De Nederlandse Bank


Datum 25 oktober 2011
Thema Verzekeraars
Winstgevendheid levensverzekeringssector onder druk

Sinds 2010 daalt het premievolume van de Nederlandse levensverzekeringssector. In een krimpende sector bestaat het risico dat verzekeraars zich te veel richten op omzetbehoud en te weinig op economische winstgevendheid. Indien dit lange tijd aanhoudt bestaat het risico dat de kapitaalspositie wordt aangetast. Dit bulletin presenteert een aantal van de belangrijkste bevindingen van het onderzoek naar de economische winstgevendheid van levensverzekeringsproducten dat De Nederlandsche Bank (DNB) in 2011 heeft uitgevoerd.

Uitdagingen

De Nederlandse levensector staat voor verschillende uitdagingen. De sector ervaart de gevolgen van reputatieschade door de affaire rondom beleggingsverzekeringen en de opkomst van banksparen zorgt voor toenemende concurrentie in het segment van vermogensopbouw. De komst van het nieuwe regelgevend kader (Solvency II) zorgt voor een meer risicogebaseerd toezichtsysteem dat uitgaat van marktconsistente waardering van activa en verplichtingen en dat verzekeraars verplicht kapitaal aan te houden voor alle kwantificeerbare risico's.

Sinds 2010 krimpt het totale premievolume van de sector. Omdat omzetbehoud in een dergelijke marktomgeving kan worden gezien als een belangrijke doelstelling, kan sterke concurrentie tijdelijk leiden tot (te) scherpe tarifering.

Rapportage

Binnen de verzekeringssector rapporteren instellingen op uiteenlopende en soms weinig transparante wijze over hun winstgevendheid. Dit bemoeilijkt de analyse van nieuwe levensverzekeringsproductie. Een meer consistente en transparante benadering van de waardering van het verzekeringsbedrijf biedt alle belanghebbenden voordelen; zowel de toezichthouder, analist als de verzekeringssector zelf. Naar aanleiding van het onderzoek zijn door DNB mede daartoe Good Practice opgesteld om de vergelijkbaarheid aangaande de waardering van de nieuwe productie te vergroten.

Gezien de komst van Solvency II stimuleert DNB een marktconsistente basis voor rapporteren. Marktconsistente uitgangspunten zijn in lijn met Solvency II principes die de sector zich in de komende jaren eigen zal moeten maken. Marktconsistente waardering gaat uit van actuele aannames die waarneembaar zijn in de financiële markten ofwel gebaseerd zijn op zoveel mogelijk realistische grondslagen (bijvoorbeeld bij kosten, sterfte). Een aantal verzekeraars heeft onlangs aangegeven marktconsistente cijfers te gaan publiceren met betrekking tot de nieuwe productie. DNB juicht dergelijke besluiten toe.

De gevolgen van Solvency II

Richting Solvency II lijken verzekeraars die al zijn overgestapt op marktconsistente methoden hiervan te kunnen profiteren. De introductie van Solvency II heeft grote gevolgen voor de bedrijfsvoering van verzekeraars. Verzekeraars zullen meer dan nu hun balans en daarmee ook hun verzekeringsportefeuille op marktwaarde moeten waarderen. Marktrisico's zullen zichtbaar worden doordat er kapitaal tegenover moet staan. Hoewel Solvency II nog niet volledig is uitgekristalliseerd is het kader wel al grotendeels bekend. Het is van belang dat verzekeraars voorsorteren op de principes van Solvency II. De afweging van prijsstelling van nieuwe productie moet weloverwogen plaatsvinden en DNB beveelt aan de principes van Solvency II mee te wegen.

Omzetbehoud en winstgevendheid

Uit het onderzoek van DNB blijkt dat omzet belangrijk is in het prijsstellingsbeleid van de nieuwe productie, waar indicatoren als kosten en economische winstgevendheid niet altijd een prominente rol spelen in de besluitvorming. Hoewel omzetbehoud een tijdelijke doelstelling kan zijn in bepaalde omstandigheden, acht DNB het van belang dat winstgevendheid voldoende mee weegt in de besluitvorming over prijsstelling van nieuwe productie.

Bij de huidige prijsstelling en in het huidige economische klimaat van lage rentes zijn producten zonder garanties economisch winstgevender dan producten met garanties. Hiermee samenhangend zijn polissen met levenslange uitkeringen veelal risicovoller voor de verzekeraar omdat hiermee immers lange garanties worden gegeven aan klanten.

De verzekeringssector moet nu in verschillende segmenten direct concurreren met de banksector (banksparen) en de Premie Pensioen Instelling (PPI). Verzekeringsproducten bevatten echter veelal een risicocomponent dat risico's als langlevenrisico overneemt van de consument. Hier zit een prijskaartje aan. DNB acht het van belang dat de financiële sector de verschillen tussen de verscheidenheid aan vermogensopbouw en -afbouwproducten duidelijk maakt aan de consument zodat deze weloverwogen keuzes kunnen maken.