Vertraging CO2 reductie kost arme landen honderden miljarden dollars

Oxfam Novib briefing toont hoog oplopende kosten bij 3 graden opwarming vergeleken met 2 graden

Den Haag, 25 november. De economieen van ontwikkelingslanden dreigen te bezwijken onder de combinatie van de hoge extra kosten om zich aan klimaatverandering aan te passen en de jaarlijkse economische schade die zij leiden als gevolg van klimaatverandering, zo waarschuwt Oxfam Novib vandaag.

Oxfam Novib publiceert haar nieuwe media briefing Game-changers in the Paris Climate Deal aan de vooravond van de VN klimaattop in Parijs die maandag, 30 november, begint. De briefing stelt dat de maatregelen die landen moeten nemen om zich te wapenen tegen klimaatverandering bij een opwarming

met 3 graden ontwikkelingslanden tegen 2050 270 miljard dollar extra per jaar kunnen kosten, waardoor de totale kosten oplopen tot 790 miljard dollar. Dat is een toename met 50 procent vergeleken met de kosten bij opwarming met 2 graden, waar de deelnemers aan de klimaattop in Parijs op

mikken.

Ontwikkelingslanden dreigen tegen 2050 ook nog eens jaarlijks 1,7 biljoen dollar aan economische verliezen te lijden als de gemiddelde mondiale temperatuur met 3 graden stijgt. Dat is 600 miljard dollar meer dan bij een opwarming van 2 graden - vier keer meer dan dat rijke landen vorig jaar

aan ontwikkelingshulp hebben uitgegeven.

Marita Hutjes Oxfam Novib klimaatexpert en lid van de officiele Nederlandse onderhandelingsdelegatie aan de klimaattop: "Wat er nu op tafel ligt is bij lange na niet genoeg. Ons rapport toont de omvang van de problemen die 's werelds armste mensen al hebben en gaan krijgen door

klimaatverandering - terwijl zij daar het minste schuld aan hebben ".

Als alle publieke financiering van klimaataanpassingen verdeeld zouden worden onder de 1,5 miljard kleinschalige boeren in ontwikkelingslanden, dan krijgt iedereen slechts 3 dollar per jaar om zich tegen overstromingen, droogtes en andere extreme klimaatverschijnselen te beschermen - de

gemiddelde prijs van een kopje koffie in veel rijke landen.

De toezeggingen van de ruim 150 landen om hun uitstoot te verminderen, bekend als INDC's (Intended Nationally Determined Contributions), zullen de hoeksteen vormen van een akkoord in Parijs. Maar zelfs als deze doelstellingen worden gehaald, dan stevent de wereld nog steeds af op een

gevaarlijke opwarming van ongeveer 3 graden. Dit ondanks dat de VN als doel heeft gesteld dat de temperatuurstijging onder de 2 graden moet blijven.

De huidige toezeggingen voor klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden lopen tot 2020. En er is meer geld nodig willen de beloften van 100 miljard dollar per jaar tegen 2020 waar worden gemaakt. Verder is er nog weinig vooruitgang geboekt in de onderhandelingen over nieuw geld voor de

periode na 2020. Ook zou de helft van de klimaatfinanciering besteedt moeten worden aan aanpassingen tegen klimaatverandering. Dit is nu absoluut niet het geval. Oxfam Novib schat dat publieke klimaatfinanciering ongeveer 20 miljard dollar bedroeg in 2013-2014, hiervan was slechts 3 tot 5

miljard dollar gericht op klimaataanpassing.

De nieuwe media briefing geeft in 7 stappen aan wat in het nieuwe klimaatakkoord moet worden opgenomen:

1. Aanpakken van het tekort aan financiering om landen te helpen zich aan te passen, door af te spreken dat minstens 50% van alle publieke financiering aan adaptatie wordt besteed of door een vast streefbedrag vast te stellen van minstens 35 miljard dollar tegen 2020 en minstens 50 miljard

tegen 2050.

2. Nieuwe donors van klimaatfinanciering, zoals Rusland, Zuid-Korea, Mexico, Saudi-Arabie en Singapore moeten mee betalen, naast de traditionele rijke landen.

3. Een ambitieus controlemechanisme zodat regeringen hun emissiereductiedoelen al vanaf 2020 verder aanscherpen,

4. Afspreken maken voor de lange termijn waarbij fossiele brandstoffen worden uitgefaseerd, en rijke landen hierbij het goede voorbeeld geven door hierop leiderschap te nemen.

5. Verbeteren van de voorspelbaarheid van klimaatfinanciering zodat ontwikkelingslanden weten welke financiering zij kunnen verwachten en daarop hun plannen voor aanpassingen en ontwikkeling kunnen baseren,

6. Innovatieve en nieuwe bronnen van klimaatfinanciering aankondigen, zodat geld voor klimaatfinanciering niet langer ten kosten gaat van ontwikkelingshulp.

7. Aan afspraak te maken over hoe om te gaan met de schade veroorzaakt door klimaatverandering, als aanpassingen niet langer mogelijk zijn.

" Wereldleiders moeten nu handelen. De klimaatuitstoot moet verder omlaag en er moet meer geld voor klimaatfinanciering op tafel komen voor landen die nu al te maken hebben met onvoorspelbare overstromingen, droogtes en honger. De menselijke kosten van klimaatverandering moeten centraal staan

in Parijs." aldus Hutjes.