Rijksoverheid


28 november 2011

Toezegging Begrotingsonderzoek 2011

Tijdens het Begrotingsonderzoek d.d. 24 november 2011, heb ik aangegeven u de volgende informatie te doen toekomen: 1. aansluiting geautoriseerde begroting 2011 naar de ontwerpbegroting 2012; 2. overzicht over de budgetflexibiliteit van de OCW-artikelen. Ik geef door middel van bijgevoegde bijlagen gehoor aan deze toezeggingen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart



1. Aansluiting geautoriseerde begroting 2011 naar de ontwerpbegroting 2012

De belangrijkste budgettaire wijzigingen op de OCW-begroting worden hieronder weergegeven. In de stand geautoriseerde begroting 2011 zijn de ombuigingen uit het Regeerakkoord 2010 reeds verwerkt. In de nieuwe stand ontwerpbegroting 2012 zijn ook de intensiveringen uit het Regeerakkoord van in totaal 1,4 miljard in 2016 verwerkt.

Uitgaven
Tabel 1 Bijstellingen t.o.v. geautoriseerde uitgavenbegroting 2011 (x 1 miljoen) 2011 Stand ontwerpbegroting 2012 Stand geautoriseerde begroting 2011* Totaal verschil Leerlingenontwikkeling Ramingsbijstelling studiefinanciering Intensiveringen Regeerakkoord Alternatieve inzet intensiveringen Regeerakkoord Fasering langstudeerders en passend onderwijs Dekking fasering langstudeerders en passend onderwijs Eindejaarsmarge 2010 Intertemporele compensatie Kasschuiven OV-kaart Tegenvaller VO en dekking Afronding FES Diversen Totaal bijstellingen Technische bijstellingen: Loon- en prijsbijstelling Overige technische bijstellingen Totaal technische bijstellingen Totaal verschil 328,1 -154,6 173,5 460,8 391,3 -273,6 117,7 287,5 389,9 -320,5 69,4 1.114,9 388,2 -394,7 -6,5 1.162,1 384,9 -461,3 -76,4 1.136,5 386,6 -401,7 -15,0 1.361,4 34.130,5 33.669,7 460,8 38,6 -156,2 0,0 0,0 0,0 -123,0 141,6 -60,5 420,0 56,0 -25,0 -4,1 287,3 2012 33.694,0 33.406,5 287,5 130,1 -126,2 460,0 10,0 358,0 -137, 5 0,0 -2,7 -450,0 -56,0 -2,1 -13,7 169,8 2013 34.043,2 32.928,3 1.114,9 205,0 -66,5 790,0 10,0 192,0 -79,5 0,0 63,1 -50,0 0,0 -9,4 -9,2 1.045,5 2014 33.942,3 32.780,2 1.162,1 232,6 -25,9 880,0 0,0 87,0 -7,5 0,0 -0,7 0,0 0,0 -6,6 9,7 1.168,6 2015 33.570,0 32.433,5 1.136,5 266,2 34,5 940,0 120,0 -23,0 -124,5 0,0 2,7 0,0 0,0 0,0 -2,9 1.212,9 2016 33.756,4 32.395,0 1.361,4 281,8 21,8 1.095,0 0,0 -23,0 0,0 0,0 3,0 0,0 0,0 0,0 -2,1 1.376,4


* Stand inclusief Nota van Wijzigingen (NvW), Startbriefmutaties en Incidentele suppletoire begroting (ISB)

Ontvangsten
Tabel 2 Bijstellingen t.o.v. geautoriseerde ontvangstenbegroting 2011 (x 1 miljoen) 2011 Stand ontwerpbegroting 2012 Stand geautoriseerde begroting 2011* Totaal verschil Leerlingenontwikkeling Ramingsbijstelling studiefinanciering Diversen Totaal bijstellingen Technische bijstellingen Totaal technische bijstelling Totaal verschil 1.210,9 1.069,3 141,6 -0,3 50,3 4,1 54,0 87,5 87,5 141,6 2012 1.197,6 1.165,5 32,1 0,3 49,8 0,0 50,1 -18,0 -18,0 32,1 2013 1.267,4 1.226,7 40,7 0,5 53,8 0,0 54,3 -13,5 -13,5 40,7 2014 1.345,3 1.293,6 51,7 0,0 50,5 -1,7 48,9 2,8 2,8 51,7 2015 1.415,7 1.361,2 54,4 0,4 50,5 -3,7 47,2 7,2 7,2 54,4 2016 1.499,5 1.450,9 48,6 0,3 46,0 -3,7 42,5 6,1 6,1 48,6


* Stand inclusief Nota van Wijzigingen (NvW), Startbriefmutaties en Incidentele suppletoire begroting (ISB)


1



Toelichting

Leerlingenontwikkeling In de verschillende onderwijssectoren is in het aantal leerlingen en studenten per saldo hoger dan waarmee tot nu toe in de begroting rekening was gehouden. De grootste opwaartse mutaties doen zich voor in het VO en het MBO. In het VO stijgt de gemiddelde verblijfsduur iets. In het MBO hangt de geraamde stijging vooral samen met het vorig jaar zich al aftekenende, maar nu meerjarig verwerkte substitutie-effect tussen BOL en BBL (meer BOL-deelnemers in plaats van BBL-deelnemers betekent meer uitgaven). In onderstaande tabel wordt de leerlingen- en studentenontwikkeling per sector weergegeven.

