Briefing Tweede Kamer over situatie Oekraine

Nieuwsbericht | 21-07-2014

Het kabinet heeft tijdens een openbare informatiebijeenkomst de Tweede Kamer bijgepraat over de vliegtuigramp MH17 in Oekraine. Minister-president Rutte heeft aangegeven welke stappen het kabinet heeft ondernomen om de afwikkeling van de vliegramp zo goed mogelijk te laten verlopen.

RUTTE

Mevrouw de voorzitter, dank u wel. Afgelopen donderdag, 17 juli 2014, zal de geschiedenis ingaan als een inktzwarte dag. Bijna 300 passagiers, onder wie 193 landgenoten; backpackers, wetenschappers, gezinnen en ook een lid van de Staten Generaal, Willem Witteveen, gingen die dag aan boord van vlucht MH-17 van Malaysia Airlines van Schiphol richting Kuala Lumpur. Zij gingen nietsvermoedend hun kansloze lot tegemoet.

Deze afgrijselijke gebeurtenis heeft ons land diep getroffen. Ons aller gedachten gaan uit naar de familie, vrienden en nabestaanden van de passagiers. Uitingen van medeleven worden de voorbije dagen op tal van plaatsen gegeven. Bijna iedereen kent in zijn of haar omgeving een van de slachtoffers of kent iemand die een van de slachtoffers kent. De onderlinge verbondenheid in Nederland is op dit moment heel groot en dat is bijzonder.

Wij zijn allen geschokt, verbijsterd en woedend. Er leven ook nog zoveel vragen. Vanaf het moment dat het afschuwelijke nieuws van de crash ons bereikte, is de crisiscooerdinatie binnen het kabinet geactiveerd om al die vragen zo goed en snel mogelijk te beantwoorden en te handelen.

Absolute hoofdprioriteit is de repatriering van de stoffelijke overschotten. Daarnaast is directe toegang tot de crashsite nodig voor onafhankelijk onderzoek dat de onderste steen boven moet krijgen over de precieze toedracht. Hierop zullen de daders hun gerechte straf moeten krijgen. En tegelijkertijd is het van het grootste belang om in Nederland zorg te bieden voor de nabestaanden.

De minister van Buitenlandse Zaken en ik zijn sinds donderdagmiddag in bijna permanent overleg met internationale collega's om de repatriering en de toegang tot de rampplek te bewerkstelligen. Ik sprak - vaak meerdere keren - met de regeringsleiders van Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Frankrijk, Maleisie, Oekraine, Australie, Indonesie en Rusland, als ook met de secretaris-generaal van de Verenigde Naties.

Minister Timmermans is nu in New York om de leden van de VN Veiligheidsraad aan de sporen een sterke VN Veiligheidsraad-resolutie aan te nemen, waarin de nadruk ligt op het belang van onbelemmerde hulpverlening en onafhankelijk, internationaal onderzoek. Een dergelijke resolutie is een krachtig instrument om van alle betrokken partijen de medewerking af te dwingen.

Minister Timmermans is met Nederlandse experts meegereisd, dit weekend, om met Oekraiense autoriteiten en internationale organisaties, waaronder hulporganisaties, te overleggen over de bergingsoperatie en het onderzoek naar de toedracht en eventuele schuldigen. Gesproken is met de Oekraiense president, de minister-president, de vice-minister en minister van Buitenlandse Zaken, vertegenwoordigers van de Europese Unie, de VN, de OVSE en het Internationale Rode Kruis. Alle gesprekspartners onderstreepten het belang van directe en ongehinderde toegang tot het rampgebied en de noodzaak van snelle repatriering van stoffelijke overschotten. Evenals de noodzaak voor onafhankelijk, internationaal onderzoek. President Porosjenko, ik heb hem zelf gisteravond laat ook nog aan de lijn gehad, en premier Jatsenjoek zegden alle medewerking toe om de berging van slachtoffers mogelijk te maken. De OVSE onderhandelt met de separatisten, zodat deze experts hun werk zo veilig mogelijk kunnen doen.

