In hoger beroep 10 jaar cel geeist voor dodelijke schietpartij Rotte..

9 maart 2016 - Ressortsparket

De advocaat-generaal (OM) in Den Haag heeft in hoger beroep tien jaar cel geeist tegen een inmiddels 24-jarige man uit Den Haag. In de visie van het OM heeft hij op 25 april 2014 in Rotterdam een andere man doodgeschoten. De aanleiding voor de schietpartij blijft onduidelijk; in de visie van
het OM heeft deze hoogstwaarschijnlijk te maken met een ruzie over drugs of over een vrouw.

Verdachte en het slachtoffer troffen elkaar op straat. Vast staat dat verdachte twee maal op het slachtoffer heeft geschoten. Verdachte geeft toe de schoten te hebben gelost maar beroept zich op noodweer. Bij noodweer is vereist dat verdachte zich heeft verdedigd tegen ogenblikkelijk dreigend
gevaar voor een aanranding. De advocaat-generaal vindt dat hiervan geenszins sprake is. "Weliswaar had ook het slachtoffer een wapen bij zich. Uit niets blijkt dat hij dit wapen heeft vastgepakt, getrokken, doorgeladen of gericht. Uit het dossier komt naar voren dat verdachte bij het zien van
het vuurwapen vrijwel direct geschoten heeft. Het lijkt daarom eerder op een aanval door verdachte dan dat er sprake was van een verdediging."

De advocaat-generaal acht verdachte dan ook strafbaar en vindt dat een lange celstraf recht doet aan de ernst van het feit. "Een man is het leven ontnomen. Dat betekent dat familie en vrienden zonder hem verder moeten. Dat is vreselijk. Ook vreselijk is het dat dit schietincident op de
openbare weg heeft plaatsgevonden, waar veel mensen en zelfs een kind ongewild getuige van waren. Ondanks dat de reden voor de schietpartij onduidelijk is gebleven, staat voor het OM vast dat hier sprake is van zinloos geweld. Het toont maar weer eens aan dat het voorhanden hebben van een
vuurwapen gemakkelijk leidt tot het gebruik ervan en tot doden kan leiden. Verdachte heeft aangegeven dat hij voor zijn eigen veiligheid een vuurwapen bij zich heeft en wanneer hij denkt dat een ander gaat schieten hij zijn wapen trekt met alle gevolgen van dien. De maatschappij dient tegen
verdachte beschermd te worden en dat doel kan alleen met een lange celstraf worden bereikt."

De rechtbank veroordeelde de verdachte tot achtenhalf jaar cel na een eis van de officier van justitie van eveneens tien jaar. De verdachte ging in hoger beroep.

Uitspraak op 23 maart.

Deel dit op

*