Tabel 3 Leerlingen- en studentenontwikkeling (x 1.000) 2011 Primair onderwijs Voortgezet onderwijs Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Hoger beroepsonderwijs Wetenschappelijk onderwijs Studiefinanciering Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten Totaal uitgaven Lesgeldontvangsten Totaal ontvangsten 16 41.898 7.829 -22.231 7.733 1.949 1.384 38.578 -268 -268 2012 5.371 62.226 37.355 3.189 16.247 4.194 1.546 130.128 288 288 2013 3.936 65.044 88.130 19.082 20.612 6.416 1.796 205.016 463 463 2014 2.569 75.796 94.005 26.576 20.727 10.755 2.184 232.612 44 44 2015 8.117 87.371 110.279 28.117 16.717 12.824 2.742 266.167 403 403 2016 15.170 95.410 111.908 30.643 11.361 13.873 3.396 281.761 270 270

Ramingsbijstelling studiefinanciering De raming van de uitgaven voor studiefinanciering vertoont tot en met 2014 per saldo een meevaller, daarna worden per saldo tegenvallers geraamd. De ramingsbijstelling is het gevolg van een aantal ontwikkelingen. De belangrijkste ontwikkeling zijn: · Bij de omzetting van prestatiebeurs in gift worden op grond van de actuele inzichten in het omzettingsritme de eerste jaren meevallers verwacht, die vanaf 2015 omslaan in tegenvallers. Daarnaast is er bij de aanvullende beurs is een lager gebruik dan eerder werd geraamd. · Bij de uitgaven voor de OV-studentenkaart doen zich tegenvallers voor. Deze worden gecompenseerd door hoger uitvallende renteontvangsten aan de ontvangstenkant.


2



Intensiveringen Regeerakkoord Alle intensiveringsenveloppen zijn structureel, inclusief oploop, toegevoegd aan de begroting van OCW. In totaal gaat het om 540 miljoen in 2012 oplopend tot 1,4 miljard in 2016.

De intensivering Kwaliteitsimpuls / reservering ramingsrisico is bij Voorjaarsnota volledig ingezet ter dekking van de stijgende leerlingen en studentenaantallen. Het gaat om 70 miljoen in 2012 oplopend tot 270 miljoen in 2016. Daarnaast is een deel van de intensiveringen Versterken centrale en uniforme toetsing en Prestatiebeloning op basis van leerwinst ingezet ter dekking van de fasering van de maatregelen langstudeerders en passend onderwijs uit het Regeerakkoord 2010. De intensivering voor Versterken centrale en uniforme toetsing is daardoor verlaagd met 10 miljoen in 2012 en 2013 en Prestatiebeloning op basis van leerwinst is verlaagd met 120 miljoen in 2015.

In onderstaande tabellen worden de intensiveringen weergegeven, exclusief het deel dat reeds bij Voorjaarsnota is ingezet ter dekking van de stijgende leerlingen en studentenaantallen en de fasering van de maatregelen langstudeerders en passend onderwijs. Tabel 4a geeft de totale reeksen weer. In tabel 4b wordt vervolgens het totaal van de intensiveringen per beleidsdirectie weergegeven. Het aandeel van het groene onderwijs in deze intensiveringen is toegevoegd aan de begroting van EL&I.

Tabel 4a Intensiveringen (x 1.000) Intensivering Uitbreiding doelgroep VVE Versterken centrale en uniforme toetsing Professionalisering onderwijspersoneel Prestatiebeloning op basis van leerwinst Hoogbegaafden Taal en rekenen Meer schakelklassen en summercourses Plusvoorzieningen en wijkscholen Kwaliteitsverbetering Verhogen intensiteit onderwijs Innovatie en onderzoek Totaal intensiveringen Artikel 1 1, 3, 4 9 9 1, 3 1, 3 1 4 4 6, 7 6, 7, 16 2012 30.000 70.000 100.000 10.000 20.000 20.000 40.000 30.000 0 50.000 90.000 460.000 2013 50.000 70.000 150.000 20.000 30.000 20.000 50.000 30.000 150.000 130.000 90.000 790.000 2014 50.000 80.000 150.000 40.000 30.000 0 50.000 30.000 150.000 210.000 90.000 880.000 2015 50.000 80.000 150.000 80.000 30.000 0 50.000 30.000 150.000 230.000 90.000 940.000 2016 50.000 80.000 150.000 220.000 30.000 0 50.000 30.000 150.000 245.000 90.000 1.095.000

