Leraren brengen zelf staat van hun beroep in kaart

Persbericht

15 april 2015

Leraren brengen zelf staat van hun beroep in kaart

Op 15 april 2015 wordt voor de eerste keer de Staat van de Leraar gepresenteerd. Het rapport wordt op het onderwijscongres in Edeaan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap overhandigd. De belangrijkste conclusie is dat er naar de mening van leraren nog veel verbeterd kan worden in de onderwijspraktijk. Ze zien daarbij een belangrijke rol voor zichzelf weggelegd, maar de voorwaarden moeten ook op orde zijn. Leraren willen de ingenieurs van het onderwijs zijn en niet alleen maar de uitvoerders. Ze zijn in het algemeen trots en waarderen hun beroep met een 7.6.

De Staat van de Leraar is geschreven door een onafhankelijke redactie van leraren, ondersteund door de Onderwijscoöperatie. De Staat gaat over leraren in Nederland anno 2015 en over hoe zij hun werk ervaren. De online survey is door ruim 700 leraren ingevuld. Voorts is met zes leraren een één-op-één gesprek aangegaan over de thema’s: school en samenleving, werkbeleving, professionalisering en toekomst. Daarnaast zijn er bij het proces vele leraren, waaronder de Lerarenkamer, betrokken en is er gebruik gemaakt van onderzoeksgegevens over het beroep van de leraar.

“Nu ik een master volg merk ik dat ik groei. Ik krijg een andere positie binnen de school en leer dingen bij. Dat is waardevol.” Katja Korver (vo)

Verreweg de meeste leraren hebben hoge ambities voor het onderwijs en hun eigen professionalisering, maar constateren dat nog niet aan de voorwaarden voldaan is om die idealen te verwezenlijken. De verschillen tussen de ideale situatie en de praktijk op school zijn groot.

- 98% van de leraren vindt het belangrijk dat de school leraren faciliteert en ondersteunt in middelen en mogelijkheden voor professionele ontwikkeling, 47% ervaart dat ook zo in de praktijk;

- 94% van de leraren vindt dat leraren open moeten staan voor feedback en elkaar moeten aanspreken op de kwaliteit van hun onderwijs, 23% ervaart dit in de praktijk;

- 96% van de leraren wil in hun school zeggenschap hebben over de vorm en inhoud van hun professionele ontwikkeling, 41% geeft aan dat dit op hun school goed geregeld is;

- 91% van de leraren vindt dat het team zich eigenaar moet voelen van de koers van de school, 22% ervaart dat in de praktijk.

“In de toekomst heb ik een nog meer coachende rol in de klas, ben ik steeds meer bezig kinderen bewust te maken van hun leerproces en speelt samenwerken een grotere rol.” Jorrit Neele (po)

In het onderwijsbeleid wordt van leraren verwacht dat zij voortdurend blijven investeren in het bijhouden en ontwikkelen van hun bekwaamheid. Daarbij worden allerlei thema’s genoemd die aandacht zouden moeten krijgen. Leraren zelf zien als belangrijkste punten voor hun eigen professionalisering: differentiatie (81%), opbrengstgericht werken (73%), curriculum ontwikkeling (71%), beroepsgericht onderwijs (68%) en het inzetten van ICT (66%).