Ingezonden persbericht


Kunt u dit bericht niet lezen? Bekijk het dan op onze website

Spaarbank-meter 4de kwartaal 2011

Voor de derde maal publiceren we rapportcijfers voor alle 33 Nederlandse banken die spaarproducten aanbieden. Vorige publicaties vonden plaats in mei 2011 en juli 2011. Elk kwartaal worden deze rapportcijfers gepubliceerd.

Belangrijkste conclusies

* Verschillen tussen de drie grote en kleinere banken nemen flink toe. Dit is duidelijk af te lezen uit de rechter kolom in onderstaande tabel. Banken met hogere rapportcijfers stijgen (groene pijl), banken met lagere rapportcijfers dalen (rode pijl).
* Vooral de grote banken lijken niet tot nauwelijks op zoek naar spaarders, de kleinere banken juist steeds meer.
* Van de drie grootbanken dalen ABN AMRO en Rabobank flink. Alleen ING stijgt (van 4,2 naar 5,6), maar dit cijfer is enigszins geflatteerd omdat ING alleen het 1-jaars deposito (tijdelijk?) heeft verhoogd.
* Conclusie: voor het overgrote deel hebben de grootbanken hun spaarrentes nauwelijks of niet aangepast aan de marktontwikkelingen.
* Grootste stijger is AT Bank van 3,0 naar 8,3. Andere stijgers zijn Ohra en Delta Lloyd. Dit is vooral veroorzaakt door verhogingen van spaarrekeningen zonder voorwaarden.
* Na (bijna) twee jaar afwezigheid uit de top-rentelijsten van banken met een buitenlandse achtergrond, beginnen die nu weer terug te keren: AT Bank, Anadolubank, DHB Bank en The Economy Bank.
* 17 banken, iets meer dan de helft van alle banken, scoren voldoende. AT Bank, DHB Bank en Centraal Beheer stegen naar een voldoende, Reaal zakte van voldoende naar matig.
* Het gemiddelde van alle spaarbanken is gestegen van 5,8 naar 5,9. Na de flinke sprong vooruit in het vorige kwartaal, nu een klein stapje.