Eerste bijdrage uit fonds voor onderwijsinnovatie


19 mei 2016

Wethouder Logister overhandigde woensdag 18 mei een cheque van bijna EUR150.000,- aan het Koning Willem I College. Het is de eerste bijdrage uit het fonds voor onderwijsinnovatie. Jeanette Noordijk, voorzitter van het College van Bestuur van het Koning Willem I College, nam de cheque in
ontvangst. De school gaat het bedrag inzetten voor de ontwikkeling van drie nieuwe opleidingen in de smart technologie. Dat doet zij samen met ASTRIN (Association of Traffic Industries in the Netherlands), Enexis en VOC (Vakopleiding Carrosserie).

De ontwikkeling van de drie nieuwe opleidingen sluit aan op het doel van het fonds. Wethouder Logister: "We willen met het fonds vernieuwing in het onderwijs een impuls geven. Daarnaast moet het zorgen voor een betere aansluiting van onderwijs op de arbeidsmarkt. Het Koning Willem I College
kan met de bijdrage samen met het bedrijfsleven belangrijke stappen zetten in de smart technologie branche. Zo ontstaat ook een duurzaam partnerschap."



Eerste afnemer

Het Koning Willem I College is de eerste organisatie die gebruik maakt van het fonds. De school besteedt het bedrag aan drie opleidingen op mbo-niveau 3 en 4. Allen in de smart technologie: Smart City, Smart Energy en Smart Schadeherstel. Jeanette Noordijk: "Om de nieuwe opleidingen inkleuring
te geven, trekken we samen op met het bedrijfsleven. Vanuit een behoefte om nu en in de toekomst veranderingen in het werk te blijven vertalen naar het onderwijs." De nieuwe opleidingen zijn voor onze studenten en voor technici en monteurs die al in de branche werken. We verwachten dat er door
smart technologie meer nieuwe banen komen.



Vernieuwing stimuleren

De gemeente is op zoek naar vernieuwende ideeen om het onderwijs beter aan te laten sluiten op de toekomstige arbeidsmarkt. Daarvoor is in de komende drie jaar een budget van EUR1.865.000,- beschikbaar. De aanvrager kan een eenmalige bijdrage krijgen. Hiermee kan hij of zij een innovatief idee
of project voor het onderwijs en/of kinderopvang uitwerken. De aanvrager moet kunnen aantonen dat het idee bijdraagt aan een betere voorbereiding op de arbeidsmarkt. De gemeente vergoedt maximaal de helft. De aanvrager betaalt de andere helft.