Maatregel plaatsing in psychiatrisch ziekenhuis opgelegd aan
waxinelichthoudergooier
Den Haag , 16-9-2011
De rechtbank 's-Gravenhage heeft vandaag uitspraak gedaan in de
strafzaak tegen Erwin L. die op Prinsjesdag 2010 een waxinelichthouder
tegen de gouden koets heeft gegooid.
De rechtbank acht vier van de vijf aan L. tenlastegelegde feiten
bewezen: belediging van de koningin, prins Willem-Alexander en prinses
Maximà, een poging tot zware mishandeling van twee lakeien die met de
gouden koets meeliepen, het beschadigen van de gouden koets en
bedreiging van de broer van L. met zware mishandeling en met
brandstichting. De rechtbank acht de tweede bedreiging die L. ten laste
was gelegd, niet bewezen en heeft L. hiervan vrij gesproken.
L. is psychiatrisch en psychologisch onderzocht. Hij heeft geweigerd
daaraan mee te werken, maar heeft wel met enkele deskundigen gesproken.
De resultaten van het onderzoek naar zijn persoon zijn neergelegd in
verschillende rapportages. De deskundigen die door de
rechter-commissaris waren benoemd zijn tot de conclusie gekomen dat L.
ten tijde van het plegen van de bewezen verklaarde feiten leed aan een
ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens, te weten een waanstoornis,
en dat zijn handelen daardoor volledig werd gestuurd. Daarom moet hij
volledig ontoerekeningsvatbaar worden geacht.
De rechtbank heeft de conclusies van deze deskundigen overgenomen.
Verdachte is daarom niet strafbaar en wordt ontslagen van alle
rechtsvervolging.
Dit betekent dat hem geen straf kan worden opgelegd. Omdat verdachte
een gevaar vormt voor de algemene veiligheid van personen en goederen,
heeft de rechtbank hem de maatregel opgelegd van plaatsing in een
psychiatrisch ziekenhuis voor de duur van maximaal één jaar.
Uitspraken: BT1745
Rechtbank Den Haag