Antwoorden op kamervragen van Willemse-van der Ploeg en De Vries over het rapport van enkele zorgverzekeraars over zorg in grote steden

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

Z-K-U-2768464

24 mei 2007

Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op Kamervragen van de Kamerleden Willemse-van der Ploeg en De Vries over het rapport van enkele zorgverzekeraars over zorg in grote steden (2060713840).

Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het onderzoek van de zorgverzekeraars Agis, Achmea en het Platform Zorginstellingen Grote Steden dat op 23 april jl. is gepresenteerd?

Antwoord 1
Ja. Het rapport ‘Knellende contracteerruimtes’ is op 20 april 2007 namens mij in ontvangst genomen.

Vraag 2
Deelt u de conclusie uit dit rapport dat zorg aan ouderen, gehandicapten en chronisch zieken in de grote steden duurder is, omdat deze anderen vanwege hun gezondheidssituatie een groter beroep op de zorg moeten doen?

Vraag 3
Bent u bereid op korte termijn een reactie op dit onderzoek naar de Kamer te sturen?

Antwoord 2 en 3
Het rapport heeft betrekking op zorg die gefinancierd wordt uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten. Het rapport betoogt dat er bij de vaststelling van de budgetten van de zorgkantoren en van de instellingen onvoldoende rekening wordt gehouden met de grotere zorgbehoefte en hogere kosten in de grote steden.
Het valt mij daarbij op dat de analyse wel kwalitatief, maar niet kwantitatief is onderbouwd.
Daarbij zijn kostenverlagende factoren onvoldoende in het onderzoek betrokken.
Ik ben daarom voornemens om dit onderzoek onder de aandacht te brengen van de Nederlandse Zorgautoriteit (Nza). De Nza zal zich voor het jaar 2008 namelijk opnieuw buigen over de verdeling van de contracteerruimte over de zorgkantoorregio’s. Daarbij kan de Nza bezien of er aanleiding is om de verdeling bij te stellen, gezien de kostenstructuur in de grote steden. Vervolgens zal ik de Kamer hierover informeren.