|Openbare besluitenlijst | |Vergadering Gedeputeerde Staten d.d. 25 oktober | |2011 |1. Statenvragen PvdD over uitbreiding Safaripark de Beekse Bergen De voorgenomen uitbreiding van Safaripark de Beekse Bergen is een ruimtelijke ontwikkeling die wordt beoordeeld op basis van het provinciale RO-beleid. De provincie is niet verantwoordelijk voor de dierenwelzijnsaspecten; Libéma neemt de voorwaarden in acht van de wet- en regelgeving op dit gebied. Safaripark de Beekse Bergen is onder meer lid van de EAZA (European Association of Zoos and Aquaria). Deze associatie valt onder het Dierentuinbesluit, een Europese richtlijn waaraan dierentuinen wettelijk moeten voldoen. Deze stelt eisen ten aanzien van onder meer conservatie, educatie, huisvesting en zorg. De eisen om lid te worden van de EAZA zijn strikter en strenger . Dit antwoorden GS op Statenvragen van de Partij voor de Dieren.
2. Statenvragen CDA over treinverbinding Schiphol Het wegvallen van de directe treinverbinding met Schiphol raakt slechts een klein deel van de reizigers. Tegenover dat nadeel van de nieuwe dienstregeling staan ook voordelen: zo krijgt Bergen op Zoom twee maal in plaats van één maal per uur een directe Intercitytrein naar Rotterdam en Den Haag, ontstaat er nieuwe directe verbindingen met Rotterdam Blaak en Schiedam Centrum. Bovendien worden de vertrektijden van de intercity's gelijk verdeeld over het uur. Dit antwoorden GS op vragen van de CDA Statenfractie.
3. Aanpassing begrenzingen Verordening water In de provinciale Verordening water staan onder meer de begrenzingen van beschermde gebieden waterhuishouding, attentiegebieden en natte natuurparels. Die waren niet meer in overeenstemming met de gewijzigde begrenzing van de ecologische hoofdstructuur (EHS) zoals vastgelegd in het Natuurbeheerplan 2012 en de Verordening ruimte. GS stellen nu voor de begrenzingen aan te passen. De statencomissie voor ecologie en handhaving ontvangt hierover een notitie.
4. OP-Zuid De provincies Limburg, Zeeland en Noord-Brabant stellen samen een nieuw Operationeel Programma Zuid-Nederland (OP-Zuid) op voor de periode 2014-2020. Belangrijkste doelen zijn om in Zuid-Nederland het concurrerend vermogen en een duurzame economische groei te bevorderen en de werkgelegenheid te versterken.
5. Statenvragen PvdD en D66 over proefapen De provincie ziet het Actieplan Dierproeven en Alternatieven 2011-2021 als een belangrijk kader voor de strategie van het Life Sciences Park in Oss. Dat plan levert een belangrijke bijdrage aan de vervanging, vermindering en verfijning van het aantal dierproeven, zo antwoorden GS op vragen van PvdD Statenfractie. De proefapen die nu nog bij MSD worden gehouden, maken geen onderdeel uit van het op richten Life Sciences Park. GS hebben er alle vertrouwen in dat MSD een passend nieuw onderkomen voor de apen zal vinden, zo blijkt uit antwoorden op vragen van de D66 Statenfractie.
6. Statenvragen SP over toezicht op gemeenten naleving WGA Minister Donner evalueert op dit moment de uitvoering van de Wet Gemeentelijke Antidiscriminatievoorzieningen (WGA). Dit doet hij op basis van de stand van zaken per gemeente. De provincie wacht de bevindingen van de minister af, om te bepalen of het nodig is toezichthoudende maatregelen te treffen op de naleving van de WGA. Dit antwoorden Gedeputeerde Staten op vragen van de SP Statenfractie.
7. Najaarsbrief 2011 De Najaarsbrief bevat de laatste actuele financiële ontwikkelingen die van belang zijn voor Provinciale Staten bij het vaststellen van de Begroting 2012. Er zijn geen grote wijzigingen. Eén van de voorstellen is de aanvulling van de risicoreserve met circa E 11 miljoen, als onderdeel van de financiële afwikkeling rond Chemie-Pack Moerdijk. Voor het overige wordt in de Najaarsbrief het beeld bevestigd dat het sobere maar zeker geen sombere tijden zijn. De meerjarenbegroting is in evenwicht, maar dat neemt niet weg dat de financiële positie van de provincie in toenemende mate onder druk staat. Zo is bijvoorbeeld nog niet duidelijk is hoe de rijksbezuinigingen op het terrein van natuur zullen uitwerken. Ondanks de verhoogde financiële druk wordt het opcententarief op de motorrijtuigenbelasting alleen aangepast voor de inflatie. Hierdoor bevindt Noord-Brabant zich nog steeds bij de drie provincies met het laagste opcententarief.