Rechtbank verwijst aantijgingen Nijhoff naar prullenbak


Gepubliceerd op 11 november 2015

De provincie heeft niet onrechtmatig gehandeld tegenover Nijhoff Grindmaatschappij BV. Dat bepaalde de Rechtbank Overijssel woensdag, in een zaak die was aangespannen door het bedrijf in Almelo.

Nijhoff stelde dat het bedrijf door de provincie stelselmatig is tegengewerkt en zwartgemaakt. Als gevolg daarvan zou het bijvoorbeeld nog niet gelukt zijn om een koper te vinden voor het bedrijf.

Nijhoff Grindmaatschappij verwerkte vervuild ballastbedgrind, dat onder spoorrails ligt. De provincie trok in 2011 de milieuvergunning van Nijhoff in. Daar ging een lange handhavinggeschiedenis aan vooraf, waarin het bedrijf ruim EUR600.000 aan dwangsommen heeft moeten betalen wegens het
overtreden van milieuregels. Eerder oordeelde de Raad van State in meerdere uitspraken dat de handhaving door de provincie volledig rechtmatig was.

Zwartgemaakt

Ook de rechtbank verwijst de aantijgingen van Nijhoff tegenover de provincie resoluut naar de prullenbak. De provincie zou volgens Nijhoff het bedrijf hebben zwartgemaakt in de media en de aanvraag van potentiele kopers voor een nieuwe milieuvergunning hebben gefrustreerd. De rechtbank stelt
onomwonden dat de "inhoud en strekking" van alle uitlatingen voldoende steun vond in de feiten. Er is door de provincie niet onzorgvuldig of anderszins onrechtmatig gehandeld.

Informatieplicht

Ook erkent de rechtbank dat de provincie als overheidsorgaan een plicht heeft om in de openbaarheid verantwoording af te leggen over hun publieke taken. Daarom is het juist dat de provincie over een ingrijpende maatregel als de intrekking van een vergunning in de media communiceert.

De zaak heeft in de regionale media veel aandacht gekregen. Deze uitspraak is het voorlopige sluitstuk. Nijhoff Grindmaatschappij kan tegen het vonnis nog wel hoger beroep aantekenen.