij het touw moest losmaken. Als ze alle drie weg fietsen, gaan zij ervan uit dat de kabel door de eerste jongen is weggehaald. Zij controleren dit echter niet.

De rechtbank overweegt dat niet gesproken kan worden van medeplegen nu het louter niet ingrijpen over het algemeen onvoldoende is om medeplegen aan te nemen. Deze twee jongens hebben niet meegeholpen de kabel op te hangen en waren evenmin van tevoren op de hoogte dat de eerste jongen dit van plan was. Verder is de rechtbank van oordeel dat de twee jongens weliswaar onvoorzichtig hebben gehandeld maar dat ze niet zo onvoorzichtig hebben gehandeld dat het (mede) aan hun schuld te wijten is dat de weg werd versperd met alle gevolgen van dien.

LJ Nummers

BO5196
BO5204

Zie het origineel
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum actualiteit: 29 november 2010 Naar boven