Tabel 4b Intensiveringen per beleidsartikel (x 1.000) 2012 Primair onderwijs Voortgezet onderwijs Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Hoger beroepsonderwijs Wetenschappelijk onderwijs Arbeidsmarkt en personeelsbeleid 118.677 48.061 41.911 28.392 65.608 110.000 2013 154.503 52.255 184.033 68.614 100.814 170.000 2014 146.477 48.722 185.734 110.223 137.694 190.000 2015 146.477 48.745 185.734 120.658 146.871 230.000 2016 146.477 48.775 185.734 128.416 153.616 370.000


3



Onderzoek en wetenschapsbeleid Aandeel groen onderwijs (op begroting EL&I) Totaal intensiveringen

46.000 1.351 460.000

46.000 13.781 790.000

46.000 15.150 880.000

46.000 15.515 940.000

46.000 15.982 1.095.000

Alternatieve inzet intensiveringen Regeerakkoord Een deel van de intensiveringen Versterken centrale en uniforme toetsing en Prestatiebeloning op basis van leerwinst is ingezet ter dekking van de fasering van de maatregelen langstudeerders en passend onderwijs uit het Regeerakkoord 2010. Voor Versterken centrale en uniforme toetsing gaat het om 10 miljoen in 2012 en 2013 en voor Prestatiebeloning op basis van leerwinst om 120 miljoen in 2015.

Fasering langstudeerders en passend onderwijs en Dekking fasering langstudeerders en passend onderwijs De maatregelen uit het Regeerakkoord, verhoging van het collegegeld voor langstudeerders en de efficiencykorting op de instellingen en de bezuiniging op passend onderwijs, worden gefaseerd ingevoerd. De dekking vindt volledig binnen de OCWbegroting plaats. Zie brief aan de Tweede Kamer, d.d. 13 april 2011 (kamerstuk 32 618, nr. 32).

Eindejaarsmarge 2010 De budgetten die in 2010 niet volledig tot besteding zijn gekomen, zijn voor 2011 aan de OCW-begroting toegevoegd.

Intertemporele compensatie Op diverse budgetten vinden intertemporele compensaties plaats omdat middelen in latere (of eerdere) jaren benodigd zijn.

Kasschuiven OV-kaart Een deel van de verplichtingen voor de OV-studentenkaart uit 2011 is al in 2010 voldaan ( 80 miljoen). Daarnaast is een deel van de verplichtingen uit 2012 en 2013 al in 2011 voldaan (totaal 500 miljoen).

Tegenvaller VO en dekking In het Regeerakkoord is besloten om een nullijn te hanteren voor de lonen in 2011. In de sector VO ontstaat daardoor een liquiditeitsprobleem. Ter dekking van de kosten van de arbeidsvoorwaarden wordt 56 miljoen van 2012 naar 2011 geschoven.


4



Afronding FES Dit betreft de toevoeging van de onderuitputting 2010 aan 2011 en het neerwaarts bijstellen van het projectplan en de activiteiten van het voormalige FES project Beelden voor de Toekomst.

Diversen De post diversen bevat met name een deel van de dekking voor de taakstellingen zorg en overige problematiek Rijksbegroting. Deze taakstellingen worden grotendeels ingevuld door middel van meevallers bij de studiefinanciering, maar daarnaast zijn ook een restant van de prijsbijstelling en incidentele posten ingezet ter dekking.

Loon- en prijsbijstelling In het Regeerakkoord is besloten om een nullijn te hanteren voor de lonen in 2011. Dit betekent dat de loonbijstelling tranche 2011 die aan de departementen is uitgekeerd geen vergoeding bevat voor contractloonstijging, maar alleen voor de ontwikkeling in de sociale werkgeverslasten. Voor OCW gaat het om 131 miljoen in 2011 aflopend naar 123 miljoen in 2016.

Daarnaast staan op de aanvullende post van Financiën met ingang van 2012 middelen gereserveerd voor de (verdere) financiering van het Actieplan LeerKracht van Nederland. Tranche 2012 is toegevoegd aan de OCW-begroting. Het gaat om een incidentele loonontwikkeling van ca. 60 miljoen structureel vanaf 2012.

Tot slot is de prijsbijstelling tranche 2011 toegevoegd aan de OCW-begroting. Het gaat om ca. 200 miljoen structureel vanaf 2011.

