Partij van de Arbeid

Den Haag, 9 februari 2011

Vragen van het lid Spekman (PvdA) aan de minister voor Immigratie en Asiel over de positie van homoseksuele asielzoekers


1) Herinnert u zich mijn eerdere schriftelijke vragen van 18 november 2010 over de positie van homoseksuele asielzoekers, en uw antwoorden daarop van 7 februari jl.?


2) Waarom stelt u dat het bestaande beleid 'toereikend' is om groepsspecifieke problemen aan te pakken, wanneer u tegelijkertijd met de stichting Secret Garden en met COC Nederland in gesprek bent over oplossingen voor de problemen voor lesbische vrouwen, homomannen, biseksuelen en transgenders (LHBT's)?


3) Deelt u de mening dat er al enige jaren duidelijke aanwijzingen zijn dat LHBT's in de AZC's (grote) problemen ondervinden? O.a. Onzichtbaar in Niemandsland, zichtbaar in Nederland (Secret Garden 2010), Ecce homo; een onderzoek naar de woon- en leefsituatie van homoseksuele asielzoekers (Eduard Boer, 2004). Deelt u tevens de mening dat dit impliceert dat het beleid dat tot nu toe gevoerd wordt op dit punt blijkbaar niet volstaat?


4) Kunt u specifieker aangeven welk beleid er precies is ten aanzien van de kwetsbare groep LHBT's in asielzoekerscentra? In hoeverre wordt in de centra ook door communicatie en toezicht voorkomen dat LHBT-asielzoekers door medebewoners worden belaagd en/of gediscrimineerd? Wordt aan alle asielzoekers, bijvoorbeeld in geldende huisregels of in de vorm van voorlichting, meegedeeld dat alle asielzoekers gelijk dienen te worden behandeld, en dat homoseksuelen in Nederland als normale, gelijkwaardige burgers worden beschouwd en behandeld? Bestaan er in uw beleid mogelijkheden om in uitzonderlijke situaties een asielzoeker een vergunning te weigeren indien hij zich schuldig maakt aan de discriminatie of onheuse bejegening van homoseksuelen?


5) Bent u bereid om seksuele voorkeur en genderidentiteit toe te voegen aan de 'sociale indicatoren' voor huisvesting buiten een AZC? Kunt u dit toelichten?


6) Klopt het dat het geldend beleid is dat van asielzoekers uit alle landen (en niet slechts landen in Afrika en Azië) waar homoseksualiteit strafbaar is, in het kader van de toelatingsaanvraag, niet mag worden verwacht dat zij bescherming vragen bij de autoriteiten ter plaatse?


7) Deelt u de mening dat slechts in landen waarvan bekend is dat autoriteiten in staat en bereid zijn om bescherming aan LHBT's te bieden, van LHBT's gevraagd mag worden dat zij bij deze autoriteiten bescherming vragen? Bent u bereid het beleid in die zin aan te passen? Kunt u dit toelichten?


8) Deelt u tevens de mening dat in beginsel een vluchtelingenstatus dient te worden verleend aan LHBT's uit landen waar homoseksualiteit strafbaar is, waar LHBT's worden onderdrukt en/of vervolgd en/of waar zij onvoldoende bescherming van de autoriteiten krijgen? Zo nee, waarom niet?


9) Klopt het dat u ook onafhankelijk onderzoek gaat laten doen naar de veiligheidsproblemen waarmee LHBT-asielzoekers in asielzoekerscentra te maken hebben? Hoe gaat dat onderzoek eruit zien, wanneer zal dat ongeveer zijn afgerond en wanneer verwacht u de Kamer voorstellen tot verbetering te kunnen doen? Wordt ook onderzocht hoeveel van de genoemde veiligheidsincidenten zich de afgelopen jaren heeft gedaan?

PvdA-Voorlichting
Plein 2
Postbus 20018, 2500 EA Den Haag




Partij van de Arbeid