Lijst 150 verpleegzorginstellingen


Nieuwsbericht | 05-07-2016

De IGZ heeft afgelopen anderhalf jaar intensief toezicht gehouden op 150 verpleegzorginstellingen. Op 4 juli publiceerde de IGZ een eindrapport over het toezicht op deze 150 verpleegzorginstellingen. De lijst met de betrokken zorginstellingen wordt aan staatssecretaris Van Rijn aangeboden.
Tegelijkertijd maakt de IGZ deze lijst openbaar op haar website.

In dit eindrapport staan de algemene bevindingen en de conclusies uit het intensief toezicht weergegeven. Het gaat hierbij om het toezicht over de gehele periode van 1 januari 2015 tot en met 15 maart 2016. De rapporten van de inspectiebezoeken die in het kader van dit intensief toezicht
hebben plaatsgevonden aan locaties van deze verpleegzorginstellingen, zijn al eerder gepubliceerd op www.igz.nl.

Selectie van de verpleegzorginstellingen

In december 2014 is een lijst met 150 verpleegzorginstellingen vastgesteld op basis van een risicoanalyse. De selectie van de verpleegzorginstellingen die op de lijst staan is op basis van een interne analyse die de inspectie jaarlijks uitvoert. Deze lijst wordt gaandeweg het bezoekjaar
bijgesteld op basis van nieuwe informatie.

Peildatum 15 maart 2016

Het oordeel van de IGZ op 15 maart 2016 over de betrokken zorginstellingen is gebaseerd op de bevindingen van het toezicht. Deze toezichtresultaten zoals oordelen uit inspectiebezoeken, calamiteitenrapportages en oordelen op basis van een bestuursgesprek zijn gewogen en vertaald naar
vervolgactiviteiten en een indeling in 4 categorieen. Alle ontwikkelingen in de zorginstellingen na 15 maart 2016, of dit nu een positieve of negatieve ontwikkeling is, maken geen onderdeel uit van het rapport en hebben daarmee logischerwijze geen invloed gehad op de plaats in een van de 4 in
het eindrapport opgenomen categorieen.

De inspectie stelt vast dat instellingen niet stil zitten en hard werken om de tekortkomingen aan te pakken en verbetering door te voeren. Ook is de inspectie alweer bij een aantal instellingen op bezoek geweest. Als de inspectie de rapporten met de bevindingen van deze bezoeken klaar heeft,
worden ze volgens de gebruikelijke procedure openbaar gemaakt.

Er kunnen grote verschillen bestaan tussen locaties. De kwaliteit en veiligheid van zorg kan bij de ene locatie op orde zijn, terwijl een andere locatie van dezelfde aanbieder flinke tekortkomingen laat zien. Ook kunnen er op meerdere locaties tekortkomingen zijn. Zoals uit het onderzoek
blijkt, stuurde een derde van deze 150 instellingen onvoldoende op kwaliteit en veiligheid van de zorg. In deze situaties heeft de inspectie zorgen over de kwaliteit en veiligheid van zorg binnen de gehele instelling.

Categorieen

De lijst met 150 instellingen is door de IGZ onderverdeeld in vier categorieen. De samenstelling geeft de stand van zaken weer op 15 maart 2016. Het kan dus zijn dat de situatie inmiddels is gewijzigd. Voor een eventuele zienswijze van de betrokken organisatie wordt verwezen naar de website
van de desbetreffende instellingen zelf.

De onderverdeling in categorieen is als volgt:

1. Intensief vervolgtoezicht
Dit betekent dat binnen een organisatie in korte tijd bestuursgesprekken en meerdere (onaangekondigde) bezoeken bij verschillende locaties van de zorginstelling plaatsvinden. Op basis daarvan gaat de inspectie een oordeel geven over de gehele zorgorganisatie of heeft dat inmiddels gedaan.

2. Vervolgtoezicht
De inspectie houdt vervolgtoezicht in de vorm van inspectiebezoeken en/of bestuursgesprekken. De inspectie toetst zo of de instelling de tekortkomingen die zijn geconstateerd, oplost. Als dat het geval is, sluit de inspectie het toezichttraject op betreffende locatie af (zie 4).

3. In afwachting van resultaatsverslag al dan niet vervolgtoezicht nodig
De inspectie heeft in een bezoek tekortkomingen geconstateerd. De instelling moet van de inspectie een verslag maken over hoe zij deze tekortkomingen aanpakt en/of heeft aangepakt, het zogenoemde resultaatsverslag. De inspectie bepaalt na ontvangst van dit resultaatverslag of vervolgtoezicht
noodzakelijk is (zie 2).

4. Toezichttraject afgesloten
Dit betekent dat de inspectie in 2016 de zorginstelling niet opnieuw vanuit het risicotoezicht bezoekt. Indien meldingen of andere signalen aanleiding geven voor toezicht, zal de inspectie opnieuw toezicht houden in de vorm van inspectiebezoeken en/of bestuursgesprekken.

Download hier de lijst (pdf-bestand, 212 kB).