Regeerakkoord: onnodige bureaucratie bestrijden

Het kabinet wil de komende jaren vooral investeren in draagvlak bij patiënten en professionals om samen te werken aan het bestrijden van onnodige bureaucratie.

Daarnaast wil het investeren in het vergroten van het plezier in werken in de zorg. Dit staat vooraan in de paragraaf Volksgezondheid en zorg uit het coalitieakkoord dat CDA, PvdA en ChristenUnie op 7 februari 2007 presenteerden.

Een greep uit de programmapunten op het terrein van VWS en het nieuwe beleidsterrein Jeugd en gezin (waarvoor een programmaminister is benoemd):
  • Er wordt 500 miljoen extra voor de zorg uitgetrokken. Voor verhoging van de zorgtoeslag, terugdringing van het personeelstekort bij verpleeghuizen en terugkeer van pil en tandartscontrole in het basispakket.
  • De no-claim in de zorg verdwijnt op 1 januari 2008. In plaats daarvan komt een eigen betaling, behalve voor chronisch zieken en gehandicapten.
  • De vrije prijsvorming in ziekenhuizen wordt verruimd naar 20 procent van de planbare zorg.
  • Vooralsnog zullen geen verdere stappen worden gezet in het traject van Wmo en AWBZ.
  • Geen nieuwe stappen op het terrein van ethiek (abortus, euthanasie en homohuwelijk). Zo blijft er een verbod op het speciaal tot stand brengen en gebruiken van embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek en andere doeleinden dan het tot stand brengen van zwangerschap.
  • De overtijdbehandeling komt te vallen onder de Wet afbreking zwangerschap. Het kabinet komt met ‘een samenhangend pakket van positieve maatregelen’ als alternatief voor afbreking van de zwangerschap.
  • Sport krijgt 20 miljoen euro extra.
  • In overleg met de branche werken aan rookvrije horeca. Accijns op tabak en alcohol gaat omhoog. Een verbod op alcoholreclame op radio en tv tot 21.00 uur. En scherpere controle op de handhaving van de leeftijdsgrens bij verkoop van alcohol.
  • Voor het beleidsterrein jeugd en gezin is 400 miljoen euro beschikbaar.
  • De vorming van Centra voor Jeugd en Gezin (voor medische, sociale en educatieve ondersteuning van ouders en kinderen) wordt ‘met kracht ter hand genomen’.
  • Kinderen uit probleemgezinnen moeten sneller onder toezicht kunnen worden gesteld. Hiervoor wordt wetgeving gemaakt.
  • Jongeren kunnen in hun schooltijd drie maanden een maatschappelijke stage volgen om kennis te maken met de samenleving.