Ik kom dan nu eerst te spreken over de berging en de identificatie. De Nederlandse experts, op het gebied van identificatie, zijn op 19 juli richting het rampgebied gereisd. Dat is een complexe operatie die tijd vergt. Nederlandse hulpverleners in de Oekraine van onder meer de Nederlandse Onderzoekraad voor Veiligheid, het OM, het Landelijke Team Forensische Opsporing en de crisismedewerkers van Buitenlandse Zaken zijn nu allen in Oekraine aanwezig. Een Nederlandse expert, het hoofd van het Landelijk Team Forensische Opsporing ter plekke, Gert Wibbelink, leidt de internationale cooerdinatie bij het identificeren van de slachtoffers. De internationale cooerdinatie van de hulpinspanningen ligt in handen van de Oekraiense autoriteiten, te weten de Oekraiense regeringscommissie belast met het onderzoek naar de vliegramp en de staatsdienst voor noodsituaties. Onder andere Maleisie, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk hebben ook experts afgevaardigd naar Oekraine. Mede door actieve Nederlandse inzet hebben zowel de VN Veiligheidsraad als de OVSE opgeroepen tot ongehinderde en veilige toegang tot het rampgebied en het instellen van het onafhankelijk onderzoek. De Oekraiense regering heeft de oproep gedaan aan de separatisten om medewerking te verlenen aan medewerkers van de staatsdienst voor noodsituaties van Oekraine bij de organisatie van het zoeken, verzamelen, verpakken en transporteren van de stoffelijke overschotten naar een plaats waar onderzoek kan worden verricht. Monitoring van de verrichte werkzaamheden moet worden verricht door vertegenwoordigers van de OVSE. De eerste stappen zijn hiermee gezet om de stoffelijke overschotten van de slachtoffers van de vliegramp te bergen. Het is verschrikkelijk dat, door de omstandigheden ter plekke, de berging van slachtoffers en bezittingen zo lang duurt. Dat is onverdraaglijk. Tegelijkertijd moeten we weten en bezien dat er grote zorgen zijn over de houding van gewapende groepen in het rampgebied. Nederland doet er alles aan, het is de aller-allereerste prioriteit die we op dat moment hebben om de stoffelijke overschotten zo spoedig mogelijk naar Nederland te krijgen. Wij willen onze mensen terug.

We zien, ter plaatse, op de plek van de ramp, enige verbetering in de situatie ontstaan. Zij het nog heel voorzichtig. Ik wil nu iets zeggen over de toegang tot het terrein, over de berging en identificatie van de stoffelijke overschotten en het onderzoek naar de oorzaak. Ik kom dan nu bij de toegang tot het terrein. Zoals de media inmiddels ook hebben gemeld, heeft de OVSE inmiddels toegang tot het rampgebied gekregen. Zij het onder door de separatisten gestelde voorwaarden. Het rampgebied beslaat ongeveer 35 vierkante kilometer en dat betekent ook dat deze omvang bemoeilijkend werkt op de zoektocht naar stoffelijke overschotten. Ik kan u melden, en dat is het nieuws van vanochtend, dat het Nederlands forensisch team inmiddels in Torez is, dat is de plek waar de treinwagons staan, en in contact staat met de OVSE-waarnemingsmissie over toegang tot het rampgebied. Het eerste doel nu is om de treinen daar weg te krijgen en de treinen te laten rijden naar door de Oekraine beheerst terrein en gebied, bij voorkeur Charkov, maar tenminste naar terrein waar de Oekraine de macht heeft. Belangrijk is te melden dat de separatisten hebben gezegd dat er internationale waarnemers aanwezig moeten zijn als die trein zou gaan rijden. De Nederlandse experts zijn bereid om, zij zijn internationale experts, zij zijn embedded in de OVSE, zij kunnen die rol vervullen. Dus alles is er nu op gericht om de komende uren, en dit is de stand van zaken van vijf voor tien vanochtend, we zijn nu twintig minuten verder, maar in ieder geval om vijf voor tien vanochtend was de laatste stand van zaken om ervoor te zorgen dat op deze manier die trein in beweging komt. Als dat niet lukt, dan zullen de experts doorreizen naar het rampgebied zelf.

