Ingezonden persbericht


Ruim 50 Miljoen Euro schade door kapseizen Waldhof op de Rijn

Op 13 januari 2011 kapseisde de Duitse tanker "Waldhof" met 2.400 ton zwavelzuur op de Rijn. Het ongeluk gebeurde vlakbij de Lorelei op de oostelijke oever van de Rijn nabij St. Goarshausen. Door sterke stromingen en een rotsachtige bodem is deze rivierbocht berucht in de binnenvaart. Pas op 14 februari 2011 was de Rijn ter plekke weer geheel beschikbaar voor scheepvaart. De Rijn was toen 33 dagen gestremd, de ernstigste stremming van de Rijn in de naoorlogse geschiedenis.

Het onderzoek- en adviesbureau NEA heeft de economische schade onderzocht die is ontstaan door de langdurige stremming van de binnenvaart op de Rijn bij St. Goarshausen eerder dit jaar. Het onderzoek richtte zich op de omvang van de schade en de verdeling van de schade over betrokken partijen.

De ontstane schade door de stremming was voor de binnenvaartsector aanzienlijk. NEA heeft berekend dat schippers een schade leden van circa 14 miljoen euro. Echter, de schade is niet beperkt tot de binnenvaartondernemers alleen. Door de stremming vielen transporten uit, moesten vervoersalternatieven worden geregeld, of alternatieve - duurdere - leveranciers van goederen gezocht worden. Verladers, bevrachters en brokers leden daardoor een schade van ongeveer 26 miljoen euro. Ook verzekeraars hadden een schadepost van zo'n 2 miljoen. Daarnaast zorgde de stremming ook voor een verlies van omzet of hogere kosten voor de getroffen productie-industrie, terwijl de voorraden aan de andere kant van de vervoersketen juist opliepen. Schattingen voor de schade hierdoor lopen uiteen van enige miljoenen tot enige tientallen miljoenen. Dan was er uiteraard ook de directe schade door het ongeval. Die bedraagt mogelijk meer dan tien miljoen. Een voorzichtige schatting levert dan al gauw een totaa lbedrag voor de schade op van 50-60 miljoen. Dit schadebedrag is sterk afhankelijk van de geldende vrachtprijzen, die op zichzelf weer sterk afhankelijk zijn van de waterstanden. Tot slot dreigt bij dergelijke langdurige stremmingen de mogelijkheid van imagoschade voor de sector.

De onderzoeksresultaten geven een beter inzicht in de economische gevolgen van soortgelijke ongevallen. De studie van NEA is daarom belangrijk voor beslissingen over maatregelen die zulke stremmingen en de gevolgen daarvan in de toekomst moeten helpen beheersen.

Opdrachtgevers voor het onderzoek zijn:


* Centraal Bureau Rijn- en Binnenvaart, in samenwerking met:
* Havenbedrijf Rotterdam N.V.

* Internationale Afdeling Koninklijke Schuttevaer
* Vereniging van Scheepsbevrachters en Logistieke dienstverleners in de Binnenvaart
* Kantoor Binnenvaart

* EVO

* Rijkswaterstaat




Ingezonden persbericht