Voorkeursroutes voor zwaar verkeer in Midden-Holland


Om de veiligheid op de wegen te verbeteren, moet het vracht- en landbouwverkeer op plattelandswegen gebruik gaan maken van voorkeursroutes. Deze aanbeveling staat in een onderzoek dat in 2015 in de regio Midden-Holland is uitgevoerd naar de problemen rondom vracht- en landbouwverkeer op
plattelandswegen. Het onderzoek is mede mogelijk gemaakt door de provincie.

De onderzoeksresultaten zijn besproken tijdens het Provinciaal Verkeers- en Vervoersberaad op maandag 11 april 2016 in Bergambacht. Gedeputeerde verkeer en vervoer Floor Vermeulen: "Tijdens het onderzoek werd duidelijk dat iedereen last heeft van dezelfde problemen. Als het zware verkeer
knelpunten vermijdt en gebruik maakt van vaste routes, profiteren alle weggebruikers van veiliger wegen in het landelijke gebied."

Resultaten onderzoek

Het onderzoek heeft een netwerk opgeleverd, waarop wenselijke routes worden aangegeven. Dit zijn routes op 3 niveaus. Alle verbindingen over langere afstand maken gebruik van een grover bovenregionaal net. Daaronder ligt een regionaal net, waarop verkeer nog wel geconcentreerd rijdt, op weg
naar bestemmingen in de regio. Tenslotte is er het lokale netwerk: alle wegen waar ook landbouwverkeer is toegestaan, maar waar het alleen rijdt als het specifiek ter plekke moet zijn.

Onderzoeksresultaten verwerken in aanpak

De Regio Midden-Holland verwerkt de resultaten van het onderzoek in het Regionaal Verkeer- en Vervoersplan dat op dit moment wordt gemaakt. Daarbij heeft het ontvlechten van het landbouw- en fietsverkeer prioriteit. Verder wordt voor het landbouwverkeer ook vanuit economische overwegingen
gewerkt naar een zo goed mogelijk hoofdroutenetwerk waar het voldoende ruimte heeft en bij voorkeur beschikt over eigen infrastructuur.

Samenwerking

Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het Bestuurlijk Overleg Verkeer en Vervoer van de regio, in samenwerking met enkele omliggende gemeenten. In de begeleidingsgroep van het onderzoek waren alle wegbeheerders in het onderzoeksgebied vertegenwoordigd: De provincies Zuid-Holland en
Utrecht, het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard en de gemeenten Krimpenerwaard, Zuidplas, Waddinxveen, Bodegraven-Reeuwijk, Woerden, Zoeterwoude, Kaag en Braassem, Alphen aan den Rijn en Nieuwkoop. Er werd nauw samengewerkt met andere belanghebbenden rond deze problematiek:
agrariers, transporteurs, verkeersveiligheidsorganisaties, politie en bewoners.