Dan kom ik bij de berging en identificatie van de stoffelijke overschotten. Vast staat dat een groot aantal stoffelijke overschotten inmiddels is overgebracht naar de genoemde treinwagons. Deze stoffelijke overschotten zijn in individuele bodybags geborgen en de treinwagons zijn gekoeld. Ze staan op dit moment, zoals gezegd, in het plaats Torez en dat is ongeveer 15 kilometer van de plek des onheils. Wat nog onduidelijk is, is welke stoffelijke overschotten in de treinwagons liggen en welke nog niet geborgen zijn. Volgens de OVSE-informatie van gisteren ging het in de trein om 196 lichamen, inmiddels zijn er onbevestigde berichten dat het zou gaan om 251 lichamen. Dus de OVSE gisteren heeft zelf kunnen tellen en komt op 196. Er is inmiddels ook weer verder gehandeld en het is natuurlijk heel goed mogelijk dat het aantal inmiddels inderdaad fors is opgelopen, maar nogmaals dat zijn onbevestigde berichten dat het nu zou gaan om 251 lichamen. Dat betekent dat ik tegelijkertijd u nog geen informatie kan geven over de overige lichamen. Wij doen er alles aan om ook die lichamen, en dus alle lichamen, geborgen te krijgen. Het is nu van groot belang, zoals ik zei, dat de trein vertrekt van de locatie waar die staat, bij voorkeur naar Charkov, dat is ook de locatie waar de Oekraiense autoriteiten op inzetten. En dat zou ook een geschikte locatie zijn. Vanuit Nederland heeft inmiddels een Hercules vliegtuig met materieel voor het cooerdinatieteam, is aangekomen in Charkov en er zitten ook alle mensen bij voor de identificatie. Op dit moment kan ik dus ook nog geen uitsluitsel geven wanneer de lichamen van de Nederlandse slachtoffers naar Nederland kunnen worden overgebracht. Wij zetten er alles op in om ervoor te zorgen dat een snelle en professionele identificatie op het hoogst denkbare kwaliteitsniveau kan plaatsvinden. En wij spannen ons ervoor in om die identificatie in Nederland te laten plaatsvinden. Ik heb daar ook over, gisteren dus, wat ik u zei, laat nog getelefoneerd met president Porosjenko. Dus nu eerst moeten de treinen uit het rebellengebied weg en zodra ze aankomen in Oekraine kan de identificatie daar plaatsvinden, onze voorkeur zou hebben als alle lichamen naar Nederland komen en we de identificatie hier kunnen doen. Daarover zijn de gesprekken nog gaande.

Dan kom ik bij het onderzoek naar de oorzaak. We moeten vaststellen dat het onderzoek naar de oorzaak van de ramp nog nauwelijks heeft kunnen aanvangen. De separatisten laten, tot nu toe, alleen werkzaamheden toe die zijn gericht op het bergen van de lichamen. Dat is natuurlijk ook onze eerste prioriteit. Maar tegelijkertijd is ook waar dat de brokstukken die van belang zijn voor het onderzoek zo snel mogelijk veiliggesteld moeten worden. Onbekend is waar de zwarte dozen zich bevinden. Als de separatisten, en daar zijn berichten over geweest, maar niet bevestigd, deze in handen hebben, dan moeten ze zo snel mogelijk ter beschikking van het ICAO-onderzoek worden gesteld. Ik heb dat gisteren ook benadrukt bij de Russische president en hij heeft mij toegezegd van zijn kant zich daar sterk voor te zullen maken.

