Musea hebben het ondanks toegenomen belangstelling moeilijk

Musea hebben het ondanks toegenomen belangstelling moeilijk

De belangstelling voor musea blijft toenemen, in 2014 brachten mensen bijna 26 miljoen bezoeken aan een museum, een stijging van 2,7 miljoen. Ondanks deze stijging heeft een grote groep musea het moeilijk door sterk teruglopende subsidies en loopt hierdoor meer en meer in de rode cijfers. Met minder subsidie realiseren musea een forse stijging van het aantal bezoeken. Daardoor daalt de subsidie per bezoek tussen 2011 en 2014 maar liefst met 28%.

Een kleine groep van grote musea doet het uitstekend, zo laat het rapport Museumcijfers 2014 zien, een jaarlijks onderzoek in opdracht van de Museumvereniging onder 415 musea. Sectorbreed zijn musea er tussen 2011 en 2014 in geslaagd hun eigen inkomsten met 29% te vergroten, ondanks de economische crisis.

* 25,9 miljoen bezoeken, waarvan 28% uit het buitenland

* EUR 909 miljoen eigen omzet waarvan 45% eigen inkomsten

* 10.362 FTE waarvan 39% onbetaald

* 1,1 miljoen museumkaarthouders

Bezoek stijgt fors

Tussen 2011 en 2014 is het aantal bezoeken in totaal met 31% gestegen. Dat komt neer op een gemiddelde jaarlijkse bezoekstijging van 9,3%. Lokaal en binnenlands bezoek maakt 72% van het totaalbezoek aan musea uit. Het aantal buitenlandse bezoeken met en totale stijging van 37% is in deze periode iets sterker toegenomen dan het totaalbezoek. Het aantal bezoeken in schoolverband is na een jarenlange daling in 2014 met bijna 11% gestegen en ligt in dat jaar 2% boven het niveau van 2011. Dat is een opvallende trendbreuk, mede omdat het aantal jongeren tot en met 18 jaar na 2011 gestaag daalt.

Helft musea gefinancierd door gemeenten

Iets meer dan de helft van de musea in Nederland wordt gefinancierd door de gemeenten. Dit beeld verandert als we kijken naar de bijbehorende geldbedragen. Op een totaal aan baten van 909 miljoen euro draagt het rijk 264 miljoen bij, terwijl de gemeenten een bijdrage leveren van 191 miljoen.Het geld dat musea zelf uit de particuliere sector weten te halen stijgt in 2014 door naar 45% van de totale omzet. De bijdrage van provincies is als vanouds bescheiden.

Eigen inkomsten kunnen daling subsidies niet opvangen

Tegelijkertijd wordt de druk op een grote groep van kleinere musea opgevoerd; hoewel zij hun eigen inkomsten weten te verhogen en er in slagen hun lasten te verlagen, is dit niet voldoende om de subsidiedaling op te vangen. De subsidiedalingen (70% van de musea heeft hiermee te maken) zijn vooral het gevolg van gemeentelijke bezuinigingen.

Meer eigen inkomsten

Met of zonder subsidiedaling, musea weten meer eigen inkomsten te vergaren. De inkomsten uit entreegelden zijn de belangrijkste bron, maar ook opbrengsten uit horeca, winkel en sponsoring dragen hieraan bij. Musea met een subsidiekorting brengen ook hun lasten terug, met name in bedrijfsvoering, ook al slagen ze er daarmee niet in de klappen van de bezuinigingen op te vangen. Ten slotte valt op dat grote musea (omzet > 3,2 mln euro) 81% betaald personeel hebben, waarbij kleine musea (omzet < 400.000 euro) slechts over 18% betaald personeel beschikken.

Link: http://www.museumvereniging.nl/Portals/0/0-Nieuws/2015/MV_museumcijfers2014_LR%20web.pdf