Ouders vinden gezondheid Twentse kinderen goed

Eind 2013 heeft GGD Twente in samenwerking met de andere GGD'en van Overijssel en Gelderland een onderzoek uitgevoerd onder ouders van kinderen van 0 tot 12 jaar. Aan bod kwamen gezondheid, woonomgeving, opvoeding, welzijn, voeding, vrije tijd, roken en alcohol en kinderopvang en school.

De situatie met betrekking tot opvoeding en opgroeien wijkt in Twente nauwelijks af van die in de rest van Overijssel en Gelderland.

Vrijwel iedere respondent (97%) vindt de gezondheid van het kind (zeer) goed. Gemiddeld heeft een vijfde van de ouders in de maand voorafgaand aan het onderzoek contact gehad met de huisarts over de gezondheid van het kind. Naarmate het kind ouder wordt neemt dit percentage af.

Voeding

Bijna alle kinderen ontbijten iedere dag, ouders vinden dit ook belangrijk. Twee derde van de kinderen eet zes dagen per week groente en fruit. Het aantal kinderen dat elke dag fruit (54%) of groente (39%) eet, ligt wat lager. Epidemioloog Kees Smit van GGD Twente: "In Twente wordt aanmerkelijk minder vaak borstvoeding gegeven dan in de rest van Overijssel en Gelderland: in Twente geeft 20% van de moeders hun baby de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding, in de rest van Overijssel en in Gelderland is dat 28%.".

Opvoeding en bewegen

De ouders die de vragenlijst invulden gaven vrijwel zonder uitzondering aan dat ze hun kind liefdevol opvoeden en vaak knuffelen. Twee derde van de ouders praat regelmatig of vaak met familie of vrienden over opvoeding, en een derde krijgt vaak of regelmatig hulp van familie of vrienden bij het opvoeden. 4% van de ouders geeft aan niet genoeg tijd te hebben voor de opvoeding van hun kind.

Ruim 80% van de kinderen is lid van ten minste een vereniging of club. Twee derde van de basisschoolleerlingen van 6 tot 12 jaar gaat iedere dag lopend of zelf fietsend naar school. Bijna drie van de vier Twentse kinderen speelt meer dan een half uur per dag buiten.

Gezondheid in relatie met opleiding en inkomen

Veel gedrag van ouders en kinderen hangt samen met de opleiding van de ouders. Kees Smit geeft aan: "In het algemeen lijken kinderen van lager opgeleide ouders een minder gunstige positie te hebben bij het opgroeien dan kinderen van hoogopgeleide ouders.".

Zo krijgen kinderen in laagopgeleide gezinnen vaker koek of snoep als beloning, wordt minder borstvoeding gegeven en wordt minder vaak dagelijks voorgelezen. Ook zijn kinderen minder vaak lid van een club of vereniging en worden ze meer blootgesteld aan de tabaksrook van hun ouders.

Daarentegen spelen kinderen van hoogopgeleide ouders minder vaak buiten en drinken hoogopgeleide ouders meer alcohol.

Vervolg

De resultaten van de Twentse kindermonitor zijn in een rapport (www.ggdtwente.nl/kindermonitor) verwerkt. Momenteel wordt samen met de gemeenten gekeken naar de resultaten per gemeente en zelfs op wijkniveau. Kees Smit: "Op die manier kan een gemeente samen met de GGD bepalen welk gezondheidsbeleid van belang is. De ene gemeente kan meer inzetten op speelveldjes en mogelijkheden om buiten te spelen terwijl andere gemeenten bijvoorbeeld meer inzetten op voorlichting over groente en fruit op basisscholen.". De uitkomsten van de kindermonitor zijn van groot belang voor het gezondheidsbeleid in Twente.