Veilig Amsterdam


Jaarverslag 2010 Commissie voor de Politieklachten

5 juli 2011

De Commissie voor de Politieklachten Amsterdam-Amstelland is wettelijk verplicht en onafhankelijk. De Commissie adviseert de korpsbeheerder sedert 1986 over de afdoening van klachten over het optreden van ambtenaren van politie.

Jaarverslag 2010: minder klachten, meer gegrond

In 2010 zijn 479 klachten ingediend, 16% minder dan het voorgaande jaar. In 2010 bestonden de klachten uit gemiddeld ruim twee onderdelen. Het aantal klachtzaken dat in 2010 is afgerond, daalde met 14%. Wat gebeurde met deze klachten? Het percentage door de politie bemiddelde klachten daalde tot 45% op het totaal aantal afgeronde klachten terwijl het aantal adviezen van de Commissie aan de korpsbeheerder van 211 naar 195 daalde. De verhouding tussen bemiddelde klachten en adviezen was respectievelijk 55/45.

In 99 klachten werd in totaal 110 keer de klager of de politie gehoord. De vijf meest voorkomende klachtcategorieën waren goed voor ongeveer de helft van alle klachtonderdelen: uitlatingen / bejegening (21%), aanhouden en overbrengen (11%), aangifte afhandelen / weigeren (7%) disproportioneel optreden (6%), en onvoldoende dienstverlening (5%). Het percentage gegrond verklaarde klachtonderdelen is in het verslagjaar ten opzichte van 2009 opnieuw licht gestegen: van 21% naar 23%.

In het jaarverslag 2010 besteedt de Commissie uitvoerig aandacht aan het optreden van de
politie, en dan met name over

* het weigeren aangifte op te nemen,

* beledigen van en door politieambtenaren,
* het niet nakomen van toezeggingen,

* klachten met onvoldoende belang of gewicht,
* camerabeelden en veiligstellen van bewijsmateriaal,
* ongewenste opname in een verzorgingshuis,
* het gebruik van pepperspray, en

* discriminatie.

Daarnaast worden de reacties van de betrokken politieambtenaren na afloop van de klachtprocedure besproken. Ten slotte bespreekt de Commissie de drie adviezen die de korpsbeheerder niet overnam: de mogelijkheid anoniem te getuigen, het parkeergedrag van politieambtenaren, en het aanhouden omdat iemand geen identiteitsbewijs ter inzage kon geven maar wel een visitekaartje.