OM in hoger beroep in 26Koper - voorbereiden liquidaties


12 december 2016 - Landelijk Parket

Het OM gaat in hoger beroep tegen de vrijspraak van zes mannen van het voorbereiden van liquidaties. Deze vrijspraak maakte deel uit van het vonnis twee weken geleden van de rechtbank Amsterdam in de zaak 26Koper, een grootschalig onderzoek naar een uitzendbureau voor liquidaties in de
onderwereld.

In deze zaak stonden verdachten ook terecht vanwege een arsenaal van (automatische) wapens dat in juli 2015 in Nieuwegein is aangetroffen. De rechtbank legde acht mannen uit Utrecht en omgeving celstraffen op van drie tot acht jaar voor deelneming aan een criminele organisatie. Deze
organisatie had onder meer moord als oogmerk.

De rechtbank sprak de leden van de bende vrij van het voorbereiden van concrete liquidaties. Naar het oordeel van de rechtbank had het OM het bewijs daarvoor niet kunnen leveren. Volgens de rechtbank had duidelijk moeten zijn wie geliquideerd zou worden. De rechtbank kwam dan ook tot lagere
straffen dan door het OM geeist. De hoogte van de opgelegde straffen bleef steken op acht jaar in plaats van de geeiste 17 jaar.

In de ogen van het OM was er voldoende bewijs voor de voorbereiding van liquidaties. De verdachten gingen planmatig te werk, brachten slachtoffers in kaart, spraken over liquidaties en hadden de beschikking over uitgeteste wapens. Twee gestolen snelle auto's met valse kentekenplaten stonden
permanent rijklaar. Alles was in afwachting van het moment van die ene actie.

Dilemma

In de zaak 26Koper werden politie en OM geconfronteerd met een steeds terugkerend dilemma bij het verijdelen van liquidaties. De bedoeling is nadrukkelijk dat vroegtijdig kan (en moet) worden ingegrepen, terwijl een strafrechtelijke vervolging mogelijk blijft. Het kernpunt in de zaak 26Koper
is of er te vroeg is ingegrepen om te kunnen spreken van strafbare voorbereiding.

Deel dit op

*