Voorgestelde verslaggevingsstandaard verregaande gevolgen voor banken
Persbericht van Ernst & Young
Voorgestelde verslaggevingsstandaard heeft verregaande gevolgen voor
banken
Londen / Amsterdam, 27 september 2011- Ernst & Young publiceert vandaag
de resultaten van een onderzoek onder tien Europese banken naar de
gevolgen van IFRS 9 (de nieuwe IFRS standaard voor financiële
instrumenten) voor de hoogte van de voorzieningen voor kredieten aan
klanten. Elk van hen is van mening dat deze voorzieningen zullen
toenemen zodra IFRS 9 van kracht wordt, waarbij negen van hen
verwachten dat deze hogere voorzieningen tot een mogelijke
verslechtering van het toezichtskapitaal zullen leiden. Desondanks
wordt de voorgestelde nieuwe benadering over het algemeen door de
banken gesteund.
Het onderzoek betreft tien Europese banken die vooroplopen bij de
voorbereiding op en het modelleren van de gevolgen van de wijzigingen
met betrekking tot kredietvoorzieningen binnen de internationale
verslaggevingsstandaarden. Marcel van Loo, EMEIA Banking & Capital
Markets leader van Ernst & Young, licht toe: "Vooral de grotere banken
in Europa zijn hiermee gestart, maar wij zouden alle banken willen
aansporen om de consequenties voor hun bedrijfsmodel en de
prijsstelling van hun producten nader te onderzoeken. Voor sommige
organisaties zou IFRS 9 voor een aantal van hun kredietportefeuilles
zelfs kunnen leiden tot een verdubbeling van de voorzieningen. Het moge
duidelijk zijn dat het voor CFO's belangrijk en urgent is om deze
consequenties te beheersen.
Voor banken is de belangrijkste vraag wat de voorstellen voor invloed
hebben op het toezichtskapitaal. Naast de vele andere uitdagingen in
het huidige economische klimaat, zullen banken kwantitatieve
impactanalyses moeten gaan uitvoeren om inzicht te verkrijgen in de
gevolgen van deze en andere verslaggevingswijzigingen op hun
toezichtskapitaal om voorbereid te zijn op een adequate overgang."
Verschillende meningen
Het onderzoek van Ernst & Young onder tien grote Europese banken biedt
een bondig overzicht van de wijze waarop banken reageren op de huidige
IFRS discussies. Het geeft tevens weer of financiële instellingen de
voorstellen als een verbetering zien en uitvoerbaar achten. Alle
onderzochte banken zijn het erover eens dat de nieuwe benadering van de
IASB (International Accounting Standards Board) voor het treffen van
voorzieningen voor kredietverliezen uitvoerbaar is, ofschoon wel naar
voren komt dat er verschillen bestaan tussen banken ten aanzien van hun
huidige methodiek voor het bepalen van kredietvoorzieningen. Derhalve
denkt de sector verschillend over de implementatie van de voorstellen
in hun organisatie.
Een punt waarop de meningen in de sector uiteenlopen, betreft de vraag
of minder hoogwaardige kredieten op het moment van afsluiten volledig
kunnen worden voorzien voor het verwachte verlies over de gehele
looptijd van het krediet. Zes banken zijn van mening dat dit juist zou
zijn, omdat daarmee het boekhoudkundige proces aansluit op het
operationele kredietbeheersingsproces, terwijl vier banken vinden dat
dit niet leidt tot een goed beeld en dat leningen pas aangemerkt kunnen
worden als minder kredietwaardig wanneer de kredietwaardigheid zich
daadwerkelijk heeft verslechtert.
Michiel van der Lof, Hoofd European IFRS groep Ernst & Young: "Het
onderzoek laat zien dat er in het algemeen overeenstemming bestaat over
de kern van de voorgestelde wijzigingen, maar dat de reacties van de
banken ten aanzien van de details van de voorstellen aanmerkelijk
uiteenlopen. De IASB zal nauwgezet rekening moeten houden met de
operationele gevolgen van IFRS 9. Er moet bijvoorbeeld zorgvuldig
nagedacht worden hoe banken gekochte leningen dienen te verwerken om te
vermijden dat bij toekomstige overnames door banken er onbedoelde
gevolgen optreden."
Razende Robot Reporter