OM eist gevangenisstraf voor poging aansluiting terroristische groep..


18 mei 2016 - Arrondissementsparket Oost-Nederland

De officier van justitie heeft vandaag onvoorwaardelijke gevangenisstraffen van vier en drie jaar geeist tegen twee Arnhemmers van 23 en 18 jaar. De mannen werden vorig jaar in het Turks-Syrische grensgebied aangehouden.

Volgens het OM waren zij onderweg naar Syrie om daar te gaan deelnemen aan de gewapende strijd, vermoedelijk bij de terroristische groepering Jabhat al-Nusra

De mannen staan in de beveiligde zittingzaal in Rotterdam terecht voor een Arnhemse rechtbank. De 23-jarige Arnhemmer hoorde hier een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaar tegen zich eisen. Voor de 18-jarige Arnhemmer vindt het OM volwassenenstrafrecht passend. Tegen hem eiste de
officier van justitie drie jaar gevangenisstaf. Eerder kreeg deze jongeman in een andere zaak een voorwaardelijke PIJ-maatregel (Plaatsing in een Inrichting voor Jeugdigen) opgelegd. Deze maatregel zou na het uitzitten van de straf ten uitvoer gelegd moeten worden.

Alvorens tot zijn strafeis te komen, besteedde de officier van justitie ruim aandacht aan de achtergronden van radicalisering en aan de ontwikkeling van de strijd in Syrie. De officier haalde daarbij de deskundigenrapportage `'Bestemming Syrie'' aan, dat ook in eerdere rechtszaken van
Syriegangers een rol speelde.

Uit dit rapport blijkt dat het onmogelijk is om in het strijdgebied te zijn, zonder een rol te vervullen binnen de terroristische groepering. `'Anders dan in de beginfase van het conflict, zijn deze verdachten vertrokken op een moment dat de gruwelheden volop bekend waren, dat glashelder was
gemaakt dat aansluiting bij strijdgroepen in Syrie strafbaar is en er reeds diverse aanslagen hadden plaatsgevonden. Deze verdachten wisten dus waarin zij terecht zouden komen en kozen die lotsbestemming'', aldus de officier van justitie, ''Hun keuze was weloverwogen, voorbereid en gepland, de
reis en het doel in nevelen gehuld voor zelfs de meest naaste familieleden.''

Het initiatief voor de reis ging volgens het OM uit van de 23-jarige, die al eerder in Syrie is geweest. Het alternatieve reisdoel dat de 18-jarige heeft aangedragen, namelijk dat de twee Arnhemmers aan de grens een Syrieganger wilden gaan ophalen, acht het OM ongeloofwaardig.

Het OM acht in de eerste plaats bewezen dat de mannen een poging hebben gedaan om zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie. Daarnaast is volgens het OM bewezen dat de beide mannen hebben samengespannen tot misdrijven als moord, doodslag, brandstichting of het teweeg brengen van
een ontploffing, telkens met terroristisch oogmerk en dat zij deze misdrijven hebben voorbereid/bevorderd.

`'De overheid probeert uitreizen naar strijdgebied waar het kan te verijdelen. Omdat het strafbaar is, omdat het een verschrikkelijk conflict alleen maar voedt, omdat het tot moord, doodslag, brandstichting, verkrachting en een veelheid aan oorlogsmisdrijven leidt'', aldus de officier van
justitie.

Van de strafeis moet ook een waarschuwende werking uitgaan: `'Het signaal dat aansluiting bij strijdgroepen strafbaar is en ook tot forse straffen leidt, is hard nodig om beinvloedbare jongvolwassenen in een kwetsbare positie bij de les te houden.''

De rechtbank doet op 15 juni 2016 uitspraak.

Deel dit op

*