Dan komt ik bij het vraagstuk van de toedracht en de schuldvraag. Er zijn inmiddels sterke aanwijzingen over de toedracht van de ramp. Internationaal en onafhankelijk onderzoek naar de toedracht van de ramp zijn essentieel om de feiten precies te kunnen vaststellen. Ik blijf herhalen dat voorkomen moet worden dat het voortijdig aanwijzen van schuldigen leidt tot een verminderde toegang tot het rampgebied en daarmee tot een vermindering van de kans op het weghalen, het terughalen naar Nederland van de lichamen en het doen van onafhankelijk onderzoek. Ik begrijp dat heel veel mensen willen dat we zo snel mogelijk duidelijkheid geven en ons uit kunnen spreken over de schuldvraag, maar ik wijs erop welk dilemma we daarbij te bezien hebben, namelijk ervoor te zorgen dat dat nooit en te nimmer, dat aanwijzen van die schuldigen, kan leiden tot een verminderde kans op het terughalen van lichamen en het doen van onafhankelijk onderzoek. Een internationaal onderzoeksteam, gecooerdineerd door de International Civil Aviation Organisation, de ICAO, zal onderzoek doen naar de oorzaken van de ramp. Onderzoekers van de Nederlandse Onderzoeksraad voor Veiligheid maken deel uit van dit team. Het is op dit moment niet te zeggen wanneer een eerste rapport beschikbaar zal zijn. Het gaat nu erom, ook voor dit onderzoek, de veilige toegang tot de crashsite zeker te stellen en u zult zich kunnen voorstellen dat ook de contaminatie van het onderzoeksgebied hier ons voor bijzondere uitdagingen stelt. Ik wijs er ook op dat zelfs als die toegang mogelijk is, dat ervaringen uit het verleden leren dat dergelijke processen tenminste enkele weken in beslag zullen nemen.

Morgen is de Raad Buitenlandse Zaken in Brussel. Minister Timmermans zal daar terugkoppelen over zijn bezoek aan Oekraine en overleggen met zijn collega's over wat nu oppertune is. Het is voor het kabinet, zoals ook bij de bredere ontwikkelingen in Oost-Oekraine, duidelijk dat Rusland haar invloed op de separatisten moet gebruiken om de situatie ter plekke te verbeteren. Dit heb ik ook in kraakheldere termen besproken met de Russische president. En indien de komende dagen de toegang tot het rampgebied onvoldoende blijft, dan liggen alle politieke, economische en financiele opties op tafel tegen diegenen die daarvoor direct of indirect verantwoordelijk zijn. Dit geldt ook als bevestigd wordt wie verantwoordelijk is voor het neerhalen van MH-17. Maatregelen zullen dan niet uitblijven. Deze stappen zijn dan in aanvulling op de reeds bestaande voorwaarden, die de Europese Raad op 27 juni jongstleden stelde aan Rusland over de-escalatie in Oost-Oekraine en waarvan de Europese Raad op 16 juli concludeerde dat daarvan, daaraan niet volledig was voldaan en opdracht gaf verder te gaan met de voorbereiding van financieel economische maatregelen.

Mevrouw de voorzitter, tot slot, vanmiddag zullen de koning en koningin met een aantal leden van het kabinet, ik zal er zelf bij zijn, aanwezig zijn bij een besloten informatiebijeenkomst voor de nabestaanden van de slachtoffers. Het is nu van belang dat wij bij hen zijn en dat we naar hen kunnen luisteren. Het kabinet doet er alles aan om zorg te dragen voor optimale begeleiding van alle mensen die dit onmenselijke verdriet is aangedaan.

Ik wil ook heel persoonlijk tegen de Kamer zeggen dat ik verheugd ben dat wij vandaag in de gelegenheid zijn om de Kamer te briefen. Ik heb ook de ruimte, die de Tweede Kamer het kabinet in de voorbije dagen heeft geboden, buitengewoon gewaardeerd. Het is het voornemen van het kabinet om uiterlijk woensdagochtend een verslag aan de Kamer te sturen over de Raad Buitenlandse Zaken en bij dat verslag te voegen een update van de actuele stand van zaken zoals die zich dinsdagavond laat dan wel woensdagochtend vroeg voordoet. En het is ook het voornemen van het kabinet om geregeld, tenminste iedere 48 uur, de Kamer ook daarna updates te sturen van de stand van zaken.

Mevrouw de voorzitter ik zou u willen vragen om na mij Ivo Opstelten, hij heeft de nationale cooerdinatie op zich, waaronder de zorg voor de nabestaanden en alle andere zaken die daarmee samenhangen, het woord te geven en dan is het kabinet klaar met de briefing en dan staan wij uiteraard open voor alle vragen vanuit de Kamer.