Britse overheid oordeelt na klacht Milieudefensie dat BP mensenrechten schond
Amsterdam, 9 maart 2010 - De Britse overheid oordeelt dat een consortium geleid door oliegigant BP internationale richtlijnen van de Organisatie Voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) ter bescherming van mensenrechten heeft geschonden in Turkije. De oliegigant heeft niet ingegrepen tegen intimidatie door Turkse Staatsveiligheidsdiensten die een oliepijpleiding bewaakten. De Britse overheid bracht dit vandaag naar buiten in reactie op een klacht bij de OESO die in 2003 werd ingediend door Milieudefensie en vijf andere organisaties. BP is aan internationale financiële instellingen, waaronder de Wereldbank en de Europese bank, contractueel verplicht om zich bij deze pijpleiding aan de OESO richtlijnen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen te houden.
Het gaat om de Baku-Tbilisi-Ceyha pijpleiding die door het noordoosten van Turkije loopt en waar tot één miljoen vaten olie per dag doorstroomt. In het betreffende gebied wonen veel Koerden. Mensenrechtenorganisaties in Turkije en het Verenigd Koninkrijk maken al jaren melding van intimidatie door de Staatsveiligheidsdienst in het betreffende gebied in het noord-oosten van Turkije, met name gericht op Koerden. Ondanks het feit dat de regio bekend stond als een risicogebied , heeft BP niet goed onderzocht of er sprake was van intimidatie en heeft klachten van de lokale bevolking zelfs genegeerd.
De intimidatie heeft omwonenden van de pijpleiding weerhouden problemen over de route van de pijp bij aanleg aan te kaarten, of te onderhandelen over compensatie van landverlies en verlies van inkomen door de komst van de pijpleiding. Lokaal mensenrechten activist Ferhat Kaya is opgepakt en geïntimideerd omdat hij zich inzette voor eerlijke compensatie van de plaatselijke bevolking. Hij heeft een zaak aangespannen bij de Europees Hof voor de Rechten van de Mens wegens zijn arrestatie en detentie, waarin volgens hem ook sprake is van marteling.
"Deze veroordeling door de Britse overheid schept een belangrijk precedent", aldus Geert Ritsema van Milieudefensie. "Laat dit een waarschuwing zijn voor multinationals dat ze te maken kunnen krijgen met serieuze klachten en daaruit voortvloeiende imagoschade als ze het milieu en de mensenrechten niet respecteren."
De klacht werd ingediend onder de OECD Guidelines for Multinational Enterprises door de volgende organisaties: Friends of the Earth (England and Wales), Milieudefensie, The Corner House, Baku Ceyhan Campaign, Platform, Kurdish Human Rights Project (KHRP). Ook in Nederland is het mogelijk om tegen bedrijven een officiële klacht bij de OESO in te dienen. Nog in januari van dit jaar diende Milieudefensie samen met Amnesty International een klacht in tegen Shell wegens het verstrekken van eenzijdige en onbetrouwbare cijfers over de sabotage van oliepijpleidingen in Nigeria. Deze klacht is nog in behandeling.
De uitspraak van de Britse Overheid is te vinden op: