Bestrijding reuzenberenklauw
* 11 juli 2016
Spaarnelanden bestrijdt van april tot en met oktober, in opdracht van de gemeente Haarlem, de reuzenberenklauw. De plaagplant, die gevaarlijk kan zijn bij huidcontact, wordt door een combinatie van maaien en uitsteken aangepakt.
Foto van bloemschermen reuzenberenklauw
Op basis van inventarisatie door Spaarnelanden en naar aanleiding van meldingen van bewoners, wordt de reuzenberenklauw verwijderd in de openbare ruimte die onder beheer valt van Spaarnelanden. Om verdere verspreiding te voorkomen, vindt het verwijderen plaats tijdens het hele groeiseizoen
(april t/m oktober) met het zwaartepunt in juni en juli wanneer de planten in bloei staan en ook het meest zichtbaar zijn.
Hoe te herkennen?
De reuzenberenklauw is een grote plant van soms wel 3,5 meter hoog, met witte bloemschermen met een omvang tot 50 cm. De plant bevat stoffen die bij huidcontact een reactie kunnen oproepen vergelijkbaar met verbranding. Het sap is vooral gevaarlijk voor kinderen en honden. Met name in bermen
langs water en voet- en fietspaden is er een risico dat men in aanraking komt met de plant. De reuzenberenklauw wordt in de Haarlemse openbare ruimte beschouwd als plaagplant. Het is een exotische plantensoort die uit Zuidwest-Azie komt en hier de inheemse flora en fauna verdringt. Daardoor
kan de plant veel schade veroorzaken, zoals verlies van biodiversiteit.
Hoe wordt hij verwijderd?
Als tijdens regelmatige inventarisatie of melding van bewoners wordt geconstateerd dat de reuzenberenklauw zich teveel verspreid, wordt dit ondergronds afgestoken of afgemaaid om verdere verspreiding te voorkomen. Bij het verwijderen worden als eerste de locaties aangepakt waar risico is op
contact met de plant, zoals vlak langs een fiets- of wandelpad.
Hoe kunt u helpen?
U kunt helpen bij de aanpak van de reuzenberenklauw. Treft u reuzenberenklauw aan in de openbare ruimte? Meld dit dan online www.haarlem.nl/meldingdoen. Kies in het online formulier bij de eerste vraag voor Meer en daarna voor Groen, spelen, plantsoenen en als laatste Groen onderhoud.