AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen: 'Lerarenregister beschermt ons beroep'

Het Lerarenregister, waar alle leraren in 2017 moeten zijn ingeschreven, is helemaal van en voor leraren. Dat zegt AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen. "Er wordt zo makkelijk door anderen gezegd wat leraren moeten kennen en kunnen. Door dit register worden we zelf verantwoordelijk voor ons beroep."

Het Lerarenregister wordt komend jaar ingevoerd. Worden leraren daar blij van? "Ik denk niet dat leraren allemaal 'Hoi, we mogen in het register' staan te roepen. Daarvoor heeft het allemaal te lang geduurd en was er teveel gedoe over. Maar bij al dat gedoe mogen we niet vergeten dat het register niet op zichzelf staat: het is onderdeel van het wetsvoorstel dat het beroep van de leraar beschermt.

Zo legt de wet de professionele ruimte van leraren vast. De wet beschrijft waar de leraar zeggenschap over heeft, en anderen dus niet. Het kan straks niet meer gebeuren dat een leraar door ouders of door het management wordt gedwongen om de beoordeling van een leerling aan te passen. Om bijvoorbeeld van een 5.4 een 5.6 te maken. Dat is hiermee afgelopen. En er komt een professionele standaard, waarin het gedrag wordt vastgelegd dat een leraar hoort te vertonen. Die standaard wordt op dit moment door een groep van leraren ontwikkeld. Dat is ook het mooie van het register: het is helemaal van de leraren zelf."

Dat je elke vier jaar tijd 160 uur nascholing moet volgen, hebben leraren ook zelf bedacht? "Zeker. En die verplichting is er niet om leraren te pesten: het is juist een stok achter de deur waarmee leraren bij hun werkgever tijd voor nascholing kunnen afdwingen. Als ze die scholing niet volgen, mogen ze immers niet meer voor de klas staan. Dus kunnen werkgevers leraren niet meer afschepen met het smoesje dat er geen tijd of geld is voor nascholing. De vrijblijvendheid is er af."

En als leraren geen zin hebben in die nascholing? "Ik denk dat iedereen zich wil ontwikkelen in zijn of haar vak. Alleen niet in opdracht van anderen. En het mooie van het register is dat je als leerkracht zelf bepaalt hoe je de ontwikkeluren invult die je maakt voor het register. Je hoeft die 160 uur bijvoorbeeld niet per se bij een officieel nascholingsinstituut te besteden. Je kunt ook punten krijgen als je met collega's binnen je eigen school een nieuw curriculum ontwikkelt, of onderlinge reviews houdt."

En wie bepaalt hoeveel punten jij daarvoor krijgt? "Dat doet een commissie, die ook weer uit leerkrachten bestaat. Nogmaals: de beroepsgroep gaat hier helemaal zelf over."

Hoe houd je al die punten bij, in dat register? "Dat register is heel simpel en toegankelijk geworden. Vergelijk het met de Belastingdienst: de werkgever zet alle gegevens klaar, jij controleert ze en kunt ze zonodig zelf nog aanpassen. En daarna is het een kwestie van bijhouden."

Leuker kunnen we het niet maken. "Precies. Geen lappen tekst, geen bureaucratische last, gewoon je eigen professionaliteit ontwikkelen en dat bijhouden in je eigen portfolio."

Klinkt simpel. Waar ging al dat gedoe dan over? "Het gedoe ging over de vraag wie er zeggenschap zou krijgen over het register. De werkgevers wilden bijvoorbeeld graag dat er ook onbevoegde leraren in het register zouden mogen staan, zodat de scholen onbevoegde docenten kunnen blijven inzetten.

De werkgevers wilden ook graag meepraten over welke nascholing leraren zouden mogen volgen. Op beide punten hebben wij als AOb ontzettend dwars gelegen. Uiteindelijk hebben wij onze zin gekregen, en daar ben ik heel trots op. Het gevolg van dat gedoe is helaas wel dat mensen een beetje moe zijn geworden van de discussies over het register. Daarom staan we nu met 1-0 achter. We willen nu het gesprek met de leden aangaan, en laten zien hoe positief het register is."

Er valt zendingswerk te doen. "Ja. Want dat register is een goede zaak. Er zijn immers nog heel veel scholen waar werkgevers denken te weten hoe leerkrachten hun vak moet uitoefenen. Dan hoor je als leerkracht: 'Begrijpend lezen is een hot topic, dus ga jij maar een cursus volgen'. Maar nee: dat is nascholing. En daar ga jij voorgaan zelf over. Laatst hoorde ik ook over een school waar een adviesbureau bepaalde welke lesmethode er gebruikt zou moeten worden. Ook dat kan niet meer: dat hoort tot de professionele ruimte van de leraren zelf. Leraren geven samen vorm aan de invulling van hun beroep en van hun vak. Dat zal het onderwijskundige debat tussen collega's ook stimuleren."

Want vind jij zelf nu het belangrijkste punt in deze wet? "De erkenning dat je als leraar zelf verantwoordelijk bent voor je beroep en voor je eigen ontwikkeling. Er wordt altijd zo makkelijk door anderen gezegd wat een leraar allemaal moet kennen en kunnen, er wordt zo makkelijk geknabbeld aan bevoegdheden. Deze wet en dit register beschermen ons beroep als leraar. Dat werd ook tijd, want leraar zijn is een echt vak."

Het Lerarenregister

In 2017 moeten alle leraren in het basisonderwijs, het voortgezet onderwijs en het mbo verplicht zijn ingeschreven in het Lerarenregister. Dat is een soort BIG-register voor het onderwijs: net zoals verpleegkundigen ingeschreven moeten staan in het BIG, moeten leraren zijn opgenomen in het Lerarenregister. Elke leraar moet, om zijn inschrijving te behouden, elke vier jaar 160 uur besteden aan zijn of haar professionalisering. Meer informatie: www.registerleraar.nl / www.onderwijscooperatie.nl