Burgerschap strandt door onbeholpenheid

16/02/2011 11:46

Nicis Institute

Den Haag, 15 februari 2011 - Het boek De onbeholpen samenleving: burgerschap aan het begin van de 21e eeuw laat zien dat Nederland vol goede bedoelingen zit, maar dat het burgers en bestuurders lang niet altijd lukt om vorm te geven aan goed burgerschap. Dit boek is het resultaat van een onderzoek van Menno Hurenkamp en Evelien Tonkens (Universiteit van Amsterdam) in samenwerking met Nicis Institute. Het is niet zozeer dat burgers onwillig zijn; ze zijn eerder onwetend en onhandig als het gaat om het in goede banen leiden van hun relaties en conflicten met medebewoners. Nederland beschikt in dit opzicht over een politiek tekort.

Niet alleen burgers, maar ook de overheid, bestuurders en beleidsmakers zijn vaak onbeholpen. De overheid nodigt bijvoorbeeld uit tot een dialoog maar verzuimt duidelijk te maken wat er wordt gedaan met de uitkomsten van die dialoog. Of de overheid stelt bijvoorbeeld budgetten beschikbaar om burgers te activeren, maar vervolgens is het voor burgers onmogelijk om een aanvraag in te dienen om aanspraak te maken op deze budgetten. Dit roept dan weer agressie op bij de burgers en dat maakt bestuurders weer radeloos: ze bedoelden het immers goed. Onbeholpen burgerschap roept zo een onbeholpen overheid op en omgekeerd. Goed burgerschap moet beter, maar de voortgang schuilt in kleine stappen.

Ontevreden burgers

Veel mensen hebben het gevoel dat de samenleving niet van hen is. Al jarenlang blijkt uit enqu(ee)tes dat mensen tevreden zijn over hun eigen leven maar niet over de samenleving. De auteurs gingen op zoek naar het verhaal daarachter. Ze vonden niet één verhaal, maar drie. Drie burgerschapsstijlen, gekenmerkt door respectievelijk zorgzaamheid, argwaan en overleg.

Er is een groep die hecht aan de buurt en die zich vooral zorgzaam opstelt. Deze mensen zijn te porren voor activiteiten als straatopruimacties en sportdagen. Soms zit er iets onbeholpens in de manier waarop ze bijna bij de overheid op schoot zitten om meer sociale cohesie, meer binding te bereiken. Hiernaast is er een groep die argwanend is en het liefst afstand bewaart. Die wel ontevreden is over de samenleving maar het daarbij laat. Mensen die het al druk genoeg hebben met hun werk of met hun gezin. Zij laten anderen met rust, in de hoop dat zij op hun beurt ook met rust gelaten worden. Het heeft iets onbeholpens, hoe ze zich terugtrekken achter hun voordeur wanneer hun directe omgeving voor hen te bedreigend is. Tenslotte is er een groep die het meest te porren is voor de dialoog. Die van praten het meest verwacht. Deze groep is vermoedelijk het kleinst. Ze zijn minder vaak actief in de buurt dan de zorgzamen, maar ze zijn wel waakzaam: ze volgen wat er in de samenleving gebeurt en komen wel in actie als het hen niet bevalt. Ze voelen zich redelijk goed vertegenwoordigd. De praters zijn vaak van beroep ook prater en zien niet altijd dat voor de twee andere groepen de dialoog als instrument intimiderend of teleurstellend kan zijn.

Daarmee heeft het politieke tekort een duidelijker gezicht gekregen. Burgers zijn kwaadwillend noch lui, maar onhandig zijn ze soms wel. Maar burgerschap is voor alles een ambacht. Alle drie de groepen kennen een tekort en van alle drie de groepen valt iets te leren. Polderen, vrijzinnigheid en tolerantie zijn aan een onderhoudsbeurt toe.

Debat

Op 24 februari vindt om 20.00 uur een debat plaats in De Balie, Amsterdam. Deelnemers zijn Menno Hurenkamp en Evelien Tonkens (de auteurs van het boek), Paul Schnabel (socioloog en directeur Sociaal Cultureel Planbureau), Ahmed Marcouch (lid van de Tweede Kamer voor de PvdA, ov) en Yoei Albrecht (directeur De Balie). Kaarten zijn verkrijgbaar via www.debalie.nl of 020 - 55 35 151.

Menno Hurenkamp is als onderzoeker verbonden aan de Amsterdam School for Social Science Research (ASSR). Evelien Tonkens is bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap aan de Universiteit van Amsterdam.

De onbeholpen Samenleving is uitgegeven door Amsterdam University Press (AUP)





http://www.nicis.nl