Vroege overlast verwacht door eikenprocessierups

De Expertgroep eikenprocessierups verwacht dat de eikenprocessierups dit jaar al in de tweede week van mei overlast kan gaan geven. Dit is één tot twee weken eerder dan in voorgaande jaren. De hogere temperatuur dit voorjaar versnelt de ontwikkeling van de rupsen, waardoor de rupsen eerder het stadium met de brandharen bereiken. Het is nog niet duidelijk of de overlast dit jaar ook groter dan voorgaande jaren zal zijn. Wel is het verspreidingsgebied opnieuw groter geworden.

Bestrijding met een biologisch middel op bomen waar de rupsen zijn aangetroffen is effectief tot begin mei. De beheerders wordt geadviseerd deze bestrijding alleen uit te voeren op die plaatsen waar overlast wordt verwacht. Na begin mei is opzuigen en branden de aangewezen methode voor het verwijderen van rupsen en nesten.

Het is nog niet duidelijk of de overlast van eikenprocessierups groter zal zijn dan in 2005 en 2006. De eerste indruk is dat het meevalt. Wel is het verspreidingsgebied waar de rups wordt aangetroffen, opnieuw groter. Met name in delen van midden Limburg is de rups dit jaar in grotere aantallen gesignaleerd; verder wordt ten oosten van de lijn Arnhem - Apeldoorn de rups dit jaar op meer locaties gesignaleerd dan vorig jaar.

Sinds 1991 vormt de eikenprocessierups (Thaumetopoea processionea Linnaeus) een jaarlijks terugkerend probleem in een groot deel van Nederland. Van mei tot in juli gaat de eikenprocessierups op eikenbomen in processieachtige colonnes op zoek naar nieuwe eikenbladeren; vandaar de naam eikenprocessierups. Gedurende deze periode verspreidt de rups, vooral door verwaaiing, brandhaartjes die bij mensen hevige jeuk en ernstige irritaties van huid, ogen en luchtwegen kunnen geven.

In de Expertgroep eikenprocessierups werken rijksdiensten, provincies, de GGD’en en gemeenten en kennisinstellingen samen aan de landelijke beheersing van de eikenprocessierups. De Expertgroep eikenprocessierups kon in 2007 opnieuw worden opgestart. De Plantenziektenkundige Dienst coördineert, in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, als centraal aanspreekpunt het overleg over de aanpak van de eikenprocessierups. Het RIVMen het Bureau Gezondheid, Milieu en Veiligheid van de GGD’en Brabant/Zeeland leveren kennis over de gezondheidsrisico’s van de eikenprocessierups en adviseren bij gezondheidsklachten. De Wageningen Universiteit, Alterra en de Natuurkalender onderzoeken de verspreiding en de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups in Nederland.