DNA driekwart van stoffelijke resten bekend


Laatste update: 27-08-2014 | 20:20

Nederland - Van alle stoffelijke resten die na de ramp met vlucht MH17 naar Nederland zijn gebracht, is van driekwart een bruikbaar DNA-profiel gemaakt. In totaal is van 283 personen DNA gevonden, maar mogelijk zitten daar ook profielen van mensen tussen die later op de rampplek zijn geweest.
Onzeker is of alle slachtoffers kunnen worden geidentificeerd, zeker is dat het proces nog maanden gaat duren.

In totaal zijn 173 slachtoffers geidentificeerd, zo werd donderdag 21 augustus bekend, maar inmiddels zijn dat er al weer meer. Nieuwe identificaties worden echter pas aan de media gemeld als alle nabestaanden zijn ingelicht. Omdat sommige families willen wachten, zijn 73 van de 173
geidentificeerde slachtoffers aan de nabestaanden overgedragen. 'Dat is vooral omdat men wacht totdat alle familieleden die in het vliegtuig zaten, zijn geidentificeerd', zo zei Arie de Bruijn, hoofd van het Landelijk Team Forensische Opsporing (LTFO) woensdagmiddag 27 augustus tijdens een
drukbezochte persconferentie in Den Haag.

Bijeenkomst

Een avond eerder informeerde De Bruijn in Nieuwegein nabestaanden op een bijeenkomst waar ook het hoofd van de repatrieringsmissie Pieter-Jaap Aalbersberg en kolonel Kees Kuijs van de Koninklijke Marechaussee de nabestaanden toespraken. Ook vertegenwoordigers van het NFI, het Openbaar
Ministerie en de Raad voor de Veiligheid spraken in Nieuwegein. De bijeenkomst werd bijgewoond door minister-president Rutte en zeven ministers van het kabinet. Rutte maakte dinsdag 26 augustus bekend dat op 10 november in de RAI in Amsterdam een nationale herdenking wordt gehouden van de 298
slachtoffers, onder wie 196 Nederlanders. Die herdenking zal zo veel mogelijk in overleg met de nabestaanden worden ingericht.

Vragen

In het tweede deel van de bijeenkomst in Nieuwegein werden nabestaanden onder andere in de gelegenheid gesteld in een informele setting vragen te stellen aan LTFO-medewerkers die werken aan de identificatie van hun geliefden, wat voor alle betrokkenen tot indringende en waardevolle gesprekken
leidde. Op de wens bij enkele nabestaanden om de rampplek te bezoeken, moest door specialisten worden uitgelegd dat de situatie in Oost-Oekraine momenteel door de oorlog die daar woedt nog te onzeker en te onveilig is.

DNA

Volgens De Bruijn breekt bij het identificatieproces in de Hilversumse Kolonel van Oudheusdenkazerne nu het moment aan dat niet langer op vingerafdrukken en tandstatussen wordt geidentificeerd, maar op DNA-profielen. 'En als we daar ook niet verder mee kunnen identificeren, zullen we moeten
gaan rechercheren. Dan gaan we gegevens nader met elkaar vergelijken, nadere vraagstellingen formuleren en mogelijk opnieuw gericht schouwen.'

Hoop

Over het werk aan de DNA-profielen vertelde Wim Heijnen, hoofd Forensische Opsporing van het Nederlands Forensisch Instituut, dat het aantal van 283 verschillende DNA-profielen naar verwachting de komende tijd nog zal toenemen. 'We hopen dat we ook van het laatste kwart van de stoffelijke
resten een DNA-profiel kunnen trekken, maar ik kan niet zeggen in hoeveel gevallen dat gaat lukken. Ik heb slechts hoop.' Volgens Heijnen zullen gevoeligere technieken worden gebruikt en zal eventueel opnieuw DNA van de stoffelijke resten worden afgenomen. 'Tot we zeker zijn dat het echt niet
lukt.'

Met respect

Duidelijk werd dat in en om de rampplek direct na de crash ordentelijk is gezocht naar slachtoffers. 'In Oekraine is naar mijn informatie met respect met de lichamen omgegaan, ook bij het bergen,' zei De Bruijn tijdens de personferentie.