Wetsvoorstel Computercriminaliteit bij Tweede Kamer ingediend

Nieuwsbericht | 22-12-2015 | 15:57

De opsporing en vervolging van computercriminaliteit wordt versterkt. Dit is noodzakelijk vanwege technologische ontwikkelingen op internet en het gebruik van computers voor communicatie en de verwerking en opslag van gegevens.

Ook worden burgers beter beschermd tegen bijvoorbeeld `grooming' of de verspreiding van kinderpornografie, en tegen ernstige criminaliteit waarbij computers worden gebruikt. Het wetsvoorstel Computercriminaliteit III van staatssecretaris Dijkhoff, dat vandaag bij de Tweede Kamer is ingediend, biedt daartoe de mogelijkheden.

Bevoegdheid

Zo mogen politie en justitie straks heimelijk en op afstand (`on line') onderzoek doen in computers. Dat kan een personal computer zijn, een mobiele telefoon of een server. Het geeft opsporingsambtenaren ruimte om verschillende onderzoekshandelingen toe te passen bij de opsporing van ernstige delicten. Zij kunnen gegevens ontoegankelijk maken of kopiioren, maar ook communicatie aftappen of observeren. Politie en justitie hebben steeds meer last van versleuteling van elektronische gegevens. Internetgebruikers kunnen zelfs via bepaalde diensten gegevens anoniem transporteren. Dit speelt criminelen in de kaart.

Striktere waarborgen

Om te kunnen tappen en observeren moet het gaan om een ernstig misdrijf, waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is en dat een ernstige inbreuk op de rechtsorde vormt. Overigens geldt bij alle onderzoekshandelingen dat er een machtiging nodig is van de rechter-commissaris, op verzoek van de officier van justitie. Ook wordt de inzet van de bevoegdheid getoetst door de Centrale Toetsingscommissie, een adviesorgaan binnen het OM.

Naar aanleiding van de consultatie en het advies van de Raad van State komen er strengere voorwaarden met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Nieuw is dat het ontoegankelijk maken of kopieren van gegevens pas is toegestaan bij een zeer ernstig misdrijf, waarop een gevangenisstraf staat van acht jaar of meer. Bijvoorbeeld mensenhandel of deelname aan een terroristische organisatie.

In een beperkt aantal gevallen kan dat ook bij misdrijven met een vrijheidsstraf lager dan acht jaar. Reden hiervoor is dat er delicten zijn die naar hun aard worden gepleegd met behulp van een computer en waarbij er een duidelijk maatschappelijk belang is om een einde te maken aan de strafbare situatie. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij het verleiden van een minderjarige tot ontucht, waaronder `grooming'. Hetzelfde geldt voor het ontoegankelijk maken van kinderpornografisch materiaal dat op internet staat. Ook bij de bestrijding van een botnet kan het onvermijdelijk zijn om een server binnen te dringen om gegevens ontoegankelijk te maken. Bijvoorbeeld als banken worden belaagd door een DDOS-aanval. Er komt een algemene maatregel van bestuur waarin deze misdrijven beschreven staan.

Om een botnet (DDOS-aanvallen) onschadelijk te maken, kan het noodzakelijk zijn toegang te krijgen tot de servers die daar onderdeel van zijn. Het optreden in cyberspace kan met zich meebrengen dat gegevens ontoegankelijk worden gemaakt, ook als deze zich op een server in het buitenland bevinden. Als bekend is waar de gegevens zich bevinden, is een rechtshulpverzoek nodig.

Verder is het voorstel voor het decryptiebevel aan verdachten geschrapt vanwege de verhouding met het nemo tenetur-beginsel, dat inhoudt dat de verdachte niet aan zijn eigen veroordeling hoeft mee te werken.

Meer bescherming

Het wetsvoorstel regelt verder een aantal zaken waardoor er meer bescherming komt voor minderjarigen en consumenten.

Lokpuber

Bij `grooming' worden kinderen met behulp van chat- of emailverkeer verleid tot een ontmoeting, om ze seksueel te misbruiken. Het wordt mogelijk lokpubers in te zetten om de opsporing en vervolging van `groomers' te vergemakkelijken die via internet in contact willen komen met minderjarigen. Een lokpuber is een politiefunctionaris die onder een dekmantel werkt en zich voordoet als een minderjarige onder de zestien jaar. Ook kan een lokpuber worden ingezet als een minderjarige via internet wordt verleid om getuige te zijn van seksuele handelingen.

Online handelsfraude

Malafide verkopers die op internet herhaaldelijk goederen of diensten te koop aanbieden, maar niet leveren, kunnen straks strafrechtelijk worden vervolgd. De zelfstandige strafbaarstelling heeft te maken met de ontwikkeling van het internet en de invloed daarvan op het handelsverkeer. Op websites worden kopers verleid te betalen zonder dat de goederen of diensten worden geleverd. Slachtoffers blijven met lege handen achter, omdat de verkoper voor hen niet of nauwelijks te achterhalen is.

Heling van computergegevens

Verder wordt heling van computergegevens als zelfstandig delict strafbaar. De strafbaarstelling dient om te voorkomen dat, bijvoorbeeld na een inbraak in een computer, derden de gestolen informatie in handen krijgen en vervolgens op websites plaatsen.

In de praktijk worden regelmatig computergegevens gebruikt die door misdrijf verkregen zijn, bijvoorbeeld door hacken van een computer of door het listig afhandig maken van wachtwoorden en toegangscodes van gebruikers. De strafbaarstelling kan ook helpen bij de aanpak van wraakporno. Er komt een gevangenisstraf van maximaal een jaar op te staan.