Gemeente Utrecht
2010 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
134 Vragen van mevrouw mr. A.P. Vink
(ingekomen 10 november 2010
en antwoorden door het college verzonden op 7 december 2010)
De WSNP helpt personen met grote schulden om weer orde op zaken te stellen. Het is hierbij de bedoeling dat de betrokken personen zoveel mogelijk inkomen verwerven om schuldeisers te kunnen terugbetalen. Een belangrijk onderdeel van deze wet is een sollicitatieplicht. Een deel van de betrokken personen ontvangt echter ook een uitkering vanuit de WWB. Een voorwaarde voor deze uitkering is in sommige gevallen dat er wordt deelgenomen aan een re-integratietraject. Hierbij ligt dan het zwaartepunt op het vinden van duurzaam werk waarmee de kansen voor de toekomst vergroot worden. In een dergelijke situatie geldt een verminderde sollicitatieplicht. Deze tegenstrijdige voorwaarden kunnen ervoor zorgen dat een WSNP-traject wordt beëindigd omdat er niet voldoende wordt gesolliciteerd, doordat dit in het kader van de WWB wordt afgeraden.
Op 23 september 2008 heeft D66 al schriftelijke vragen gesteld over de mogelijkheid van conflicten tussen het verplichte re-integratiebeleid in de WWB en de WSNP. Het college gaf toen aan bekend te zijn met de problematiek. Er zijn destijds echter geen stappen gezet door het college omdat er in de regel altijd op individueel niveau naar een oplossing zou worden gezocht. D66 heeft echter diverse meldingen ontvangen waaruit blijkt dat dit maatwerk niet consequent wordt toegepast.
Dit brengt D66 tot de volgende vragen;
1. Is het college op de hoogte van het ontbreken van maatwerk in die gevallen waarin dit nodig is voor een zorgvuldige procedure?
Nee, het ontbreken van maatwerk is ons niet bekend. Op individueel niveau vindt er overleg
plaats tussen de klantmanager en bewindvoerder in situaties waar er sprake is van tijdelijke ontheffing van de arbeidsverplichting op grond van de WWB. Daarbij wordt vastgesteld of een (reeds bestaande of voorgenomen) tijdelijke ontheffing van de arbeidsverplichting op grond van de WWB noodzakelijk is en in overeenstemming met de voorwaarden en uitgangspunten van de WSNP. Bij een ontheffing als gevolg van deelname aan een re-integratietraject, kan de rechter bijvoorbeeld de duur van het reeds ingezette traject als afweging meenemen voor het al dan niet opleggen van de sollicitatieplicht. Uiteindelijk bepaalt de rechter en is de uitspraak leidend. Signalen dat maatwerk niet wordt toegepast kunt u doorgegeven aan de afdeling Sociale Zaken, Bureau Bewindvoering (030 286 61 81).
2. Zo ja, hoe rijmt het college dit met de beantwoording van de gestelde vragen door D66 in september 2008?
3. Heeft het college zicht op het aantal gevallen waarin wel of niet maatwerk wordt toegepast? Indien dit het geval is, ontvangt D66 graag dit overzicht.
Voor zover bekend is in alle gevallen sprake van maatwerk. Hierbij is het van belang dat niet de
gemeente, maar de rechter uiteindelijk bepaalt of er in het WSNP-traject ontheffing wordt gegeven voor individuele gevallen. Bij arbeidsongeschiktheid wordt altijd het rapport van de keuringsarts gevolgd.
4. Zijn er criteria om te bepalen of de betreffende burgers in aanmerking komen voor een individuele oplossing?
Ja, de rechter hanteert de Recofa- richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen. Het landelijk overleg van rechters-commissarissen insolventies (Recofa) heeft de richtlijnen opgesteld. De richtlijnen bevatten bepalingen ter uniformering van het rolbeleid van de faillissementskamers van de rechtbanken en algemene instructies aan bewindvoerders en curatoren.
4 Zo ja, Welke criteria zijn er?
De richtlijnen zijn te vinden op de website van het bureau WSNP van de Raad voor Rechtsbijstand: www.wsnp.rvr.org. Paragraaf 3.5 gaat in op de arbeids- en sollicitatieverplichting.
4 Zo nee, Is het college bereid om hier een structurele oplossing voor te zoeken?
---- --