Overige technische bijstellingen Het betreft overboekingen van en naar andere departementen zoals de overboekingen naar EL&I van het structurele budget van TNO en het aandeel groen onderwijs in de intensiveringen en ombuigingen uit het Regeerakkoord. Daarnaast is er sprake van minder niet relevante uitgaven voor studiefinanciering doordat de groei in de leningen studiefinanciering minder groot is dan eerder geraamd. Ook wordt er structureel minder aanvullende beurs als prestatiebeurs toegekend. Aangezien dit leningen betreft, zijn deze niet relevant voor het uitgavenkader Rijksbegroting-eng.


5



2. Overzicht Budgetflexibiliteit 2012 Onderstaand is weergegeven de mate van budgetflexibiliteit cf. de wijze zoals was weergegeven in de ontwerpbegroting 2011. Tabel Budget flexibiliteit artikel 1 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 9.465.747 71.664 587 2013 9.284.336 72.431 709 2014 9.093.617 62.746 834 2015 8.935.877 64.056 480 2016 8.876.097 64.356 515 9.537.998 9.357.476 9.157.197 9.000.413 8.940.968

Tabel Budget flexibiliteit artikel 3 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 6.852.389 54.234 158 2013 6.940.492 47.552 317 2014 6.989.108 47.506 317 2015 7.023.327 47.247 315 2016 7.071.437 46.537 315 6.906.781 6.988.361 7.036.931 7.070.889 7.118.289

Tabel Budget flexibiliteit artikel 4 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 3.406.475 44.733 185 2013 3.294.126 202.735 264 2014 3.249.136 197.549 419 2015 3.130.638 195.834 327 2016 3.115.660 196.611 283 3.451.393 3.497.125 3.447.104 3.326.799 3.312.554

Tabel Budget flexibiliteit artikel 6 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 2.478.545 5.294 0 2013 2.423.295 36.955 626 2014 2.440.922 60.522 1.371 2015 2.446.213 60.094 1.933 2016 2.486.697 63.906 1.393 2.483.839 2.460.876 2.502.815 2.508.240 2.551.996

Tabel Budget flexibiliteit artikel 7 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 3.870.055 23.979 0 2013 3.852.493 54.545 1.319 2014 3.924.082 26.101 2.083 2015 3.933.251 26.093 1.848 2016 3.971.247 26.228 1.000 3.894.034 3.908.357 3.952.266 3.961.192 3.998.475

Tabel Budget flexibiliteit artikel 8 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet -juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 16.890 15.172 1.454 264 2013 16.759 14.352 2.154 253 2014 16.997 5.905 10.608 484 2015 16.502 5.368 10.664 470 2016 16.501 3.660 12.371 470


1



Tabel Budget flexibiliteit artikel 9 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 420.120 340.916 79.204 0 2013 491.994 373.397 118.597 0 2014 521.618 390.506 131.112 0 2015 569.841 437.591 132.250 0 2016 719.533 227.383 492.150 0

Tabel Budget flexibiliteit artikel 11 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden Tabel Budget flexibiliteit artikel 12 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden Tabel Budget flexibiliteit artikel 14 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 895.631 793.849 101.782 0 2013 845.898 156.132 689.766 0 2014 794.615 155.927 638.688 0 2015 739.655 152.398 587.257 0 2016 739.554 152.393 587.161 0 112.215 112.215 0 0 2013 112.178 112.178 0 0 2014 112.445 112.445 0 0 2015 114.120 114.120 0 0 2016 116.697 116.697 0 0 3.658.463 0 0 2013 4.135.470 0 0 2014 4.243.762 0 0 2015 4.253.385 0 0 2016 4.295.457 0 0 3.658.463 4.135.470 4.243.762 4.253.385 4.295.457

Tabel Budget flexibiliteit artikel 15 (bedragen x 1.000) Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 2012 915954 915098 856 0 2013 862662 861695 967 0 2014 823342 822375 967 0 2015 719546 718534 1012 0 2016 730002 728991 1011 0

Tabel Budget flexibiliteit artikel 16 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 894.029 891.235 2.794 0 2013 868.281 865.003 2.854 424 2014 861.162 855.408 4.734 1.020 2015 810.404 804.834 5.041 529 2016 809.455 803.455 5.491 509

Tabel Budget flexibiliteit artikel 25 (bedragen x 1.000) 2012 Programma-uitgaven Totaal juridisch verplicht Totaal bestuurlijk gebonden Totaal niet-juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden 16 630 7 249 9 381 0 2013 17 322 4 279 13 043 0 2014 17 544 1 318 16 226 0 2015 17 833 1 624 16 209 0 2016 17 833 150 17 683 0