Fiscale behandeling dienstauto’s provincie- en gemeentebestuurders

Minister Ter Horst heeft mede namens de Staatssecretaris van Financiën de Tweede Kamer geïnformeerd over de fiscale behandeling van het gebruik van de dienstauto door onder meer commissarissen van de Koningin en burgemeesters.

Gebruik van de dienstauto voor andere zaken dan voor uitoefening van de functie geldt fiscaal als privégebruik, hetgeen tot bijtelling kan leiden. Het gaat hierbij ook om ritten voor niet ambtsgebonden nevenfuncties. Het effect van de bijtelling kan daarbij – binnen de fiscale kaders – worden beperkt. Ritten ten behoeve van een politieke partij gelden als zakelijk gebruik als er een direct belang bestaat voor het vervullen van het ambt. Bij de onbezoldigde functies van de VNG is eveneens sprake van zakelijke ritten.