In hoger beroep 4 jaar cel geeist tegen partner Michelle Mooij


18 mei 2016 - Ressortsparket

De advocaat-generaal in Amsterdam heeft in hoger beroep 4 jaar gevangenisstraf geeist tegen een 32-jarige man voor verkrachting en bedreiging van Michelle Mooij.

Het stoffelijk overschot van Michelle Mooij (24) werd op 17 januari 2010 aangetroffen in haar woning in Alkmaar, waar zij destijds met haar partner (de verdachte) verbleef. Het daaropvolgende onderzoek leidde niet tot de vaststelling dat Michelle door haar partner om het leven is gebracht. De
zaak tegen de man werd daarop geseponeerd. Ook werd besloten hem niet te vervolgen voor de mishandelingen.

Het gerechtshof in Amsterdam gaf in 2013 alsnog opdracht tot nader onderzoek en vervolging van verdachte, nadat de nabestaanden van Michelle een klachtprocedure zijn gestart. Dit nieuwe onderzoek wierp geen ander licht op de doodsoorzaak van Michelle. Niettemin zag het OM, gezien het
bijzondere karakter van de zaak, aanleiding deze in zijn volle omvang voor te leggen aan de rechtbank, inclusief de feiten moord dan wel doodslag en mishandeling met de dood als gevolg. De strafvervolging omvatte tevens de feiten verkrachting, drie mishandelingen en een bedreiging.

Het OM eiste in eerste aanleg vrijspraak voor primair tenlastegelegde moord/doodslag, omdat hiervoor het bewijs ontbreekt. Ook voor de subsidiair tenlastegelegde mishandeling de dood ten gevolge hebbend heeft de officier van justitie vrijspraak geeist, omdat het causale verband tussen de
mishandeling (of mishandelingen) van Michelle en haar dood niet kon worden aangetoond. Voor de meer subsidiair tenlastegelegde mishandelingen, evenals voor de overige feiten (verkrachting en bedreiging), is wel een veroordeling gevraagd. De rechtbank verklaarde deze feiten bewezen en legde de
verdachte een gevangenisstraf van 4 jaar op.

De verdachte ging tegen dit vonnis in hoger beroep. Een van de door de rechtbank bewezen verklaarde mishandelingen betrof de mishandeling van Michelle enkele uren voor haar dood. De verdachte beperkte in een later stadium zijn hoger beroep tot de verkrachting en de bedreiging, waardoor de
mishandelingen, waaronder die tijdens die bewuste nacht, in de huidige procedure niet meer aan de orde kunnen komen.

De verdachte ontkent de feiten. Volgens de advocaat-generaal is de verkrachting bewezen, op basis van technische sporen, de kennelijk leugenachtige verklaring van verdachte dat hij die nacht geen seks met Michelle heeft gehad en schakelbewijs - verdachte is eerder veroordeeld voor verkrachting
van Michelle. De relatie tussen verdachte en Michelle kenmerkte zich door een patroon van drank- en drugsgebruik, ruzies en mishandeling. Ten aanzien van verdachte is bekend dat het gebruik van cocaine kan leiden tot agressieve en gewelddadige uitbarstingen. Ook in de nacht van het overlijden
van Michelle verkeerde de verdachte volgens het OM onder invloed van drank en cocaine.

Verdachte zou in november 2009 hebben gedreigd Michelle dan wel haar woning met haar erin in brand te steken. Ook dit feit acht de advocaat-generaal bewezen.

De advocaat-generaal vindt de bewezen geachte feiten bijzonder ernstig. ,,Een dergelijke relatie wens je niemand toe. Een relatie waarin je je niet veilig voelt, waarin je grenzen meermalen op grove wijze worden overschreden door je partner. Een relatie die niet goed kan zijn geweest voor je
gevoel van eigenwaarde. Door Michelle te verkrachten en te bedreigen (en te mishandelen) heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de persoonlijke integriteit van Michelle. De laatste uren van haar leven moeten verschrikkelijk zijn geweest. Dat Michelle niet meer leeft, maakt - nog los
van de niet te beantwoorden maar zich wel opdringende vraag of haar dood in verband kan worden gebracht met wat eraan vooraf is gegaan - dit alles des te wranger voor degenen die zij achterlaat.''

Het hof doet uitspraak op 1 juni.

Deel dit op

*