Uniforme regeling van werk naar werk

Uniforme regeling van werk naar werk

29 april 2015

Sociale partners hebben op 22 april 2015 overeenstemming bereikt over de regeling begeleiding van werk naar werk. Op het moment dat het College van Gedeputeerde Staten de regeling formeel vaststelt is de regeling van kracht. De regeling heeft een terugwerkende kracht tot 1 januari 2015. Tot op heden had iedere provincie haar eigen regeling, gebaseerd op een eigen lokaal sociale statuut. Sociale partners vonden het beter om een uniforme, voor iedere provincie geldende regeling af te spreken.

In de cao 2012-2015 hebben sociale partners in de sector provincies afspraken gemaakt voor een sectorale regeling begeleiding van werk naar werk. Iedere provincie had haar eigen regeling met eigen statuut, maar dit gaat veranderen. Er wordt actief gebruik gemaakt van de nieuwe uniforme regeling begeleiding van werk naar werk als strategische personeelsplanning, HRM-beleid en de gevolgde voorgeschreven procedures over reorganisaties uiteindelijk hebben geleid tot de conclusie dat de functie van een medewerker (in vaste dienst) vervalt en er op dat moment geen zicht is op een andere passende functie. Gedurende een periode van 24 maanden spannen leidinggevende en medewerker zich in om alsnog een passende functie te vinden binnen of buiten de provinciale organisatie voor betrokkene.

In beider belang

Leidinggevende de medewerker maken voor deze periode afspraken die ze vastleggen in een contract van werk naar werk. Daarbij wordt eerst gekeken naar de (on)mogelijkheden van de medewerker en welke instrumenten het beste ingezet kunnen worden voor een succesvol traject. Sociale partners denken dat de gemiddelde kosten voor een werk naar werk-traject 7.500 euro bedragen. Deze komen voor rekening van de werkgever. Medewerker en organisatie hebben beiden belang bij het vinden van een passende functie en steken er dus ook de nodige werktijd in, dat wil zeggen minimaal 20%.

Paritaire commissie

Het is van belang dat de medewerker in het werkritme blijft tijdens dit proces, dat vergroot de kans op een succesvolle doorstart naar ander (passend) werk. Regelmatig bespreken leidinggevende en medewerker de voortgang van het traject en stellen ze samen zo nodig het contract bij. Een verschil van inzicht over de inhoud van het contract en (het nakomen van) de afspraken kan worden voorgelegd aan een paritaire commissie die probeert te bemiddelen, dan wel het College van Gedeputeerde Staten adviseert dat vervolgens over de kwestie een besluit neemt. De intentie is om met dit traject zo snel mogelijk een passende functie te vinden, waarbij de passendheid van de functies wordt beoordeeld op basis van een lijst met criteria. Wordt er een passende functie gevonden dan is de medewerker verplicht deze functie te accepteren. Bij het weigeren van een passende functie wordt het traject van werk naar werk beeindigd en betrokken medewerker ontslagen.

Op basis van reorganisatie

Mocht er, ondanks de intensieve trajectbegeleiding van werk naar werk, drie maanden voor afloop van het van werk naar werk traject van 24 maanden geen zicht zijn op een passende functie, krijgt de medewerker een besluit waarin het voornemen wordt geuit ontslag te verlenen op basis van reorganisatie. Uiteraard hopen sociale partners dat dit zo min mogelijk aan de orde zal zijn. De regeling begeleiding van werk naar werk is van toepassing voor iedere medewerker met een vast dienstverband, waarvan de functie vanwege reorganisatie vervalt en waarvoor op dat moment geen andere passende functie voorzienbaar is.

Medewerkers met een tijdelijk dienstverband

Voor medewerkers met een tijdelijk dienstverband van minimaal twee jaar zijn ook activerende afspraken gemaakt. Zij kunnen, gedurende het laatste half jaar van hun dienstverband, gebruik maken van faciliteiten van werk naar werk om hun kansen op werk buiten de provinciale organisatie te vergroten. Hierbij wordt uitgegaan van een budget van gemiddeld 5.000 euro. Voor zover dat budget niet geheel is uit genut bij het verlaten van de provinciale organisatie wordt dit ingezet bij het verplichte re-integratietraject na ontslag. Medio 2016 wordt de regeling begeleiding van werk naar werk geevalueerd.