Rathenau Instituut

28-02-2011

Scenariostudie van de COGEM en het Rathenau Instituut.

De Nederlandse overheid komt in de komende jaren voor belangrijke keuzes te staan over de toekomst van genetische modificatie in de landbouw. De Commissie Genetische Modificatie (COGEM) en het Rathenau Instituut verkennen in de scenariostudie Mondiale Motivatie of Europese Eigenheid vier scenario's voor de toekomst van genetische modificatie in de landbouw. Het rapport is op 24 februari verzonden naar staatssecretaris Atsma van Infrastructuur en Milieu en de betrokken Tweede Kamerleden.

Het voornemen van de Europese Commissie om lidstaten zelf te laten besluiten over de toelating van genetisch gemodificeerde gewassen, plaatst het Nederlandse parlement voor belangrijke keuzes. In veel toekomstvisies op de landbouw wordt genetische modificatie als noodzakelijk gezien om een groeiende wereldbevolking te kunnen blijven voeden. Maar genetische modificatie in de landbouw blijft maatschappelijke weerstand oproepen, vooral in Europa. Verbreding van de discussie over de toekomst van genetische modificatie in de landbouw is daarom gewenst. Ook zonder maatschappelijke acceptatie van genetische modificatie staat de overheid immers voor de uitdaging om een oplossing te bieden voor mogelijke voedselschaarste en stijgende voedselprijzen. Nederland en Europa kunnen besluiten om mee te gaan in de sterk groeiende teelt van genetisch gemodificeerde gewassen in de rest van de wereld, maar ze kunnen ook kiezen voor een eigen koers.

In het rapport Mondiale Motivatie of Europese Eigenheid schetsen de COGEM en het Rathenau Instituut vier scenario's voor de toekomst van genetische modificatie in de landbouw.

* In het scenario Mondiale Motivatie is de externe druk om gebruik te maken van genetische modificatie hoog door toenemende voedselschaarste en stijgende voedselprijzen. Tegelijkertijd groeit ook onder consumenten het besef van de noodzaak van een wereldwijde verhoging van de voedselproductie, met toenemende acceptatie van, of onverschilligheid over de toepassing van genetische modificatie als gevolg.


* In het scenario Europese Eigenheid blijft de maatschappelijke weerstand hoog, maar is er tegelijkertijd ook weinig externe druk om in Europa genetisch gemodificeerde gewassen te telen. Consumenten kiezen steeds meer voor een groeiend aanbod van relatief prijzige, traditionele en streekgebonden producten.
* Toch is het ook zonder externe druk denkbaar dat de consument genetisch gemodificeerde voedselproducten steeds meer omarmt vanwege een betere smaak, samenstelling of uiterlijk. Dat is een ontwikkeling die wordt geschetst in het scenario GGO's als Luxe.
* Ten slotte laat het scenario Dure Idealen zien wat er zou kunnen gebeuren bij een sterk toenemende externe druk door voedselschaarste en stijgende prijzen, terwijl de maatschappelijke acceptatie van genetisch gemodificeerde gewassen onverminderd laag blijft. De overheid komt dan steeds meer in een spagaat terecht.

Elk scenario stelt de overheid voor specifieke keuzes en beleidsvragen over de regelgeving voor de toelating van genetisch gemodificeerde producten, de rol van innovatie en van het bedrijfsleven, mogelijke maatregelen gericht op vervanging van de vleesproductie, en de mogelijkheden voor ketencertificering van `ggo-vrije' voedselproducten.

De scenario's laten ook zien welke beleidsmaatregelen voor meer dan één toekomst van belang zijn, zodat de overheid beter is voorbereid op onverwachte ontwikkelingen. Keuzevrijheid voor de individuele consument en mondiale voedselzekerheid zijn in alle scenario's belangrijke uitgangspunten. Ook wordt in alle scenario's uitgegaan van een vertrouwenwekkend systeem van veiligheidsbeoordeling, wat van doorslaggevend belang is voor de maatschappelijke acceptatie van genetisch gemodificeerde voedselproducten. Met de kanttekening dat een incident dit vertrouwen gemakkelijk kan ondermijnen.

Met deze toekomstbeelden willen de COGEM en het Rathenau Instituut het Nederlandse parlement en de bewindslieden op de beleidsterreinen van innovatie, landbouw en milieu een hulpmiddel aanbieden om de komende discussie over de toekomst van genetisch gemodificeerde gewassen in de Europese landbouw goed voorbereid aan te gaan.