Volgens de Onderwijsinspectie scoort geen enkele voortgezet onderwijs-scholengemeenschap van Landstede Groep nog onvoldoende op de opbrengsten. `Dat betekent dat alle rond de vijftig afdelingen van die scholen het goed doen. Dat is een hele mooie situatie', zegt Harry van Goor, die zich als kwaliteitsadviseur de afgelopen drie jaar, samen met de teams en de betrokken directies heeft ingezet voor de VO-scholen. Deze week werden de bevindingen van de Onderwijsinspectie bekend gemaakt.

Drie jaar geleden was het voor de vo-scholen van Landstede Groep tijd om een kwaliteitsslag te maken. `De kwaliteit liet bij sommige afdelingen te wensen over', vertelt Harry, die ook werkt voor de vo-raad en gespecialiseerd is in het doorvoeren van verbeteracties in het voortgezet onderwijs. `We wilden van een reactieve naar een proactieve houding. Dat betekent dat je niet eerst afwacht tot een externe partij als de Onderwijsinspectie zegt dat er wat moet gebeuren. Dan neem je zelf de regie in handen en ga je opbrengstgericht aan het werk.' Elke school wees een taakhouder kwaliteit en kwaliteitszorg aan. Er werden instrumenten geactiveerd om bijvoorbeeld leerlingen en ouders te enqueteren. Bovendien werd het systeem zodanig aangepast, dat de kwaliteitszorg structureel en permanent werd geborgd in elke school.

In gesprek

`Vervolgens is het van belang dat je de term "kwaliteit" definieert. Wat verstaat iedereen eronder? En met iedereen bedoel ik niet alleen de overheid, maar ook jijzelf en vooral de leerlingen, de ouders en waar van toepassing de partners die bijvoorbeeld stageplaatsen ter beschikking stellen',

legt Harry uit. `Per school kunnen de maatregelen verschillen. Als leerlingen het onderwijs prima vinden, maar graag meer activiteiten zien, dan ga je met ze in gesprek. Dus de kwaliteit wordt niet vanuit een ivoren toren bepaald, maar in een breder kader, meer geworteld. En zo doet elke

school weer andere dingen om de kwaliteit te verbeteren. Waarbij je dus werkt vanuit je eigen visie, zodat de identiteit herkenbaar is.' Het is belangrijk om jezelf doelen te stellen, zegt Harry. `Zoals de sporter zichzelf ten doel stelt om de 1500 meter volgend jaar een halve seconde sneller

te lopen, zo moet je dat als school ook doen. Scoor je op een bepaald onderdeel een 5,5 en is het landelijk gemiddelde een 6,5, ga dan voor de 7. Zo'n punt op de horizon motiveert geweldig.'

Verwachtingsniveau

`Er zijn allerlei methoden om hoger te scoren', vertelt Harry. `Kwaad worden op leerlingen en ze straffen als ze slecht presteren werkt niet, dat is wetenschappelijk bewezen. Een hoog verwachtingsniveau helpt veel beter: "Jij hebt echt meer in je mars en wij gaan jou helpen om dat er uit te

halen!" Effectievere feedback is ook een goede manier: niet alleen zeggen dat iets fout is, maar waarom het fout is en waar het dan fout ging. Daar zetten we op in.' Het gaat om een nieuwe houding. `Mopperen op te grote klassen, te lage salarissen, falende ministers of bestuurders werkt

allemaal niet. Het gaat erom dat je zegt: "De resultaten vallen me tegen, wat kan ik eraan doen om te zorgen dat het beter wordt?" Dat motiveert veel meer.'

Continu proces

Harry heeft in zijn werk vele scholen gezien. `Toen ik bij de vo-scholen van Landstede Groep kwam, ontdekte ik al snel dat het een lerende, ontvankelijke organisatie is, die kwaliteit hoog in het vaandel heeft. Dat is essentieel voor duurzame verandering. Want dat is een continu proces, daar

ben je nooit klaar mee. Ik ben blij dat er iets heel moois op gang is gekomen, daar kunnen we met z'n allen trots op zijn.'

Voortgezet onderwijs Landstede Groep

De scholen die onder Landstede Groep vallen zijn het Agnieten College in Nieuwleusen, Wezep en Zwartsluis, het Carolus Clusius College, Centre for Sport & Education, DOC93, Jena XL, Meander College, TalentStad Beroepscollege, TalentStad Praktijonderwijs en het Thomas a Kempis College in

Zwolle, het Vechtdal College in Dedemsvaart, Hardenberg en Ommen, het Ichthus College in Kampen, IJsselmuiden en Dronten en het Morgen College in Harderwijk.